Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[eiser]
1.[gedaagde]
1.De procedure
- het tussenvonnis van 16 juli 2014
- de akte van de zijde van [eiser] en [eiser] met producties, tevens houdende vermindering van eis
- de antwoordakte uitlaten aan de zijde van [gedaagde] en [gedaagde] .
2.De verdere beoordeling
- kosten van de second opinion € 1.696,00 exclusief btw, € 2.018,24 inclusief btw (factuur 13 oktober 2011);
- de advocaatkosten over de periode vanaf het moment waarop de fout werd ontdekt, 17 mei 2011, tot het moment waarop de herstelakte door notaris [gedaagde] werd gepasseerd, 31 oktober 2011, ten bedrage van € 8.943,75;
- de advocaatkosten die na het passeren van de herstelakte zijn gemaakt in verband met verdere advisering, overleg met de verzekeraar over een schaderegeling, tot het moment waarop werd besloten tot dagvaarden over te gaan ten bedrage van € 5.313,75, waarop in mindering dient te worden gebracht de factuur van 15 januari 2014 ter hoogte van € 968,00 die ziet op het opstellen van de dagvaarding, zodat resteert een bedrag van € 4.345,75.
- beoordelen impact van de fout en overleg in de periode april en mei 2011 door fiscalisten en juridisch medewerkers € 8.956,00;
- beoordeling herstel in de periode oktober – december 2011 door diezelfde medewerkers
- extra werkzaamheden BOR na herstel inkoop aandelen, bestaande uit nadere besprekingen met en beantwoording van nadere vragen van de belastingdienst € 8.150,00.
(€ 15.307,74 op grond van hetgeen is overwogen in het tussenvonnis van 16 juli 2014 plus
€ 50.053,00 ter zake van gevorderde accountantskosten) toewijsbaar is. De vordering zal worden toegewezen, zoals ook primair is gevorderd, jegens [gedaagde] . Op het toe te wijzen bedrag strekt nog in mindering het bedrag van € 6.000,00 dat als voorschot is uitgekeerd, zodat een bedrag van € 59.360,74 zal worden toegewezen. Omdat, mede gezien de aanvullingen van de zijde van [eiser] en [eiser] in hun akte, weliswaar de periode waarop de toegewezen schadevergoeding (en onderliggende posten) ziet inzichtelijk is, maar de deelbedragen niet eenduidig zijn te herleiden tot facturen, zal de wettelijke rente worden toegewezen vanaf de dag der dagvaarding. Zoals reeds was overwogen in het tussenvonnis van 16 juli 2014 zal ook de (primair) gevorderde verklaring voor recht worden toegewezen, één en ander zoals hierna in het dictum weergegeven.
2.235,00(2,5 punten × tarief € 894,00)