ECLI:NL:RBGEL:2015:4223

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
8 april 2015
Publicatiedatum
29 juni 2015
Zaaknummer
268890
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling restant aanneemsom en vervangende schadevergoeding wegens gebreken in aannemingsovereenkomst

In deze zaak vordert de eiser in conventie, een aannemer, betaling van een restant aanneemsom van € 11.258,- van de gedaagden in conventie, die de opdrachtgever zijn. De vordering is gebaseerd op een aannemingsovereenkomst voor de bouw van een woning, waarbij de totale aanneemsom was vastgesteld op € 316.126,-. De gedaagden in conventie hebben in totaal € 300.000,- betaald, maar hebben de laatste termijn van € 11.258,- niet voldaan. De eiser stelt dat de gedaagden in conventie ten onrechte de betaling hebben achtergehouden en dat er geen reden is om de laatste termijn niet te betalen.

In reconventie vorderen de gedaagden in conventie vervangende schadevergoeding van € 34.025,- wegens gebreken in de uitvoering van de werkzaamheden door de eiser. De gedaagden stellen dat de geleverde werkzaamheden niet voldoen aan de eisen van goed en deugdelijk werk en dat er diverse gebreken zijn geconstateerd, waaronder scheuren in muren en plafonds, en andere afwerkingsgebreken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de woning op 30 september 2013 is opgeleverd en dat de gedaagden in conventie op dat moment op de hoogte waren van de gebreken. De rechtbank heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren voor hun stellingen over de gebreken en de kosten van herstel.

De rechtbank heeft in haar vonnis geoordeeld dat de eiser niet voldoende heeft aangetoond dat de gedaagden in conventie de laatste termijn onterecht hebben achtergehouden. Daarnaast heeft de rechtbank de gedaagden in conventie in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren voor hun vorderingen in reconventie. De zaak is aangehouden voor bewijslevering en verdere beoordeling van de gestelde gebreken.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/268890 / HA ZA 14-451 / 1123
Vonnis van 8 april 2015
in de zaak van
[eiser in conventie/verweerder in reconventie]
,
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
advocaat mr. R. Haouli te ’s-Hertogenbosch,
tegen

1.[gedaagden in conventie/eisers in reconventie]

,
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. G.G.W.G. van der Valk-van den Bosch te ’s-Hertogenbosch.
Partijen zullen hierna [eiser in conventie/verweerder in reconventie] en [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. worden genoemd. Gedaagden in conventie, eisers in reconventie worden afzonderlijk [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 6 augustus 2014 met producties,
  • de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties,
  • het tussenvonnis van 24 december 2014 waarin een comparitie van partijen is bepaald,
  • de zittingsaantekeningen van de griffier en de daarin genoemde stukken.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten in conventie en in reconventie

2.1.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft een aannemingsbedrijf.
2.2.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft desgevraagd op 30 oktober 2011 een offerte uitgebracht aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. voor de bouw van een woning op het adres [adres] te [woonplaats] (hierna: de woning). Deze offerte sluit op € 316,126,- inclusief btw (hierna: de offerte). Partijen hebben de offerte besproken. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft de offerte aanvaard, zodat tussen hen een overeenkomst tot stand is gekomen.
2.3.
Partijen hebben daarnaast overeenstemming bereikt over het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ombouwen van een bestaande schuur (hierna: de schuur) zodat die tijdens de bouw van de woning als tijdelijke woonruimte voor [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. en hun kinderen kon dienen. Partijen verschillen van mening over de inhoud van die (al dan niet aanvullende) overeenkomst.
2.4.
In januari 2012 is [eiser in conventie/verweerder in reconventie] met het werk gestart. Eerst heeft hij de schuur verbouwd. Nadat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. de bestaande woning in eigen beheer had gesloopt, is [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in april 2012 met de bouw van de woning gestart.
2.5.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft in de daaropvolgende maanden in totaal € 240.000,- aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] betaald.
2.6.
Op of omstreeks 17 december 2012 hebben partijen bij de woning met elkaar gesproken over de voortgang van het werk. Aan de orde is toen in ieder geval geweest een door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. opgemaakte afrekenstaat inzake meer - en minderwerk die sluit op
€ 300.502,01. Daarover hebben partijen naderhand telefonisch contact gehad. Partijen verschillen van mening over de inhoud van dat contact.
2.7.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bij factuur van 21 december 2012 € 40.000,- in rekening gebracht. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft deze factuur voldaan.
2.8.
In februari 2013 zijn partijen samengekomen in de woning. Tijdens dit overleg heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. een nacalculatie overhandigd. Deze nacalculatie sluit op
€ 303.758,05 inclusief btw. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft onder meer laten weten dat hij de nacalculatie zal narekenen en daar op terug zal komen.
2.9.
Op of omstreeks 25 maart 2013 hebben partijen elkaar opnieuw gesproken. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bij die gelegenheid een aangepaste nacalculatie overhandigd. Deze nacalculatie sluit op € 311.258,30 inclusief btw. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft vragen gesteld over deze nacalculatie. Partijen hebben afgesproken dat zij de nacalculatie (verder) gaan bespreken in aanwezigheid van [installatiebedrijf]’s Installatiebedrijf B.V. (hierna: [installatiebedrijf]). Deze door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] bij de bouw van de woning ingeschakelde onderaannemer heeft de centrale verwarming, het loodgieterswerk, de elektra en de mechanische ventilatie in de woning verzorgd.
2.10.
Op 23 april 2012 hebben partijen met elkaar gesproken. Bij dat gesprek waren de heren J. [betrokkene 1] en Z. [betrokkene 2] van [installatiebedrijf] aanwezig. Tijdens het gesprek is (al dan niet nogmaals) een door [installatiebedrijf] opgesteld overzicht van door haar verricht meer- en minderwerk besproken.
2.11.
Naar aanleiding van dit gesprek heeft [installatiebedrijf] het overzicht aangepast. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft het aangepaste overzicht van door [installatiebedrijf] verricht meer- en minderwerk aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. toegezonden. Dit aangepaste overzicht heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] als productie 3 bij dagvaarding overgelegd.
2.12.
Begin mei 2013 hebben partijen elkaar gesproken. Partijen verschillen van mening over de inhoud van het gesprek.
2.13.
In een email van 17 augustus 2013 van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] staat, voor zover hier van belang: “
Je geeft zelf aan dat je met tegenzin in en om ons huis loopt. Dit doet ons nog steeds erg veel pijn omdat van de bouwer zelf te horen. Een van de grootste ergernissen zijn de oren op de hoeken van het huis. (je ziet het nergens) (…)
Wij worden iedere dag met de gemaakte fouten geconfronteerd
Kijk eens goed in de spiegel en geef aan (op papier) wat er nog gaat gebeuren
2.14.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft dezelfde dag per email gereageerd:

(…) Heb ook over die oren gezegd dat we dat op zouden lossen naar jullie zin en dat wat we zeggen menen we en doen we
Maar geef ons dan wel de kans
Ga nu ook niet over de mail antwoord geven op je stelling wat dat voegt niets toe
Laten we aan tafel gaan zitten, wat niet goed is wordt gemaakt zonder voorbehoud
Wil het gewoon netjes afgewerkt hebben”.
2.15.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] heeft op 22 augustus 2013 per email geantwoord. Hij heeft daarin - samengevat – zijn ongenoegen over de kwaliteit van het werk geuit en aangekondigd een lijst te maken waarin hij de gebreken nogmaals kenbaar zal maken.
2.16.
