Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 13 augustus 2014
- de akte uitlating bewijs met 2 producties van Search van 10 september 2014 met 2 producties
- de processen-verbaal van de getuigenverhoren van 18 december 2014, 26 februari 2015, 11 juni 2015 en 8 oktober 2015
- de conclusie na getuigenverhoor
- de antwoordconclusie na getuigenverhoor.
2.De verdere beoordeling
- Gerapporteerd dient te worden op basis van visuele inspectie en de aan Mandel beschikbaar gestelde stukken.
- De rapportage dient de opdrachtgever te informeren over de bouwtechnische en installatietechnische opbouw en staat van de objecten en de daarvan deel uitmakende installaties.
- De mate van veroudering en functieverval van de objecten dient te worden bepaald.
- Er dienen aanbevelingen te worden gedaan ter verbetering van het onderhoudsniveau daarvan.
- Per object moeten de kosten geraamd moeten worden van (achterstallig- en/of vervangings-)onderhoud binnen een termijn van 10 jaar.
- De verwachte economische levensduur van de objecten hoeft niet te worden vastgesteld.
HR 22 december 1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1928 en HR 22 december 1995, ECLI:NL:HR:1995:ZC1932).Dat [getuige 1] en [getuige 2] werknemers zijn van Search en er - aldus Mandel - “een afhankelijkheidssituatie is”, doet daar niet aan af. Deze omstandigheden brengen evenmin met zich dat hun verklaringen onbetrouwbaar zijn en daarom buiten beschouwing gelaten moeten worden. Dat neemt niet weg dat het de rechtbank bij de waardering van de overtuigende kracht van de inhoud van hun verklaringen rekening houdt met de aard en mate van betrokkenheid van hen bij Search vanwege hun dienstbetrekking bij Search .
1.[adres 10] 20-03:
2.[adres 6]
4.[adres 1]
7.[adres 8]
9.[adres 9]
11.[adres 3]
13.[adres 13]
15.[adres 14]
16.[adres 14]
19. [adres 15]
21. [adres 16]
23. Zwolle
€ 2.895,00(5,0 punten × tarief € 579,00)
3.De beslissing
- het bedrag van € 32.549,00 met ingang van 2 oktober 2012,
- het bedrag van € 1.044,00 met ingang van 27 november 2013,