Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde 1] ,
ALLE ONBEKENDE PERSONEN DIE VERBLIJVEN AAN HET ADRES [adres] TE [woonplaats],
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 816,00
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 15 februari 2016 uitspraak gedaan in een kort geding over de ontruiming van een monumentale boerderij. De eiseressen, V.O.F. Westeraam I en haar vennoten, hebben de gebruiksovereenkomst met de bewoners opgezegd vanwege voorgenomen herontwikkelingswerkzaamheden. De eigenaar stelde dat de plannen voor herontwikkeling concreet genoeg waren om de overeenkomst rechtsgeldig op te zeggen, terwijl de gedaagde, [gedaagde 1], aanvoerde dat de plannen onvoldoende concreet waren en dat de opzegging nietig was. De voorzieningenrechter oordeelde dat de opzegging rechtsgeldig was en dat de gedaagden, waaronder [gedaagde 1], het pand binnen vijf dagen moesten ontruimen. De voorzieningenrechter overwoog dat het belang van de eigenaar bij de ontruiming zwaarder woog dan het belang van de gedaagden bij het behoud van het monumentale pand, omdat beide partijen hetzelfde belang stelden. De vordering tot ontruiming werd toegewezen, met machtiging voor de eigenaar om de ontruiming zelf te bewerkstelligen indien nodig.