Op 7 september 2013 heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] opgezocht. Partijen spraken af dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. een lijst zou maken van de punten die in zijn ogen een gebrek opleveren. Per email van 23 september 2013 heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. onderstaande lijst van 43 opleverpunten aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toegezonden:
Opleverpunten:
01 dorpel meterkast stuk uit
02 muur meterkast staat niet haaks( zie tegelwerk)
03 bijna alle plafonds en muren vertonen scheuren
04 vensterbank boven buitenzijde achter stuk af
05 gordingen op zolder vertonen grote scheuren
06 schuifdeuren woonkamer! keuken lopen niet goed en afwerking niet af
07 zinkvlekken op zijgevel van het huis van het lassen
08 plafond badkamer ongelijk en scheuren
09 stopcontacten in badkamer niet op zelfde hoogte
10 verlichting in badkamer verkeert aangesloten
11 tegelwerk badkamer ongelijk /lelijke aansluitingen
12 keuken stopcontacten niet op dezelfde hoogte
13 deurbel in muur en te laag aangebracht
14 buitenverlichting werkt niet
15 hoekafwerking huis “oren” niet goed
16 lelijke plekken bij kozijnen buitenzijde
17 dimmer in hal ontbreekt
18 lichtpunt bijkeuken ontbreekt
19 woonkamer spotjes lelijk aangebracht openingen te zien
20 openingen bij diversen contactdozen
21 dorpel achterslaapkamer wijkt af van anderen
22 inloopkast grote slaapkamer ander indeling maken en betere afwerking
23 inloopkast ( Ilona) afwerking latten klopt niet
24 kozijn keuken kapot stuk uit
25 tegelwerk bijkeuken niet afgewerkt
26 afwerking toilet boven naar herstelwerk nog niet goed
27 lichtschakelaars toilet boven en hal hapert regelmatig
28 woonkamer/meterkast telefoon aansluiting
29 beschadigingen op veel binnen deuren
30 betimmering onder de goot op alle plaatsen( 4x) ongelijk aangebracht
31 beschadiging schuur tijdens ophalen keet
32 tuindeuren slot werkt niet
33 hoektegels in badkamer ongelijk en verschillende materialen
34 afwerking slaapkamers voorzijden plafond en zijwanden ongelijk
35 toilet beneden vloerverwarming niet goed
36 dorpels bij veel binnendeuren ongelijk
37 muur hal naar wc staat niet haaks (zie tegelwerk)
38 verlichting keuken geschakeld niet logisch
39 gaten sifon badkamer ongelijk daardoor wastafels ongelijk
40 vensterbank in badkamer aanfluiting in hout
41 vensterbank in ilona kamer in hout simpele afwerking kunststof gewenst.
42 vensterbank in Laura kamer in hout simpele afwerking kunststof gewenst
43 herstelde contactdoos keuken bij werken
2.17.
Op 30 september 2013 zijn partijen samengekomen in de woning om de lijst met opleverpunten (hierna: de opleverlijst) na te lopen.
2.18.
Op 4 oktober 2013 heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] drie facturen (hierna: de facturen) aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestuurd:
  • een factuur ‘afrekening nieuwbouw woning’ van € 11.258,- inclusief btw,
  • een factuur ‘afrekening tijdelijke huisvesting, arbeid’ van € 10.600,- inclusief btw,
  • een factuur ‘afrekening tijdelijke huisvesting, levering materiaal’ van € 9.067,32 inclusief btw.
Het totaalbedrag van de facturen is € 30.925,37 inclusief btw.
2.19.
Bij brief van 29 november 2013 heef de toenmalige gemachtigde van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. een laatste termijn van veertien dagen gegeven om de facturen te betalen. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. is niet tot betaling van de facturen overgegaan.
2.20.
In een brief van 31 december 2013 heeft de toenmalige gemachtigde van
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] vier weken de tijd gegeven om de op de opleverlijst genoemde punten te (laten) herstellen bij gebreke waarvan de vordering tot nakoming is omgezet in een vordering tot vervangende schadevergoeding. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft in reactie daarop (onder meer) laten weten niet tot herstel over te gaan, aangezien [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. de facturen niet betaald, de woning reeds is opgeleverd en de gestelde gebreken niet vast staan.
2.21.
Bij email van 29 januari 2014 heeft de toenmalige gemachtigde van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. laten weten dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. ZNEB Expertise en Taxatie B.V. (hierna: ZNEB) als deskundige zal inschakelen.
2.22.
Op 28 februari 2014 heeft de heer ir. S.C.M. Segeren van ZNEB (hierna: Segeren) de woning geïnspecteerd. Voor die inspectie waren partijen uitgenodigd en ook aanwezig. Toen [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. om hem moverende redenen weigerde een met [eiser in conventie/verweerder in reconventie] meegekomen werknemer van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] tot de woning toe te laten, is [eiser in conventie/verweerder in reconventie] evenmin de woning binnengegaan. Segeren en [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. hebben vervolgens een rondgang door de woning gemaakt. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] is blijven wachten en heeft op enig moment vragen van Segeren beantwoord.
2.23.
In een email van 13 maart 2014 schrijft Segeren [eiser in conventie/verweerder in reconventie] het volgende:

Naar aanleiding van ons overleg bij de familie [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] te [woonplaats] heb ik u beloofd een email te zenden met vragen, bij deze verzend ik u die met het vriendelijke verzoek zo spoedig mogelijkdoch uiterlijk 20 maart 2014per email aan mij te antwoorden (al dan niet via uw rechtsbijstandsverzekeraar).
Wij hebben tezamen de lijst met punten van de familie [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] doorgesproken, waarop u reeds op meerdere punten heeft gereageerd (zowel afwijzend als ook dat u sommige punten niet ter discussie stelt). Wellicht is het makkelijk dat u op alle punten nogmaals reageert. De punten waarover onduidelijkheden waren heb ik metroodverduidelijkt met een korte omschrijving zonder daar thans een oordeel over te geven.
Opleverpunten volgens de familie [gedaagden in conventie/eisers in reconventie]
(…)
4. vensterbank boven buitenzijde achter stuk af zie foto IMG 0099.
(…)
10. verlichting in badkamer verkeerd aangesloten De spots en het centrale lichtpunt zitten op één schakelaar, de andere schakelaar bedient de verlichting in de spiegels.
(…)
17. dimmer in hal ontbreekt Heeft de heer [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] gezegd te laten vervallen als discussiepunt.
(…)
26. afwerking toilet boven naar herstelwerk nog niet goed Hoogte tussen afwerking kap en tableau verloopt en vertoond scheuren (zie foto IMG 0066)
(…)
30. betimmering onder de goot op alle plaatsen (4x) ongelijk aangebracht Zie bijvoorbeeld foto IMG 0095 en IMG 0096.
Aanvullende punten na bespreking 30 september 2013 volgens de familie [gedaagden in conventie/eisers in reconventie]
44. binnendeuren verschillend van hoogte Naad onder deur is ongelijk (zie foto IMG 0073).
45. hang en sluitwerk buiten deur weer erin Zie foto IMG 0090.
46. kleine kamer voor scheuren boven deur Op diverse plaatsen scheurvorming in huis, in dit geval zie foto IMG 0014.
47. zij deur waait wind doorheen Is voelbaar, de deur sluit niet geheel af in de rubbers.
48. vensterbank buitenzijde raam oprit zijde schuin aangebracht Achterste raamkozijn aan rechter zijgevel (zie foto IMG 0073).
49. badkamer afvoer putje schuin aangebracht Zie foto IMG 0029.
50. badkamer wit worden tegels (tegels blijkbaar niet geschikt voor badkamers met vloerverwarming) Zie foto IMG 0030.
