ECLI:NL:RBGEL:2015:7050
Rechtbank Gelderland
- Wraking
- T.P.E.E. van Groeningen
- L. van Gijn
- C. van Linschoten
- Rechtspraak.nl
Wraking in strafzaak met poging tot doodslag en mishandeling
In deze zaak heeft verzoeker, die gedetineerd is in de P.I. Arnhem, een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechters die zijn strafzaak behandelen. Verzoeker is beschuldigd van poging tot doodslag, het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel en mishandeling, wat hij ontkent. Hij stelt dat hij het slachtoffer enkel heeft geduwd, waarna deze is gevallen. De aanleiding voor het wrakingsverzoek was een opmerking van de voorzitter van de meervoudige strafkamer, die stelde dat het letsel van het slachtoffer, zoals beschreven in de medische informatie, niet past bij enkel een val. Verzoeker voelde zich hierdoor vooringenomen beoordeeld door de rechters.
De wrakingskamer heeft het verzoek beoordeeld en geconcludeerd dat de opmerking van de voorzitter niet kan worden opgevat als een aanwijzing voor vooringenomenheid. De rechters hebben de taak om kritische vragen te stellen en opmerkingen te maken over relevante feiten tijdens de zitting. De voorzitter heeft in zijn uitleg aangegeven dat zijn opmerking bedoeld was om verzoeker de kans te geven zijn visie op het letsel te geven. De wrakingskamer oordeelt dat er geen sprake is van omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechters in twijfel trekken.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking afgewezen, waarbij zij benadrukt dat de rechters uit hoofde van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden weerleggen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 12 november 2015, en tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.