ECLI:NL:RBGEL:2016:3815

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 juli 2016
Publicatiedatum
13 juli 2016
Zaaknummer
05/720100-16
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor vrijheidsberoving, poging tot diefstal met geweld en andere strafbare feiten

Op 12 juli 2016 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 36-jarige man uit België. De verdachte werd veroordeeld voor meerdere strafbare feiten, waaronder vrijheidsberoving, poging tot diefstal met geweld, bedreiging, diefstal met braak en vernieling. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, samen met twee anderen, op 12 juli 2012 in Voorthuizen, gemeente Barneveld, zonder toestemming de woning van twee slachtoffers binnendrongen. De slachtoffers werden bedreigd en onder druk gezet om informatie te geven over de locatie van drugs. De verdachte en zijn mededaders gebruikten geweld, waaronder het aanbrengen van een nekklem bij een van de slachtoffers. De rechtbank achtte de feiten wettig en overtuigend bewezen, mede op basis van DNA-bewijs en getuigenverklaringen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar en moest schadevergoedingen betalen aan de slachtoffers. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, die door de gebeurtenissen in grote angst verkeerden. De vorderingen van de benadeelde partijen werden gedeeltelijk toegewezen, waarbij de verdachte verplicht werd om schadevergoeding te betalen.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer : 05/720100-16
Datum uitspraak : 12 juli 2016
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1988 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans gedetineerd te PI Rijnmond - HvB De IJssel te Krimpen aan den IJssel.
Raadsman: mr. A.W. Syrier, advocaat te Utrecht.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting
van 28 juni 2016.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk één of
meer personen, genaamd [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , wederrechtelijk van de
vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
met het oogmerk (een) ander(en), te weten die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] , te
dwingen iets te doen of niet te doen,
immers heeft/is hij, verdachte tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, en/of alleen,
naar de woning van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] toegegaan en/of
zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] - de
toegang tot die woning verschaft en/of
die [slachtoffer 2] vastgegrepen en/of deze naar de grond geduwd en/of de keel van
die [slachtoffer 2] dichtgedrukt en/of die [slachtoffer 2] op de grond gedrukt gehouden
en/of een zogenaamde nekklem bij die [slachtoffer 2] aangelegd en/of
tegen die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd: "Waar is het geld en waar is de wiet"
en/of "Waar is het spul?" , althans woorden van gelijke aard of strekking,
en/of tegen die [slachtoffer 1] geroepen/gezegd dat deze op de grond moest gaan liggen
en/of die [slachtoffer 2] overeind getrokken en/of (nogmaals) een klem bij die [slachtoffer 2]
aangelegd (om keel/nek) en/of geroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en/of
- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood", althans
woorden van gelijke aard of strekking, en/of
die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] bevolen om in hun woning te blijven en/of
hun mobiele telefoons op tafel te leggen.
2.
hij op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen geld en/of (een) goed(eren),
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] en/of aan [slachtoffer 2] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te
doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld
tegen die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] , te plegen met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op
heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk
te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met een of meer van zijn mededader(s), en/of alleen
naar de woning van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] is/zijn toegegaan en/of
zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] - de
toegang tot die woning heeft/hebben verschaft en/of
die [slachtoffer 2] heeft/hebben vastgegrepen en/of deze naar de grond heeft/hebben
geduwd en/of de keel van die [slachtoffer 2] heeft/hebben dichtgedrukt en/of die [slachtoffer 2]
op de grond heeft/hebben gedrukt gehouden en/of een zogenaamde nekklem
bij die [slachtoffer 2] heeft/hebben aangelegd en/of
tegen die [slachtoffer 2] heeft/hebben geroepen/gezegd: "Waar is het geld en waar is
de wiet" en/of "Waar is het spul?" , althans woorden van gelijke aard of
strekking, en/of tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben geroepen/gezegd dat deze op de
grond moest gaan liggen en/of die [slachtoffer 2] overeind heeft/hebben getrokken
en/of (nogmaals) een klem bij die [slachtoffer 2] heeft/hebben aangelegd (om
keel/nek) en/of geroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en/of
- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2] heeft/hebben geroepen/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood", althans
woorden van gelijke aard of strekking, en/of
die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] heeft/hebben bevolen om in hun woning te blijven
en/of
hun mobiele telefoons op tafel te leggen en/of
op dreigende toon aan die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] heeft/hebben gevraagd
naar/om hun vakantiegeld en/of de portemonnees van die [slachtoffer 1] en die [slachtoffer 2]
heeft/hebben gepakt en/of geopend en/of
tegen die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] heeft/hebben geroepen/gezegd dat hij/zij de
vinger(s) van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) afknippen en/of de nek
van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) breken als hij en/of zijn mededader(s)
iets zou(den) vinden en/of als die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) gaan
praten,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
3.