51. toiletten boven en beneden verschillend afgewerkt bij deurstijlen Zie foto IMG 0067 en IMG 0068.
52. slaapkamer (rechtsboven met zijraam) lekkage zichtbaar Zie foto IMG 0080.
53. plinten ongelijk aangebracht door heel het huis plinten zitten niet aangesloten op de vloerafwerking.
54. meterkast aansluiting kpn te kort daar rare aansluiting Zie foto IMG 0030.
55. dakraam in wc boven schuin aangebracht Zie punt 26 (afwerking verloopt)
56. hol klinken tegel in keuken in keukenvloer klinkt een tegel hol (het geeft bij bekloppen een ‘plok’-geluid.
Uiteraard staat het u vrij om aanvullende informatie via het antwoorden op deze email aan ons kenbaar te maken.
2.24.
In een email van 21 maart 2014 heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] Segeren geantwoord ‘hierbij onze reactie Zijn er vragen dan horen we die graag’. Hij heeft de hem door Segeren toegezonden email van 13 maart 2014 meegestuurd en daarin achter de punten 44 tot en met 56 het volgende toegevoegd (dikgedrukt is de reactie van [eiser in conventie/verweerder in reconventie], rechtbank):
“Aanvullende punten na bespreking 30 september 2013 volgens de familie [gedaagden in conventie/eisers in reconventie]
44. binnendeuren verschillend van hoogte Naad onder deur is ongelijk (zie foto IMG 0073).Opname terplaatsen
45. hang en sluitwerk buiten deur weer erin Zie foto IMG 0090.vernieuwen we
46. kleine kamer voor scheuren boven deur Op diverse plaatsen scheurvorming in huis, in dit geval zie foto IMG 0014.Wordt afgesteld
47. zij deur waait wind doorheen Is voelbaar, de deur sluit niet geheel af in de rubbers.
48. vensterbank buitenzijde raam oprit zijde schuin aangebracht Achterste raamkozijn aan rechter zijgevel (zie foto IMG 0073).???
49. badkamer afvoer putje schuin aangebracht Zie foto IMG 0029.Opname terplaatsen
50. badkamer wit worden tegels (tegels blijkbaar niet geschikt voor badkamers met vloerverwarming) Zie foto IMG 0030.Voldoet wel aan eisen voor badkamervloer met badkamer (volgens leverancier)
51. toiletten boven en beneden verschillend afgewerkt bij deurstijlen Zie foto IMG 0067 en IMG 0068.Opname terplaatsen
52. slaapkamer (rechtsboven met zijraam) lekkage zichtbaar Zie foto IMG 0080.Wordt gemaakt
53. plinten ongelijk aangebracht door heel het huis plinten zitten niet aangesloten op de vloerafwerking.Opname terplaatsen
54. meterkast aansluiting kpn te kort door rare aansluiting Zie foto IMG 0030.Door dat nuts aansluitingen niet afgesloten zijn tijdens sloop bestaande woning/nieuwbouw is voor deze situatue gekozen (geen kosten aansluiten/demonteren nutsbedrijven in overleg met opdrachtgever
55. dakraam in wc boven schuin aangebracht Zie punt 26 (afwerking verloopt)Controle terplaatsen
56. hol klinken tegel in keuken in keukenvloer klinkt een tegel hol (het geeft bij bekloppen een ‘plok’-geluid.Zal hersteld worden
2.25.
Omdat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. na ontvangst van een concept-rapport van ZNEB (in april 2014) van mening was dat Segeren ten onrechte de facturen van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] met betrekking tot het bewoonbaar maken van de schuur heeft beoordeeld (zonder de schuur daadwerkelijk te inspecteren), heeft er op 18 juni 2014 op verzoek van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. een aanvullende onderzoek door ZNEB (in de persoon van heer A. Hulscher re R.T.) plaatsgevonden.
2.26.
Op 27 augustus 2014 heeft ZNEB een rapport (hierna: het rapport) uitgebracht. Conclusie van het rapport is - kort samengevat - dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] bouwkundig is tekortgeschoten. Het geleverde werk voldoet niet aan de eisen van goed en deugdelijk werk. Het betreft volgens ZNEB de punten 1, 2, 3, 4, 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13, 19, 21, 23, 24, 26, 27, 28, 30, 32, 33, 34, 36, 38, 39, 43, 45, 46, 47, 49, 52, 55, 56. De kosten van herstel van deze gebreken (inclusief waardevermindering van de woning) begroot ZNEB begroot op
€ 18.825,-.
De kosten van herstel van de vijf op 18 juni 2014 (aanvullend) geconstateerde gebreken (inclusief waardevermindering van de woning) begroot ZNEB op € 12.175,-. Het gaat dan om de volgende gebreken (die de rechtbank omwille van de leesbaarheid van dit vonnis met 57 tot en met 61 door zal nummeren):
57. De oren aan de kopgevelzijde zijn in halfsteens metselwerk uitgevoerd.
58. Op de buitengevel zijn cementvlekken zichtbaar die door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] niet zijn verwijderd.
59. In de buitengevels zijn geheel geen open stootvoegen zichtbaar waardoor er geen ventilatie mogelijk is van de spouw.
60. In de tegelvloeren op de begane grond zijn geen dilataties aangebracht en is het tegelwerk scheef ten opzichte van de binnenmuren.
61. De kapconstructie geeft een knappend geluid.
De totale herstelkosten bedragen volgens ZNEB € 31.000,- inclusief btw.
De kosten van de verbouwing van de schuur tot tijdelijke woonruimte begroot ZNEB op
€ 13.250,- inclusief btw.
2.27.
Tijdens de procedure heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. naar eigen zeggen ontdekt dat de badkamer lekt. De rechtbank zal dit (gestelde) gebrek hierna aanduiden als gebrek 62.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] vordert samengevat - hoofdelijke veroordeling van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis tot betaling van € 30.925,32, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] stelt daartoe dat partijen voor de bouw van de woning een prijs van
€ 316.126,- inclusief btw zijn overeengekomen. Na verrekening van meer- en minderwerk komt de aanneemsom op € 311.258,30 zoals volgens hem blijkt uit de door hem als productie 4 bij dagvaarding overgelegde afrekenstaat. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. laat ten onrechte na de laatste termijn van € 11.258,- inclusief btw te betalen.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] stelt verder dat partijen zijn overeengekomen dat hij de schuur tegen kostprijs zou verbouwen. De kostprijs is € 19.667,32 inclusief btw. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. laat ten onrechte na deze kostprijs te betalen.
Voor het geval niet zou komen vast te staan dat partijen zijn overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de schuur tegen kostprijs zou verbouwen, moet er volgens [eiser in conventie/verweerder in reconventie] vanuit worden gegaan dat partijen bij het sluiten van de overeenkomst geen prijs hebben bepaald. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] kan dan naar eigen zeggen aanspraak maken op een redelijke prijs, zijnde voornoemde kostprijs.
3.3.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.5.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. vordert bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis samengevat - veroordeling van [eiser in conventie/verweerder in reconventie]:
primair
tot betaling van € 34.025,- aan vervangende schadevergoeding,
om binnen veertien dagen na de vonnisdatum de gebreken 61 (knappend geluid kapconstructie) en 62 (de lekkage in de badkamer) te herstellen en te bepalen dat bij gebreke daarvan de vordering tot nakoming wordt omgezet in een vordering tot vervangende schadevergoeding en [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gehouden is om € 4.100,- te voldoen aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s.,
subsidiair
a. om binnen veertien dagen na de vonnisdatum de gebreken 5 tot en met 12, 16, 19, 21 tot en met 25, 27, 28, 30 tot en met 34, 36 tot en met 54, 56, 57 tot en met 62 te herstellen, bij gebreke waarvan de vordering tot nakoming wordt omgezet in een vordering tot vervangende schadevergoeding en [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gehouden is om € 38.125,- te voldoen aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s.,
primair en subsidiair
tot betaling van € 5.700,- aan schadevergoeding wegens waardevermindering van de woning,
tot betaling van de proceskosten.
