Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummers : 05/760198-14 en 05/760062-14
Datum uitspraak : 14 maart 2016
verstek
vonnis van de meervoudige militaire kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (L),
wonende te [adres] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting
van 29 februari 2016.
1.De inhoud van de tenlastelegging
Aan verdachte is onder parketnummer 05/760198-14 ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 26 juli 2014 tot en met 20 september 2014
te Slijk-Ewijk, gemeente Overbetuwe, althans in Nederland
[slachtoffer] (schriftelijk) heeft bedreigd met enig
misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend sms-berichten en/of
whatsapp-berichten naar voornoemde [slachtoffer] gezonden
met de woorden
- " Ik pak je, en je ouders erbij" en/of
- " Dit is de laatste keer dat je warm hebt gescheten", althans woorden van
gelijke dreigende aard of strekking en/of
met plaatjes en/of foto's waarop -zakelijk weergegeven- te zien is dat
-een man een vrouw neerschiet, de vrouw van een klif lijkt te vallen en er
bloed uit haar hartstreek spuit en/of
-een aap met een pistool in zijn handen staat;
met daarin aangegeven -zakelijk weergegeven-
-dat hij, verdachte, doordraaide omdat die [slachtoffer] hem afnam wat hem lief
was en dat hij, verdachte, dit ook zou doen bij de kinderen van die [slachtoffer]
-dat als hij, verdachte, zijn zoon die week niet zou zien 'het feest zou zijn'
bij die [slachtoffer] voor de deur en bij haar ouders
-dat hij, verdachte, het leven van die [slachtoffer] kapot zou maken.
Aan verdachte is onder parketnummer 05/760062-14 ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 2 dec 2013 tot en met 9 dec 2013 te
Slijk-Ewijk, gemeente Overbetuwe, althans in Nederland [slachtoffer]
(schriftelijk) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het
leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte
opzettelijk dreigend whatsapp-berichten naar voornoemde [slachtoffer] gezonden met
de woorden:
-"Je ziet me vanzelf wel verschijnen ... hoop dat je normaal mee kunt werken
anders loopt het allemaal helaas anders" en/of
-"Bel de woute lekker dan" en "Voordat ze er zijn ben je al weg" en "Dus let
maar goed op jij" en/of
-"Ga maar lekker bij je pappa en mamma uithuilen als ik met je klaar ben" en/of
-"Jij neemt mij [naam] af ik jou je familie" en/of
-"Wacht maar.... ik heb schijt aan allrs nu...niks of niemand houd mih nog
tegwb" en/of
-"Jou maak ik het leven kapot" en/of
-" [naam] gaat opgroeien zonder moeder" en/of
-"Laat alles aar lezen aan je advocaat boeit me niks ik volg je tot ik je heb"
en/of
-"Maak je echt het leven kapot"
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
2.Overwegingen ten aanzien van het bewijs
Ten aanzien van parketnummer 05/760198-14 [1]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 5-7;
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 9-12;
- een schriftelijk bescheid, zijnde een door aangeefster [slachtoffer] overgelegd logboek, ingekomen op 27 juli 2015.
De militaire kamer overweegt dat de laatste drie gedachtestreepjes in de tenlastelegging (vanaf: ‘met daarin aangegeven –zakelijk weergegeven-‘), hoewel door verdachte bekend, buiten de tenlastegelegde periode vallen. Immers, aangeefster heeft in het door haar bijgehouden logboekje vermeld dat deze woorden door verdachte zijn gebezigd op 21 juli 2014.
De militaire kamer zal verdachte hiervan derhalve vrijspreken.
Ten aanzien van parketnummer 05/760062-14 [2]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , p. 8-11;
- het proces-verbaal van uitlezen telefoon, p. 142-144;
- het proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 158-159.
3.Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de militaire kamer is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder parketnummer 05/760198-14 en 05/760062-14 tenlastegelegde feiten heeft begaan, te weten dat:
ten aanzien van parketnummer 05/760198-14:
hij in
of omstreeksde periode van 26 juli 2014 tot en met 20 september 2014
of omstreeksde periode van 26 juli 2014 tot en met 20 september 2014
te Slijk-Ewijk, gemeente Overbetuwe,
althans in Nederland
althans in Nederland
[slachtoffer]
(schriftelijk
)heeft bedreigd met enig
(schriftelijk
)heeft bedreigd met enig
misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,
althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend sms-berichten en
/of
/of
whatsapp-berichten naar voornoemde [slachtoffer] gezonden
met de woorden
- " Ik pak je, en je ouders erbij" en
/of
/of
- " Dit is de laatste keer dat je warm hebt gescheten",
althans woorden van
althans woorden van
gelijke dreigende aard of strekkingen
/of
/of
met plaatjes en/of foto's waarop -zakelijk weergegeven- te zien is dat
- een man een vrouw neerschiet, de vrouw van een klif lijkt te vallen en er
bloed uit haar hartstreek spuit en
/of
/of
- een aap met een pistool in zijn handen staat.
met daarin aangegeven -zakelijk weergegeven-
-dat hij, verdachte, doordraaide omdat die [slachtoffer] hem afnam wat hem lief
was en dat hij, verdachte, dit ook zou doen bij de kinderen van die [slachtoffer]
-dat als hij, verdachte, zijn zoon die week niet zou zien 'het feest zou zijn'
bij die [slachtoffer] voor de deur en bij haar ouders
-dat hij, verdachte, het leven van die [slachtoffer] kapot zou maken.