hij op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld,,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,
immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
opzettelijk dreigend
- zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] - de
toegang tot de woning van die [slachtoffer 1] en die [slachtoffer 2] verschaft en/of
- die [slachtoffer 2] vastgegrepen en/of deze naar de grond geduwd en/of de keel van
die [slachtoffer 2] dichtgedrukt en/of die [slachtoffer 2] op de grond gedrukt gehouden
en/of een zogenaamde nekklem bij die [slachtoffer 2] aangelegd en/of
tegen die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd: "Waar is het geld en waar is de wiet"
en/of "Waar is het spul?" , althans woorden van gelijke aard of strekking,
en/of
- tegen die [slachtoffer 1] geroepen/gezegd dat deze op de grond moest gaan liggen
en/of
- die [slachtoffer 2] overeind getrokken en/of (nogmaals) een klem bij die [slachtoffer 2]
aangelegd (om keel/nek) en/of geroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en/of
- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood", althans
woorden van gelijke aard of strekking, en/of
- die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] bevolen om in hun woning te blijven en/of
hun mobiele telefoons op tafel te leggen en/of
- tegen die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd dat hij/zij de vinger(s)
van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) afknippen en/of de nek van die
[slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) breken als hij en/of zijn mededader(s) iets
zou(den) vinden en/of als die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) gaan praten.
4.
hij op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning ( [adres 1] ) heeft
weggenomen
een telefoon (IPhone) en/of
een horloge (Breitling) en/of
een geldbedrag en/of
een ring en/of
een computer (Apple Notebook) en/of
een computer (Apple IPad) en/of
een fototoestel (Fuji Finepix A 500) en/of
twee/een zonnebril(len)(Bulgari, Cazal) en/of
(een) bankpas(sen) en/of een of meer kentekenbewijzen en/of een of meer andere
goed(eren),
geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of aan [slachtoffer 4] , in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder
zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking, (een)
valse sleutel(s) en/of inklimming.
5.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen,
gemeente Barneveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, en/of
alleen (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk
- ( een) ruit(en) en/of (een) deur(en) en/of een hor en/of het interieur van
een woning ( [adres 1] ), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of aan [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en/of
- ( een) ruit(en) en/of een muur van een woning ( [adres 2] ), in elk geval
enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] en/of aan [slachtoffer 4]
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s)
heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt.
2A. De geldigheid van de dagvaarding
De rechtbank verklaart de tenlastelegging ten aanzien van feit 1 partieel nietig voor zover het betreft ‘met het oogmerk (een) ander(en), te weten die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] , te dwingen iets te doen of niet te doen’. Dit is een uitwerking van de juridische kwalificatie: ‘gijzeling’. De feitelijke handelingen die zijn uitgeschreven echter, geven geen invulling aan dit juridische begrip. De feitelijke handelingen zien op wederrechtelijke vrijheidsberoving.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
De feiten
Ten aanzien van feit 1, 2 en 3
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 12 juli 2012 kwamen drie jongens van Marokkaanse komaf onverwachts en zonder toestemming in de woning van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] in Voorthuizen, gemeente Barneveld.