3.6.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. onderbouwt de door hem gestelde gebreken en de door hem gestelde waardevermindering van de woning naar eigen zeggen met het door hem ingewonnen deskundigenbericht van ZNEB waarvan hij de conclusies (zie 2.26) grotendeels heeft overgenomen. Daarnaast heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. foto’s van een deel van de door hem gestelde gebreken overgelegd alsmede een email van een (door hem) niet met name genoemde stukadoor. Ook uit deze stukken blijkt volgens [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. de aard en ernst van de door hem gestelde gebreken in het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] verrichte werk en dus de toerekenbare tekortkoming van [eiser in conventie/verweerder in reconventie].
3.7.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] voert verweer.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie
overeenkomst bouw woning
4.1.
Vaststaat dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] het door hem gevorderde bedrag van € 11.258,- inclusief btw (de laatste termijn) baseert op de door hem als productie 4 bij dagvaarding overgelegde (en door hemzelf opgestelde) afrekenstaat. Dit bedrag is het verschil tussen het totaal van deze afrekenstaat (€ 311.258,-) en het reeds door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. betaalde bedrag van in totaal € 300.000,- waarin [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. het door hem erkende meerwerk (extra kozijnen) naar eigen zeggen heeft verdisconteerd.
4.2.
Volgens [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in de afrekenstaat ten onrechte de volgende meerwerkposten opgenomen: waterslagen, tegelwerk toilet 1 en ‘electra, loodgieter & verwarming’. Voor het gestelde meerwerk heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. naar eigen zeggen geen opdracht gegeven. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft uitvoerig toegelicht dat bij vergelijking van het door onderaannemer [installatiebedrijf]’s opgestelde meer- minderwerkoverzicht en de overeenkomst blijkt dat [installatiebedrijf]’s per saldo geen meerwerk maar minderwerk heeft verricht. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft er ook op gewezen dat hij in februari 2013 een afrekenstaat van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft ontvangen die sluit op € 303.758,05 inclusief btw. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft volgens [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. verder nagelaten om voor de post ‘leggen van rijplaten’ en voor de post ‘gips plafond/wand dakkapel’ bedragen aan minderwerk op te nemen.
4.3.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft ter zitting erkend dat hij de post ‘rijplaten leggen’ ten onrechte niet als minderwerk heeft aangemerkt. Ten aanzien van de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde minderwerkpost ‘gips plafond/wand dakkapel’ geldt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ter zitting heeft bevestigd dat de betreffende dakkapel is komen te vervallen. Hij heeft daaraan toegevoegd dat als gevolg daarvan tegen het schuine dak nog wel meer gipsplaten nodig waren, dan als de dakkapel zou zijn gerealiseerd. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft ook deze - door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. weersproken - stelling echter niet van een concrete onderbouwing voorzien, zodat de rechtbank daaraan voorbij gaat. Conclusie is dan dat het door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde minderwerk is komen vast te staan als door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] onvoldoende gemotiveerd betwist. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft dus ten onrechte nagelaten om dit minderwerk in de afrekenstaat mee te nemen.
4.4.
Ten aanzien van het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gevorderde en door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gemotiveerd betwiste meerwerk geldt het volgende.
4.5.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft ter zitting in reactie op dit verweer wisselend en onvoldoende concreet verklaard over het moment waarop [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. volgens hem (mondeling) opdracht zou hebben gegeven voor het door hem gestelde meerwerk waterslagen en tegelwerk toilet 1 dat ten grondslag ligt aan dit deel van zijn vordering. In eerste instantie zou dat in 2013 zijn gebeurd, later (ook) in 2012, waarbij onduidelijk is gebleven in welk gesprek of in welke gesprekken [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. die opdracht(en) zou hebben gegeven. Daarbij speelt een rol dat ter zitting is komen vast te staan dat de afrekenstaat (die ook door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. is overgelegd maar dan als productie 4 bij conclusie van antwoord ) dateert van 25 maart 2013 en niet van mei 2013, zoals [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in de dagvaarding lijkt te suggereen. Dit doet afbreuk aan door de [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gestelde opdrachten voor het in die afrekenstaat vermeld meerwerk en de door hem gestelde inhoud van de besprekingen waarin die opdrachten zouden zijn gegeven.
4.6.
Ten aanzien van de meerwerkpost ‘electra, loodgieter & verwarming’ heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] niet weersproken dat de vergelijking tussen het door [installatiebedrijf] opgestelde overzicht van meer- en minderwerk en de betreffende posten in de overeenkomst niet uitkomt op meerwerk maar op het door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. genoemde bedrag aan minderwerk (zie randnummers 17 en 18 van de conclusie van antwoord). De enkele opmerking ter zitting van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dat nog gerekend moet worden met een door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] bij [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in rekening te brengen opslag van 10% over dat meerwerk, is zonder nadere toelichting die ontbreekt onvoldoende, temeer daar een dergelijke opslag niet het thans bestaande verschil tussen het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gevorderde bedrag en het door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. berekende bedrag kan verklaren.
Conclusie is dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] onvoldoende heeft gesteld om tot het bewijs van het door hem gestelde meerwerk te worden toegelaten. De rechtbank zal het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gevorderde bedrag van € 11.258,- inclusief btw (de laatste termijn) daarom bij eindvonnis afwijzen.
4.7.
Of partijen in december 2012 een nadere overeenkomst hebben gesloten inhoudend dat de aanneemsom vanwege minderwerk op € 300.000,- werd afgemaakt, zoals
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft gesteld en [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft bestreden, kan in het midden blijven.
overeenkomst verbouwen schuur
4.8.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft aangevoerd dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zich in het kader van onderhandelingen over de aanneemsom voor de bouw van de woning bij wijze van tegemoetkoming bereid heeft verklaard om de schuur te verbouwen zonder daarvoor kosten in rekening te brengen. De werkzaamheden aan de schuur zouden daarmee vallen binnen de overeenkomst.
4.9.
Aldus heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. naar het oordeel van de rechtbank gemotiveerd betwist de stelling van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dat partijen een (volgens [eiser in conventie/verweerder in reconventie]: aanvullende) mondelinge overeenkomst hebben gesloten inhoudend dat hij de schuur tegen kostprijs zou verbouwen.
4.10.
De reactie daarop van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dat hij op 23 april 2013 in het bijzijn van [betrokkene 1] en [betrokkene 2] de als productie 5 bij dagvaarding overgelegde afrekenstaat met [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft besproken (en de emails van [betrokkene 1] die hij in dat verband overlegt) en [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. daartegen toen niet heeft geprotesteerd, is vooralsnog onvoldoende om het bestaan van de door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gestelde overeenkomst als vaststaand aan te nemen, aangezien [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft betwist dat deze afrekenstaat toen aan de orde is geweest.
4.11.
De rechtbank zal [eiser in conventie/verweerder in reconventie], die zijn stelling tegenover de gemotiveerde betwisting van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. voldoende nader heeft onderbouwd en op wie de bewijslast van deze stelling rust, in de gelegenheid stellen te bewijzen dat partijen zijn overeengekomen dat hij de schuur tegen kostprijs zou verbouwen.