Ten aanzien van parketnummer 05/760062-14:
hij in
of omstreeksde periode van 2 dec 2013 tot en met 9 dec 2013 te
of omstreeksde periode van 2 dec 2013 tot en met 9 dec 2013 te
Slijk-Ewijk, gemeente Overbetuwe,
althans in Nederland[slachtoffer]
althans in Nederland[slachtoffer]
(schriftelijk
)heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het
)heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het
leven gericht,
althans met zware mishandeling,immers heeft verdachte
althans met zware mishandeling,immers heeft verdachte
opzettelijk dreigend whatsapp-berichten naar voornoemde [slachtoffer] gezonden met
de woorden:
- " Je ziet me vanzelf wel verschijnen ... hoop dat je normaal mee kunt werken
anders loopt het allemaal helaas anders" en
/of
/of
- " Bel de woute lekker dan" en "Voordat ze er zijn ben je al weg" en "Dus let
maar goed op jij" en
/of
/of
-" Ga maar lekker bij je pappa en mamma uithuilen als ik met je klaar ben" en
/of
/of
- " Jij neemt mij [naam] af ik jou je familie" en
/of
/of
- " Wacht maar.... ik heb schijt aan allrs nu...niks of niemand houd mih nog
tegwb" en
/of
/of
- " Jou maak ik het leven kapot" en
/of
/of
- " [naam] gaat opgroeien zonder moeder" en
/of
/of
- " Laat alles aar lezen aan je advocaat boeit me niks ik volg je tot ik je heb"
en
/of
/of
- " Maak je echt het leven kapot"
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van de parketnummers 05/760198-14 en 05/760062-14, telkens:
‘bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd’
5.De strafbaarheid van het feit
De feiten zijn strafbaar.
6.De strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van de onder parketnummers 05/760198-14 en 05/760062-14 tenlastegelegde feiten zal worden veroordeeld tot
tot het verrichten van 80 uren werkstraf, te vervangen door 40 dagen hechtenis.
Beoordeling door de militaire kamer
De militaire kamer heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 15 januari 2016.
Verdachte heeft zijn voormalige partner meermalen bedreigd door middel van het versturen van dreigende whatsapp-berichten en sms-berichten. Ook heeft verdachte bedreigende foto’s/plaatjes naar zijn voormalige partner verstuurd. Hiermee heeft verdachte haar angst aangejaagd, hetgeen de militaire kamer verdachte zeer kwalijk neemt.
Verdachte wilde hiermee kennelijk afdwingen dat hij zijn zoon weer mocht zien. De militaire kamer overweegt dat het ernstige bedreigingen zijn. Dat verdachte kennelijk gaat dreigen wanneer iets gebeurt waar hij het niet mee eens is, baart de militaire kamer grote zorgen.
De militaire kamer neemt mee in haar overwegingen dat het gaat om oudere feiten. Dit laat onverlet dat verdachte en aangeefster met elkaar te maken blijven houden, immers zij hebben samen een zoon.
De militaire kamer ziet reden om een gedeeltelijk voorwaardelijke straf op te leggen om de ernst van de feiten te benadrukken en als waarschuwing om verdachte ervan te weerhouden wederom (dergelijke) strafbare feiten te plegen. De militaire kamer zal derhalve een werkstraf opleggen van 80 uren, waarvan 40 uren voorwaardelijk en met een proeftijd van twee jaar.
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 63 en 285 van het Wetboek van Strafrecht.
9.De beslissing
De militaire kamer:
verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
werkstrafgedurende
werkstrafgedurende
80 (tachtig) urenmet bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 40 (veertig) dagen;
bepaalt, dat een gedeelte van de werkstraf groot 40 (veertig) uren, subsidiair 20 (twintig) dagen vervangende hechtenis,
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later
anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde voor het einde van de proeftijd die op
twee jarenwordt bepaald:
twee jarenwordt bepaald:
- dat de veroordeelde zich niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
bepaalt dat deze werkstraf binnen 1 (één) jaar na het onherroepelijk worden van dit vonnis moet worden voltooid;
de termijn binnen welke de werkstraf moet worden verricht, wordt verlengd met de tijd dat de veroordeelde rechtens zijn vrijheid is ontnomen alsmede met de tijd dat hij ongeoorloofd afwezig is.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.C. Quak (voorzitter), mr. H.G. Eskes, rechter, en kapitein ter zee logistieke dienst mr. J.M.C. Schuurman-Kleijberg, militair lid, in tegenwoordigheid van
mr. H.L. Miedema, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op
14 maart 2016.