ECLI:NL:RBGEL:2015:3692
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Last onder dwangsom wegens strijdig gebruik van recreatiewoning als hoofdverblijf
In deze zaak gaat het om een beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groesbeek, waarbij eisers een last onder dwangsom van € 25.000 is opgelegd vanwege het met het bestemmingsplan strijdige gebruik van hun recreatiewoning. Het primaire besluit, genomen op 28 januari 2014, verplichtte eisers om de permanente bewoning van de recreatiewoning te beëindigen. Het bestreden besluit van 30 december 2014 verklaarde het bezwaar van eisers ongegrond. Eisers stelden dat zij niet hun hoofdverblijf in de recreatiewoning hebben, omdat zij het grootste deel van het jaar in het buitenland verblijven en op een ander adres staan ingeschreven. De rechtbank heeft op 16 april 2015 de zitting gehouden, waarbij de gemachtigde van eisers en de vertegenwoordiger van verweerder aanwezig waren.
De rechtbank overweegt dat het gemeentelijke handhavingsbeleid stelt dat permanente bewoning wordt aangenomen wanneer de recreatiewoning als hoofdverblijf wordt gebruikt. De rechtbank concludeert dat de feiten, zoals vastgesteld door verweerder, voldoende zijn om aan te nemen dat eisers de recreatiewoning als hoofdverblijf gebruiken. Dit wordt onderbouwd door het feit dat eisers de recreatiewoning hebben opgegeven voor hypotheekrenteaftrek en dat zij, wanneer zij in Nederland zijn, in de recreatiewoning verblijven. De rechtbank wijst het beroep van eisers af, omdat zij niet hebben aangetoond dat zij geen hoofdverblijf in de recreatiewoning hebben en dat het handhavingsbeleid niet op hen van toepassing is. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.