4.12.
Als [eiser in conventie/verweerder in reconventie] niet slaagt in zijn bewijsopdracht, moet er volgens [eiser in conventie/verweerder in reconventie] (subsidiair) vanuit worden gegaan dat partijen bij het sluiten van de overeenkomst de prijs niet hebben bepaald. Volgens [eiser in conventie/verweerder in reconventie] kan hij dan op de voet van artikel 7:752, eerste lid, BW aanspraak maken op een redelijke prijs. Volgens hem is de redelijke prijs gelijk aan de kostprijs van € 19.667,32 inclusief btw.
4.13.
Als het bestaan van de door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gestelde - ten opzichte van de overeenkomst met betrekking tot de bouw van de woning: aanvullende - overeenkomst niet zou komen vast te staan, is de conclusie in beginsel dat de prijs voor het verbouwen van de schuur bij het sluiten van de overeenkomst niet is bepaald. Op de voet van artikel 7:752, eerste lid, BW is [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dan in beginsel een redelijke prijs verschuldigd. Dit is eerst anders als de door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] betwiste stelling van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. zou komen vast te staan dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zich in het kader van onderhandelingen over de aanneemsom voor de bouw van de woning bij wijze van tegemoetkoming bereid heeft verklaard om de schuur te verbouwen zonder daarvoor kosten in rekening te brengen en partijen daarover overeenstemming hebben bereikt. De rechtbank zal [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in de gelegenheid stellen deze stelling te bewijzen.
4.14.
De rechtbank zal uit het oogpunt van proceseconomie nu reeds beide bewijsopdrachten geven.
4.15.
Als [eiser in conventie/verweerder in reconventie] slaagt in zijn bewijsopdracht, dan is aan de orde de betwisting van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. van het door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in rekening gebrachte bedrag. Dit bedrag is volgens [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. niet onderbouwd. Het staat niet in verhouding tot de (beperkte) werkzaamheden die [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in de schuur heeft verricht en is - zo begrijpt de rechtbank - (dus ook) niet redelijk.
4.16.
Ook als [eiser in conventie/verweerder in reconventie] niet slaagt in zijn bewijsopdracht en [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. evenmin in zijn bewijsopdracht, is dit verweer aan de orde.
4.17.
De rechtbank overweegt voorshands dat zij deze betwisting van de stelling van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] als voldoende gemotiveerd aanmerkt. Daarbij speelt ook een rol dat ZNEB op een (aanzienlijk) lager bedrag aan verbouwingskosten uitkomt dan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] terzake vordert.
Het ligt op dit moment dan ook in de rede dat de rechtbank, indien daaraan wordt toegekomen, een deskundigenbericht in zal winnen ten aanzien van de door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] gestelde werkzaamheden en de in dat verband door hem in rekening gebrachte kosten.
4.18.
De rechtbank houdt iedere verdere beslissing aan in afwachting van de uitkomst van de bewijslevering.
in reconventie
gestelde gebreken
4.19.
De rechtbank zal hierna alle gebreken beoordelen die [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. aan zijn vorderingen ten grondslag legt. Dat zijn dus de punten 1 tot en met 62 zoals die hiervoor onder de ‘feiten’ zijn beschreven. De rechtbank zal bij de beoordeling steeds die nummering aanhouden.
4.20.
De rechtbank concludeert op basis van de stellingen en het petitum van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dat hij in ieder geval de gebreken met nummers 29 en 35 niet aan zijn vordering ten grondslag heeft gelegd, zodat deze hierna onbesproken blijven.
4.21.
Ter zitting heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. toegelicht dat gebrek 57 hetzelfde gebrek is als gebrek 15 en dat gebrek 58 hetzelfde gebrek is als gebrek 16. Deze gebreken zijn per abuis twee keer genoemd. De rechtbank zal dan ook de nummers 57 en 58 onbesproken laten.
4.22.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft in de dagvaarding een deel van de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde gebreken erkend. In zijn conclusie van antwoord in reconventie heeft hij die erkenning herhaald. Het gaat dan om de gebreken 2, 4, 6, 7, 13, 18, 24, 25, 26 en 32. Ook heeft hij in de conclusie van antwoord in reconventie gebrek 30 erkend.
4.23.
Ten aanzien van de door hem erkende gebreken heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de hoogte van de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in dat verband gevorderde schade betwist. De rechtbank zal verderop in dit vonnis op dit verweer ingaan.
4.24.
Voor zover [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. stelt dat uit het rapport blijkt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] meer of andere gebreken heeft erkend dan hiervoor door de rechtbank is vastgesteld, is dit niet komen vast te staan. Weliswaar staat in het rapport te lezen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ook de gebreken 1, 3, 8, 27, 28, 34, 38, 39 en 43 heeft erkend, maar [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft deze conclusie van ZNEB in deze procedure van meet af aan betwist, zodat van een buitengerechtelijke erkentenis (laat staan van een gerechtelijke erkentenis in de zin van artikel 154 Rv) geen sprake is.
4.25.
Ten aanzien van gebrek 15 (hoekafwerking huis ‘oren’ niet goed) volgt de rechtbank [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. niet in zijn stelling dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dit gebrek in zijn email van
22 augustus 2013 aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] heeft erkend. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft de gestelde erkenning betwist en gesteld dat hij toen (nog) coulancehalve tot herstel bereid was en dat zijn woorden in dat licht moeten worden bezien.
De woorden van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ‘heb ook over die oren gezegd dat we dat op zouden lossen naar jullie zin en dat wat we zeggen menen we en doen we’ bieden naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende aanknopingspunten om te concluderen dat hij toen onvoorwaardelijk dit gestelde gebrek heeft erkend. Daarbij speelt een rol dat partijen op dat moment nog rechtstreeks (en niet via een gemachtigde) met elkaar communiceerden, de rondgang van 30 september 2013 nog moest volgen en zij elkaar over en weer nog niet in gebreke hadden gesteld. Bovendien heeft [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zich tegenover ZNEB en in deze procedure telkens op het standpunt gesteld dat hij op dit onderdeel van het werk aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Van een door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] erkend gebrek is dan geen sprake.
4.26.
Uit de inhoud van de door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zelf opgestelde email van 21 maart 2014 (zie 2.24) volgt daarentegen wel dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] met zoveel woorden de gebreken 45, 47, 52 en 56 buitengerechtelijk heeft erkend. In die email schrijft [eiser in conventie/verweerder in reconventie], wanneer hij door ZNEB om een (aanvullende) reactie wordt gevraagd immers respectievelijk ‘vernieuwen we’, ‘wordt afgesteld’, ‘wordt gemaakt’ en ‘zal hersteld worden’. Deze woorden van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] kunnen mede gelet op de fase waarin het conflict tussen partijen zich op dat moment bevond niet anders worden uitgelegd dan een erkenning van deze gebreken. Voor zover [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in deze procedure op deze buitengerechtelijke erkenning terug heeft willen komen, heeft hij zijn stellingen onvoldoende onderbouwd. Het bestaan van deze gebreken is daarmee vast komen te staan.
4.27.
Ten aanzien van de nummers 2, 4, 6, 7, 13, 18, 24, 25, 26, 30, 32, 45, 47, 52 en 56 staat dus vast dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst.
4.28.
