ECLI:NL:RBGEL:2015:2993
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep op hardheidsclausule bij te late betaling griffierecht
In deze zaak heeft de besloten vennootschap PAPKO B.V. een vordering ingesteld tegen de GEMEENTE NIJMEGEN. De procedure begon met een dagvaarding op 1 december 2014, waarbij de gemeente als gedaagde werd opgeroepen. De advocaat van de gemeente, mr. S.G. Blasweiler, heeft erkend dat het griffierecht te laat is betaald, namelijk op 15 januari 2015, terwijl de termijn hiervoor op 14 januari 2015 afliep. Mr. Blasweiler heeft een beroep gedaan op de hardheidsclausule van artikel 127a lid 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, omdat hij stelde dat hij pas op 13 januari 2015 de opdracht had gegeven om het griffierecht te betalen, als gevolg van het kerstreces. Hij beweerde dat een griffiemedewerker hem telefonisch had medegedeeld dat hij tot de ochtend van 16 januari 2015 de tijd had om te betalen.
De rechtbank oordeelde echter dat een advocaat geacht wordt op de hoogte te zijn van de wettelijke termijnen en de gevolgen van overschrijding daarvan. De rechtbank concludeerde dat de mededeling van de griffiemedewerker niet relevant was, omdat deze plaatsvond na het verstrijken van de termijn. De rechtbank wees het beroep op de hardheidsclausule af en verleende verstek tegen de gemeente, maar omdat het griffierecht alsnog op 15 januari 2015 was betaald, vervielen de gevolgen van het verstek, behalve de kosten die aan de zijde van PAPKO B.V. moesten worden vergoed. De zaak werd verwezen naar de rolzitting voor conclusie van antwoord, waarbij verdere beslissingen werden aangehouden.