[slachtoffer 2] werd vastgegrepen en naar de grond geduwd. Zijn keel werd dichtgedrukt en hij werd naar de grond gedrukt gehouden. Er werd een nekklem aangelegd en er werd geroepen: ‘Waar is het geld en waar is de wiet?’ en ‘Waar is het spul?’ Tegen [slachtoffer 1] werd gezegd dat zij op de grond moest gaan liggen. [slachtoffer 2] werd overeind getrokken en er werd nogmaals een nekklem aangelegd. Er werd wederom geroepen: ‘Waar is de wiet gebleven?’ [slachtoffer 2] antwoordde dat ze verkeerd waren en dat ze in het huis aan de overkant moesten zijn. Aan de overkant woonde [naam 1] . Daarop werd tegen [slachtoffer 2] gezegd: ‘Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood.’ Tegen [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] werd gezegd dat ze in de woning moesten blijven en dat ze hun mobiele telefoon op tafel moesten leggen. Twee van de drie mannen gingen daarop naar de overkant, naar het huisje van [naam 1] . De derde man bleef achter. Na ongeveer een halve minuut hoorde [slachtoffer 2] glasgerinkel aan de overkant. Iets later kwamen de twee Marokkaanse mannen terug. Ze gingen weer de deur uit en wederom bleef één van de mannen achter. Deze had de schroevendraaier. Hij zei dat ‘ [naam 1] ’ 10 kilo wiet had gejat. Na enkele minuten kwamen de andere mannen terug. Een van de mannen droeg een blauwe vuilniszak waar iets in zat. Ze verlieten daarop alle drie de woning. Iets later kwamen ze met z’n drieën terug. Ze hadden de vuilniszak weer bij zich. Weer gingen twee van de mannen weg. Er werd gevraagd naar het vakantiegeld van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . Van beiden werd de portemonnee gepakt en geopend. Er werd nogmaals geroepen dat ze de vingers van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] af zouden knippen en de nekken van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] zouden breken als ze iets zouden vinden of als [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] zouden gaan praten. [2]
Ten aanzien van feit 4 en 5
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Op 12 juli 2012 is verdachte zonder toestemming in een woning, aan [adres 1] , in Voorthuizen, gemeente Barneveld geweest. Dit was de woning van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] . Verdachte probeerde eerst de deur open te breken en toen dat niet lukte, heeft hij het raam kapot gemaakt. Uit de woning heeft verdachte een geldbedrag weggenomen. [3]
Ten aanzien van de feiten 1 t/m 5
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1, 2, 3, 4 en 5 tenlastegelegde feiten gelet op de zich in de dossier bevindende bewijsmiddelen. Verdachte was blijkens de bewijsmiddelen één van de drie daders die de feiten heeft gepleegd.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft gepleit voor vrijspraak van de onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde feiten. De verdediging heeft een alternatief scenario voorgelegd, waar hieronder in ‘beoordeling door de rechtbank’ nader op ingegaan zal worden. Ten aanzien van feit 4 en 5 heeft de verdediging opgemerkt dat een (partiële) bewezenverklaring dient te volgen.
Beoordeling door de rechtbank
De politie die na de melding van [slachtoffer 3] ter plaatse kwam, constateerde dat huisje nummer [adres 2] was afgesloten, maar dat aan de rechterzijde van de woning een raam was ingeslagen. Bij huisje nummer [adres 1] was aan de achterzijde van de woning een ruit van één van de deuren ingeslagen. Het glas lag in de woonkamer. In de woonkamer was alles overhoop getrokken. Alle laden en kasten in de keuken waren opengetrokken. In de slaapkamer was de matras van het bed gehaald en de kasten opengemaakt. In het kantoor van de woning stonden de laden en kastdeuren open. [4]
[slachtoffer 3] heeft verklaard dat hij op 12 juli 2012 om 15.00 uur bij zijn huisje (nummer [adres 1] ) kwam. Hij zag dat een raam aan de achterzijde was ingeslagen. Ook zag hij dat er in de hor van de badkamer een scheur zat, van boven naar beneden. [naam 1] verklaarde dat uit zijn huisje de volgende goederen die aan hem toebehoorden, weg zijn genomen:
- een telefoon (IPhone)
- een horloge (Breitling)
- een geldbedrag van € 2.900,00
- een ring,
- een computer (Apple Notebook)
- een computer (Apple IPad)
- een fototoestel (Fuji Finepix A 500)
- twee zonnebrillen (Bulgari en Caza)
- bankpassen en kentekenbewijzen.