De rechtbank overweegt dat uit het rapport volgt dat ZNEB ten aanzien van de volgende (gestelde) gebreken concludeert dat niet van een (aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] te wijten) gebrek sprake is en op die onderdelen van het werk evenmin tot een (aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toe te rekenen) waardevermindering van de woning concludeert. ZNEB heeft op die onderdelen van het werk dus ook geen bedrag aan herstelkosten noch een waardevermindering opgenomen, zoals volgt uit schadevaststelling op pagina’s 30 en 31 van het rapport. Het gaat dan om de (gestelde) gebreken met nummer:
5 (gordingen op zolder vertonen grote scheuren), 9 (stopcontacten in de badkamer niet op dezelfde hoogte), 14 (buitenverlichting werkt niet), 16 (lelijke plekken kozijnen buitenzijde), 17 (dimmer in hal ontbreekt), 20 (openingen bij diverse contactdozen), 27 (lichtschakelaars toilet boven en hal hapert regelmatig), 37 (muur hal naar toilet staat niet haaks), 44 (binnendeuren verschillend van hoogte), 48 (vensterbank buitenzijde raam oprit zijde schuin aangebracht), 50 (badkamertegels slaan wit uit), 51 (betimmering toiletten ongelijk), 53 (plinten ongelijk aangebracht door heel het huis).
4.29.
Voor zover de stellingen van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. zo moeten worden uitgelegd dat ZNEB ten aanzien van de hiervoor in rechtsoverweging 4.28 genoemde punten een onjuiste conclusie heeft getrokken en wel degelijk van een tekortkoming van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] sprake is, gaat de rechtbank aan die stelling voorbij. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft namelijk onvoldoende toegelicht waarom de conclusie van ZNEB, de door hemzelf ingeschakelde partijdeskundige, onjuist zou zijn. Voor zover [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. meent dat dit zou kunnen volgen uit de door hem overgelegde foto’s, valt dat zonder nadere toelichting, die ontbreekt, niet in te zien. Ten aanzien van bedoelde gebreken heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. kortom niet aan zijn stelplicht voldaan.
4.30.
Ten aanzien van de nummers 5, 9, 11, 14, 16, 17, 20, 27, 37, 44, 48, 50, 51 en 53
is dus niet vast komen te staan dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst.
4.31.
De door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde gebreken die dan te beoordeling resteren zijn:
1, 3, 8, 10, 11, 12, 15, 19, 21, 22, 23, 28, 31, 33, 34, 36, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 46, 49, 54, 55, 59, 60, 61 en 62.
4.32.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft ten aanzien van de gestelde gebreken 46, 49, 54 en 55 als meest verstrekkende verweer aangevoerd dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. deze op het tijdstip van oplevering van de woning redelijkerwijs had moeten ontdekken, omdat de gestelde gebreken met het blote oog waarneembaar zijn.
4.33.
Het gaat om:
46. kleine kamer voor scheuren boven deur
49. badkamer afvoer putje schuin aangebracht
54. meterkast aansluiting kpn te kort door rare aansluiting
55. dakraam in wc boven schuin aangebracht
4.34.
Voor de boordeling van dit verweer is het noodzakelijk om te bepalen wanneer de woning is opgeleverd.
4.35.
Voor zover [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ook na de zitting heeft willen stellen dat de woning reeds in mei 2013 was opgeleverd en niet (zoals hij subsidiair stelt) op 30 september 2013 gaat de rechtbank daaraan voorbij. Uit de feiten zoals die onder 2.16, 2.17 en 2.18 zijn weergegeven blijkt dat partijen op 30 september 2013 bijeengekomen zijn in de woning om de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde lijst met opleverpunten na te lopen. Partijen hebben dat ook gedaan. Voor zover [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft willen stellen dat zij daarbij niet ook de woning zijn doorgelopen, omdat een meningsverschil ertoe leidde dat hij door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. al eerder de woning is uitgezet, heeft hij die stelling tegenover de gemotiveerde betwisting daarvan door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. niet van een nadere toelichting voorzien. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft bij die gelegenheid dus zelf de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde opleverpunten waar kunnen nemen. Het feit dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] eerst na 30 september 2013 (namelijk op 4 oktober 2013) de laatste factuur voor de bouw van de woning heeft gestuurd, duidt ook op een oplevering op die datum. Tot slot staat vast dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. op dat moment in de woning woonde en de woning dus in gebruik had genomen. Daarmee is vast komen te staan dat de woning op
30 september 2013 (niet eerder maar ook niet later) is opgeleverd.
4.36.
Vanaf 30 september 2013 geldt, zoals [eiser in conventie/verweerder in reconventie] terecht opmerkt, ingevolge artikel 7:758 BW dat het werk voor risico van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. is en dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] is ontslagen van de aansprakelijkheid voor gebreken die de opdrachtgever op 30 september 2013 redelijkerwijs had moeten ontdekken.
4.37.
Ten aanzien van de gebreken 46, 49, 54 en 55 heeft [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. ter zitting bevestigd dat ze op 30 september 2013 zichtbaar waren. Ze zijn toen ook besproken. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft toen naar eigen zeggen ingeschat dat het niet om ernstige gebreken ging en ze daarom niet op de lijst met opleverpunten gezet. Ten aanzien van gebrek 46 geldt nog dat dit gebrek steeds erger is geworden. Ten aanzien van gebrek 54 geldt nog dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dit gebrek heeft erkend in zijn email van 21 maart 2014 (zie 2.24), aldus steeds [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s.
4.38.
De rechtbank overweegt dat uit de email van 21 maart 2014 niet volgt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft erkend dat hij verantwoordelijk is voor het gestelde gebrek 54. Blijkbaar was [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. die mening eerder ook toegedaan aangezien hij dit punt eerst na
30 september 2013 aan de lijst met gestelde gebreken heeft toegevoegd.
Aangezien [eiser in conventie/verweerder in reconventie] er na 30 september 2013 gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat de gekozen wijze van uitvoering op dit onderdeel naar tevredenheid van [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. was en hij op dat punt ontslagen was van enige aansprakelijkheid, kan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dit gebrek thans niet meer aan zijn vordering ten grondslag leggen.
Datzelfde geldt voor de gestelde gebreken 46, 49 en 55. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft nagelaten om deze hem kenbare gebreken op 30 september 2013 als opleverpunt aan de orde te stellen. Van de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde verergering van gebrek 46 is niet gebleken.
4.39.
De gestelde gebreken 46, 49, 54 en 55 kunnen het gevorderde dus niet dragen.
4.40.
Ten aanzien van de gebreken 1 (dorpel meterkast stuk uit), 3 (bijna alle plafonds en muren vertonen scheuren), 8 (plafond badkamer ongelijk en scheuren), 28 (woonkamer/meterkast telefoonaansluiting), 34 (afwerking slaapkamers voorzijde plafond en zijwanden ongelijk), 38 (verlichting keuken geschakeld niet logisch), 39 (gaten sifon badkamer ongelijk en daardoor wastafel ongelijk) en 43 (herstelde contactdoos keuken bijwerken) geldt het volgende.
De inhoud van het rapport van ZNEB biedt, zo heeft de rechtbank vastgesteld, anders dan een door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gegeven omschrijving van die gebreken, geen nadere onderbouwing van de gestelde gebreken. ZNEB heeft deze gebreken immers niet beoordeeld omdat deze volgens haar door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zijn erkend. De door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gestelde erkenning van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] is echter niet vast komen te staan. De rechtbank volgt dan ook niet de conclusie van ZNEB dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] op deze onderdelen van het werk is tekortgekomen (omdat hij deze gebreken zou hebben erkend).
Nu [eiser in conventie/verweerder in reconventie] het bestaan van deze gebreken juist gemotiveerd heeft betwist, is het ingevolge artikel 150 Rv aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. om de door hem gestelde tekortkoming van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] op deze onderdelen van het werk te bewijzen. De door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. overgelegde foto’s en verklaring van een stukadoor zijn daartoe, zonder nadere toelichting - die ontbreekt - (nog) niet voldoende.
