2.32.Grillo Steel voert in haar antwoordconclusie na enquête gemotiveerd verweer tegen de (hoogte van de) gewijzigde eis in reconventie. Naar het oordeel van de rechtbank bevat dit verweer een aantal steekhoudende argumenten die van invloed kunnen zijn op de hoogte van het vast te stellen schadebedrag van [gedaagde] . De rechtbank zal [gedaagde] in de gelegenheid stellen om bij akte op die argumenten in te gaan en haar eigen schadeopstelling nader te specificeren en te onderbouwen. Grillo Steel zal daarna in de gelegenheid worden gesteld daarop bij akte te reageren. Het gaat om de volgende door Grillo Steel aangevoerde punten:
1. Het bedrag van de eerste factuur (voor de niet betwiste goederen), zijnde € 15.984,00,
moet in geval van veroordeling van Grillo Steel verrekend worden met het schadebedrag
dat jegens [gedaagde] zal worden vastgesteld.
2. [gedaagde] levert geen enkel bewijs dat de factuur met betrekking tot het gevorderde
bedrag van € 72.267,32 (productie 16 van [gedaagde] ) daadwerkelijk de aankoop
betreft van buizen die aan Stork zijn geleverd ter vervanging van de buizen van Grillo
Steel.
3. De onder 2 bedoelde factuur ziet op de aankoop van 536 meter buizen uit Japan. Bij
Grillo Steel zijn destijds 67 buizen besteld van 6000 mm voor een totaal derhalve van 402
meter. Blijkbaar tracht [gedaagde] 536 meter - 402 meter = 134 meter te veel in
rekening te brengen bij Grillo Steel. Aangezien de prijs per meter $ 153,06 bedraagt,
oftewel € 112,85 tegen de door [gedaagde] gehanteerde koers, betekent dit dat Van
Leeuwen € 112,85 x 134 = € 15.121,90 teveel vordert.
4. De schade die [gedaagde] lijdt is niet de volledige prijs van de vervangende buizen,
maar het prijsverschil tussen de buizen van Grillo Steel en de vervangende buizen. Nu de
prijs per meter van de buizen van Grillo Steel € 135,00 was, terwijl die van de
vervangende buizen € 112,85 was, heeft [gedaagde] niet alleen geen schade geleden bij
de aankoop van de vervangende buizen, maar heeft zij er zelfs op bespaard.
5. Het is niet duidelijk hoe [gedaagde] tot een bedrag van € 50.000,00 is gekomen. Dit
bedrag dient nader te worden onderbouwd en gespecificeerd.
6. De te betalen rente over de schadevergoeding dient op basis van de Italiaanse rentevoet te
worden berekend, aangezien op deze rente Italiaans recht van toepassing is, nu het Weens
Koopverdrag daar niets over regelt.
7. [gedaagde] specificeert noch de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten, noch de
werkzaamheden die deze kosten zouden hebben veroorzaakt. Ook is onduidelijk welke
incassokosten [gedaagde] heeft gemaakt, nu de betaling voor het eerst in het kader van
deze procedure is gevorderd.