[naam 1] verhuurde ook het huisje met nummer [adres 2] . Dit huisje staat leeg. Aan de achterzijde van dit huisje was het rechter raam van de openslaande deuren ingeslagen. Ook was een houten muurtje losgetrokken. Hier was niets weggenomen. [5]
[naam 1] heeft verklaard dat hij problemen had met Marokkaanse jongens, waarvan één zou zijn uitgeweken naar België. [6]
In het huisje met nummer [adres 1] is op de keukenkast een bloedspoor aangetroffen. Hieruit is een DNA-profiel verkregen dat matcht met het profiel van verdachte. [7] Verdachte heeft, zoals hiervoor weergegeven, bekend dat hij in het chalet met nummer [adres 1] heeft ingebroken en dat hij daar geld heeft weggenomen.
Ten aanzien van de vraag of verdachte één van de drie mannen was die de feiten 1 t/m 5 heeft gepleegd, overweegt de rechtbank als volgt.
Uit historische gegevens, de aangiftes en de camerabeelden is gebleken dat alle feiten op de betreffende dag zijn gepleegd tussen 11.00 uur en 12.00 uur. [8] Dit sluit aan op de verklaring van getuige [getuige] die drie getinte mannen tussen 12.00 uur en 13.00 uur in de buurt van het chalet van [slachtoffer 2] zag lopen met een grijze vuilniszak. [9]
Al het vorenstaande, vooral het van verdachte aangetroffen DNA-materiaal op de plaats delict, maakt dat voldoende wettig en overtuigend bewijs is om aan te nemen dat verdachte één van de drie daders is van alle vijf de gepleegde strafbare feiten.
Verdachte is echter met een alternatief scenario gekomen. Verdachte heeft als alternatief scenario geschetst dat hij ‘ [naam 2] ’ ontmoette in een café in België. [naam 2] had aldaar met twee Nederlandse mannen afgesproken. Zij hadden een ‘klus’, namelijk het inbreken in een huis in Nederland om 10 kilo wiet terug te halen. Verdachte hoorde het plan dat de drie mannen maakten en besloot er zelf met de buit vandoor te gaan. Verdachte vertrok daarop naar Nederland naar het betreffende adres in Voorthuizen. Hij kwam aan op de camping en vroeg aan een passant in welk huisje [naam 1] woonde. Hij kwam bij het huisje met nummer [adres 1] en probeerde de deur open te breken. Toen dat niet lukte, brak hij het raam open. Hij sneed zich aan het glas, en er kwam bloed uit de wond. Hij doorzocht de hele woning en vond een enveloppe met daarin € 400,00. Daarop verliet hij de woning. Hij was weg voordat [naam 2] met de twee andere mannen op de betreffende plaats waren.
De rechtbank schuift deze alternatieve lezing als onaannemelijk terzijde gelet op het volgende.
Het komt de rechtbank niet geloofwaardig voor dat verdachte toevallig aanwezig was bij de bespreking van een dergelijk plan in een café in België. Voorts is het niet logisch dat verdachte het juiste huis wist te vinden, terwijl de drie daders volgens de aangiften bij het verkeerde huis stonden. Het is niet aannemelijk dat verdachte, die de informatie naar eigen zeggen uit tweede hand had, wél het juiste adres wist. Dat verdachte zo brutaal was om op de camping te vragen naar het huisje van [naam 1] vindt de rechtbank ook niet aannemelijk. Verdachte was naar eigen zeggen om 10.00 uur bij het juiste huisje. Hij brak het raam open en haalde het hele huisje overhoop op zoek naar de wiet.