4.41.
Ten aanzien van de gestelde gebreken 15 (hoekafwerking huis ‘oren’ niet goed), 22 (inloopkast slaapkamer 1 andere indeling maken en betere afwerking) en 40 tot en met 42 (samengevat: uitvoering vensterbanken) geldt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft aangevoerd dat hij deze onderdelen van het werk heeft uitgevoerd zoals overeengekomen. Uit het rapport van ZNEB volgt dat zij niet heeft kunnen vaststellen of sprake is van een aan [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toe te rekenen tekortkoming, omdat partijen, zo stelt ook de rechtbank vast, twisten over de inhoud van de overeenkomst (15, 22 en 40 tot en met 42).
4.42.
Het is bij deze stand van zaken aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. om zijn stellingen (dat ook op deze onderdelen sprake is van een tekortkoming van [eiser in conventie/verweerder in reconventie]) te bewijzen. De door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. overgelegde foto’s zijn daartoe, zonder nadere toelichting - die ontbreekt - (nog) niet voldoende. De rechtbank zal [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. de gelegenheid geven tot bewijslevering.
Ten aanzien van de hoekafwerking ‘oren’ dient [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dus te bewijzen dat is overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de oren telkens steens zou uitvoeren. Datzelfde geldt voor de natuursteenelementen aan de onderzijde van de ‘oren’.
Ten aanzien van de inloopkast slaapkamer 1 dient hij te bewijzen dat is overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de aan hem (op foto) getoonde inloopkast zou maken.
Ten aanzien van de vensterbanken in badkamer, slaapkamer 2 en slaapkamer 4 dient [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. te bewijzen dat uitvoering in hoogwaardig materiaal is overeengekomen.
4.43.
Ten aanzien van het gestelde gebrek 31 (beschadiging schuur tijdens ophalen keet) stelt [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] onzorgvuldig heeft gehandeld tijdens het ophalen van de keet de schuur heeft beschadigd door deze met de keet te raken. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft deze stelling gemotiveerd betwist. De foto’s waar [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. naar verwijst en het rapport van ZNEB zijn (nog) onvoldoende om de oorzaak van de schade aan de schuur vast te stellen. Dit betekent dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. de door hem gestelde oorzaak van de beschadiging dient te bewijzen. De rechtbank zal hem daartoe in de gelegenheid stellen.
4.44.
Vervolgens resteren de gestelde gebreken 10, 11, 12, 19, 21, 23, 33, 36, 59, 60, 61 en 62. [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. onderbouwt deze gebreken, met uitzondering van gebrek 62 dat volgens hem eerst na 18 juni 2014 zichtbaar is geworden, met het rapport van ZNEB.
4.45.
[eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft de gestelde gebreken 10, 11, 12, 19, 33, 36, 59, 60, 61 en 62 naar het oordeel van de rechtbank gemotiveerd betwist. Ten aanzien van de gebreken 59, 60, 61 en 62 geldt daarbij dat aan die betwisting geen hoge eisen kunnen worden gesteld aangezien [eiser in conventie/verweerder in reconventie] niet is uitgenodigd voor de (tweede) rondgang met een deskundige van ZNEB op 18 juni 2014 en toen (volgens [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s.) de gebreken 59, 60 en 61 zijn geconstateerd. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft die (gestelde) gebreken tot op heden dus niet kunnen waarnemen. Ten aanzien van het gestelde gebrek 62 (lekkage badkamer) geldt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] hiermee eerst bij conclusie van antwoord is geconfronteerd en ook dat (gestelde) gebrek nog niet heeft gezien.
Het is dan ingevolge artikel 150 Rv aan [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. om de door hem gestelde tekortkomingen van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] op deze onderdelen van het werk te bewijzen. Het door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. overgelegde rapport van ZNEB en de overgelegde foto’s zijn daartoe (nog) niet voldoende.
4.46.
Het verweer van [eiser in conventie/verweerder in reconventie] dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bij oplevering op 30 september 2013 redelijkerwijs had moeten ontdekken dat in de tegelvloeren op de begane grond geen dilataties zijn aangebracht en het tegelwerk scheef ten opzichte van de binnenmuren is aangebracht (gebrek 60), zal de rechtbank nu reeds passeren. Dit mocht namelijk in redelijkheid niet van een leek als [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. worden verwacht.
4.47.
Ten aanzien van de gestelde gebreken 21 en 23 geldt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] deze bij gebrek aan wetenschap betwist. Hij voert aan dat hij niet in staat is gesteld dit gebrek zelf vast te stellen. De rechtbank passeert dit verweer. Hiervoor is reeds overwogen dat de woning op 30 september 2013 is opgeleverd. [eiser in conventie/verweerder in reconventie] is toen wel degelijk in de gelegenheid gesteld deze gebreken (waarvan bovendien gesteld noch gebleken is dat het werk van een door [eiser in conventie/verweerder in reconventie] ingeschakelde onderaannemer betreft) vast te stellen. De rechtbank zal zijn betwisting dan ook passeren. Dit betekent dat deze gebreken zijn komen vast te staan.
tussenconclusies
4.48.
Het voorafgaande leidt tot de volgende tussenconclusies:
4.49.
Ten aanzien van de gestelde gebreken met nummer 2, 4, 6, 7, 13, 18, 21, 23, 24, 25, 26, 30, 32, 45, 47, 52 en 56 staat vast dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst.
4.50.
Ten aanzien van de gestelde gebreken met nummer 5, 9, 11, 14, 16, 17, 20, 27, 37, 44, 48, 50, 51 en 53 is niet vast komen te staan dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst.
4.51.
De gestelde gebreken 46, 49, 54, 55, 57 en 58 kunnen het gevorderde niet dragen.
4.52.
De rechtbank zal [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in de gelegenheid stellen de door hem gestelde gebreken 15, 22, 31 en 40 tot en met 42 te bewijzen.
Ten aanzien van het gestelde gebrek 15 ( de hoekafwerking ‘oren’) dient [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dus te bewijzen dat is overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de oren telkens steens zou uitvoeren. Datzelfde geldt voor de natuursteenelementen aan de onderzijde van de ‘oren’.
Ten aanzien van het gestelde gebrek 22 (de inloopkast slaapkamer 1) dient hij te bewijzen dat is overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de aan hem (op foto) getoonde inloopkast zou maken.
Ten aanzien van het gestelde gebrek 31 (beschadiging schuur tijdens ophalen keet) dient [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. te bewijzen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] tijdens het ophalen van de keet de schuur heeft beschadigd door deze met keet te raken.
Ten aanzien van de gestelde gebreken 40 tot en met 42 (de vensterbanken in badkamer, slaapkamer 2 en slaapkamer 4) dient [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. te bewijzen dat uitvoering in hoogwaardig materiaal is overeengekomen.
4.53.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. dient zich bij akte uit te laten of en zo ja op welke wijze hij tot bewijslevering wil overgaan.
4.54.
Als [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. erin slaagt de door hem gestelde gebreken 15, 22, 31 en 40 tot en met 42 te bewijzen, dan geldt dat de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in dat kader gevorderde herstelkosten in geschil zijn, aangezien [eiser in conventie/verweerder in reconventie] deze bedragen naar het oordeel van de rechtbank voldoende gemotiveerd heeft betwist. De rechtbank is dan niet in staat om te beoordelen of welke kosten gemoeid zijn met het herstel van deze gebreken, mochten zij komen vast te staan. Het ligt dan in de rede - zo overweegt de rechtbank voorshands – een deskundigenbericht in te winnen.
verder verloop procedure na bewijslevering
4.55.
De rechtbank overweegt voorshands dat zij op basis van de stellingen van partijen en de thans voorhanden gegevens niet in staat is te beoordelen of de gestelde gebreken 1, 3, 8, 10, 11, 12, 19, 28, 33, 34, 36, 38, 39, 43, 59, 60, 61 en 62 zich voordoen.
4.56.
Evenmin is de rechtbank thans in staat om te beoordelen welke kosten gemoeid zijn met het herstel van deze gebreken, mochten zij komen vast te staan.
4.57.
De rechtbank is op basis van de stellingen van partijen en de thans voorhanden gegevens ook niet in staat te beoordelen wat de kosten van het herstel zijn van de inmiddels vaststaande gebreken 2, 4, 6, 7, 13, 18, 21, 23, 24, 25, 26, 30, 32, 45, 47, 52 en 56.
[gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. heeft de in dat verband door hem gevorderde kosten weliswaar onderbouwd met het rapport van haar partijdeskundige (met uitzondering van gesteld gebrek 62), maar [eiser in conventie/verweerder in reconventie] heeft de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. genoemde bedragen telkens betwist. De rechtbank acht deze betwisting voldoende gemotiveerd, zodat de door [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. gevorderde bedragen (nog) niet zijn komen vast te staan.
4.58.
De rechtbank acht het voorshands dan ook aangewezen om op al de geschilpunten zoals genoemd in rechtsoverwegingen 4.55 tot en met 4.57 een deskundigenbericht in te winnen. De rechtbank zal daartoe - zo overweegt zij voorshands - echter eerst overgaan nadat bewijslevering heeft plaatsgevonden.
4.59.
De rechtbank is voorlopig van oordeel dat te zijner tijd kan worden volstaan met de benoeming van één deskundige op het gebied van bouwkunde en dat hem (in ieder geval) de navolgende vragen dienen te worden voorgelegd:
Voldoet de bouw van de woning op de punten 1, 3, 8, 10, 11, 12, 19, 28, 33, 34, 36, 38, 39, 43 59, 60, 61 en 62 aan de eisen van goed en deugdelijk werk? (zie rechtsoverwegingen 2.16, 2.23, 2.26 en 2.27 van dit vonnis voor de korte omschrijving van deze punten)
Zo nee, hoe kan het gebrek/de gebreken naar uw deskundige mening worden hersteld?
Wat zijn dan de (geschatte) kosten van dat herstel?
Wat zijn de (geschatte) kosten van het herstel van de (in deze procedure reeds vaststaande) gebreken 2, 4, 6, 7, 13, 18, 21, 23, 24, 25, 26, 30, 32, 45, 47, 52 en 56? (zie rechtsoverwegingen 2.16, 2.23 en 2.26 van dit vonnis voor de korte omschrijving van deze gebreken)
Geeft uw onderzoek u – binnen het kader van uw deskundigheid – nog aanleiding tot het maken van andere opmerkingen die voor de beoordeling van het geschil van belang kunnen zijn?
4.60.
Partijen zullen - zo oordeelt de rechtbank wederom voorshands - te zijner tijd in de gelegenheid worden gesteld een voorstel te doen voor een te benoemen deskundige en hun reactie te geven op de hiervoor geformuleerde, aan de deskundige voor te leggen vragen.
4.61.
De rechtbank houdt iedere verdere beslissing aan in afwachting van de uitkomst van de bewijslevering.

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
stelt [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in de gelegenheid te bewijzen dat partijen zijn overeengekomen dat hij de schuur tegen kostprijs zou verbouwen,
5.2.
bepaalt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] zich op de rolzitting van
22 april 2015schriftelijk kan uitlaten over de vraag hoe hij het bewijs wil leveren,
5.3.
bepaalt dat, als [eiser in conventie/verweerder in reconventie] bewijs wil leveren door middel van schriftelijke stukken, hij deze stukken op de hiervoor vermelde rolzitting over moet leggen,
5.4.
bepaalt dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie], als hij bewijs door getuigen wil leveren, de naam en woonplaats van de te horen getuigen moet opgeven met de verhinderdata van hemzelf, zijn gemachtigde en de getuigen en zo mogelijk van de tegenpartij, waarna een dag voor het getuigenverhoor zal worden vastgesteld,
5.5.
bepaalt dat, als een getuigenverhoor wordt gehouden, beide partijen daarbij aanwezig moeten zijn om eventueel aansluitend aan het verhoor de zaak te bespreken en om te bekijken of een schikking mogelijk is,
5.6.
stelt [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in de gelegenheid te bewijzen dat partijen zijn overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de schuur zou verbouwen zonder daarvoor kosten in rekening te brengen,
5.7.
bepaalt dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. zich op de rolzitting van
22 april 2015schriftelijk kan uitlaten over de vraag hoe hij het bewijs wil leveren,
5.8.
bepaalt dat, als [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bewijs wil leveren door middel van schriftelijke stukken, hij deze stukken op de hiervoor vermelde rolzitting over moet leggen,
5.9.
bepaalt dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. als hij bewijs door getuigen wil leveren, de naam en woonplaats van de te horen getuigen moet opgeven met de verhinderdata van hemzelf, zijn gemachtigde en de getuigen en zo mogelijk van de tegenpartij, waarna een dag voor het getuigenverhoor zal worden vastgesteld,
5.10.
bepaalt dat, als een getuigenverhoor wordt gehouden, beide partijen daarbij aanwezig moeten zijn om eventueel aansluitend aan het verhoor de zaak te bespreken en om te bekijken of een schikking mogelijk is,
5.11.
houdt iedere verdere beslissing aan,
in reconventie
5.12.
stelt [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. in de gelegenheid te bewijzen dat:
- partijen zijn overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] de oren telkens steens zou uitvoeren en dat hetzelfde geldt voor de natuursteenelementen aan de onderzijde van de ‘oren’,
- partijen zijn overeengekomen dat [eiser in conventie/verweerder in reconventie] in slaapkamer 1 de aan hem (op foto) getoonde inloopkast zou maken,
- [eiser in conventie/verweerder in reconventie] tijdens het ophalen van de keet de schuur heeft beschadigd door deze met de keet te raken,
- partijen zijn overeengekomen de vensterbanken in badkamer, slaapkamer 2 en slaapkamer 4 in hoogwaardig materiaal uit te voeren,
5.13.
bepaalt dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. zich op de rolzitting van
22 april 2015schriftelijk kan uitlaten over de vraag hoe hij het bewijs wil leveren,
5.14.
bepaalt dat, als [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s. bewijs wil leveren door middel van schriftelijke stukken, hij deze stukken op de hiervoor vermelde rolzitting over moet leggen,
5.15.
bepaalt dat [gedaagden in conventie/eisers in reconventie] c.s., als hij bewijs door getuigen wil leveren, de naam en woonplaats van de te horen getuigen moet opgeven met de verhinderdata van hemzelf, zijn gemachtigde en de getuigen en zo mogelijk van de tegenpartij, waarna een dag voor het getuigenverhoor zal worden vastgesteld,
5.16.
bepaalt dat, als een getuigenverhoor wordt gehouden, beide partijen daarbij aanwezig moeten zijn om eventueel aansluitend aan het verhoor de zaak te bespreken en om te bekijken of een schikking mogelijk is,
5.17.
houdt iedere verdere beslissing aan,
Dit vonnis is gewezen door mr. R. Raat en in het openbaar uitgesproken op 8 april 2015.