Als de rechtbank deze lezing volgt, dan maakte verdachte het raam kapot op het moment dat [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] nog thuis waren. Zij hebben niets van glasgerinkel gehoord rond die tijd, terwijl uit de verklaring van [slachtoffer 2] blijkt dat hij wel glasgerinkel hoorde op het moment dat de daders het raam van een van de andere huisjes forceerden. Voorts overweegt de rechtbank dat verdachte het alternatief scenario pas ter terechtzitting kenbaar heeft gemaakt zodat het niet meer getoetst kan worden.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
of omstreeks12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld, tezamen
en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,opzettelijk
één of
meer personen, genaamd[slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] , wederrechtelijk van de
vrijheid heeft beroofd en
/ofberoofd gehouden,
met het oogmerk (een) ander(en), te weten die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] , te
dwingen iets te doen of niet te doen,
immers
heeft/is hij, verdachte, tezamen en in vereniging met
een ander of
anderen,
en/of alleen,
naar de woning van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] toegegaan en
/of
zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] - de
toegang tot die woning verschaft en
/of
die [slachtoffer 2] vastgegrepen en
/ofdeze naar de grond geduwd en
/ofde keel van
die [slachtoffer 2] dichtgedrukt en
/ofdie [slachtoffer 2] op de grond gedrukt gehouden
en
/ofeen zogenaamde nekklem bij die [slachtoffer 2] aangelegd en
/of
tegen die [slachtoffer 2] geroepen
/gezegd: "Waar is het geld en waar is de wiet"
en
/of"Waar is het spul?",
althans woorden van gelijke aard of strekking,
en
/oftegen die [slachtoffer 1] geroepen
/gezegddat deze op de grond moest gaan liggen
en
/ofdie [slachtoffer 2] overeind getrokken en
/of(nogmaals) een klem bij die [slachtoffer 2]
aangelegd
(om keel/nek
)en
/ofgeroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en
/of
- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2] geroepen
/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood",
althans
woorden van gelijke aard of strekking,en
/of
die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] bevolen om in hun woning te blijven en
/of
hun mobiele telefoons op tafel te leggen.
2.
hij op
of omstreeks12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen geld
en/of (een) goed(eren),
geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 1] en
/ofaan [slachtoffer 2] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s),en daarbij die voorgenomen diefstal
te doen voorafgaan en/ofte
doen vergezellen
en/of te doen volgenvan geweld en
/ofbedreiging met geweld
tegen die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] , te plegen met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/ofgemakkelijk te maken
en/of om bij betrapping op
heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk
te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met
een of meer vanzijn mededader
(s
),
en/of alleen
naar de woning van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
is/zijn toegegaan en
/of
zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] - de
toegang tot die woning
heeft/hebben verschaft en
/of
die [slachtoffer 2]
heeft/hebben vastgegrepen en
/ofdeze naar de grond
heeft/hebben
geduwd en
/ofde keel van die [slachtoffer 2]
heeft/hebben dichtgedrukt en
/ofdie [slachtoffer 2]
op de grond
heeft/hebben gedrukt gehouden en
/ofeen zogenaamde nekklem
bij die [slachtoffer 2]
heeft/hebben aangelegd en
/of
tegen die [slachtoffer 2]
heeft/hebben geroepen
/gezegd: "Waar is het geld en waar is
de wiet" en
/of"Waar is het spul?",
althans woorden van gelijke aard of
strekking,en
/oftegen die [slachtoffer 1]
heeft/hebben geroepen
/gezegddat deze op de
grond moest gaan liggen en
/ofdie [slachtoffer 2] overeind
heeft/hebben getrokken
en
/of (nogmaals
)een klem bij die [slachtoffer 2]
heeft/hebben aangelegd
(om
keel/nek
)en
/ofgeroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en
/of
- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2]
heeft/hebben geroepen
/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood",
althans
woorden van gelijke aard of strekking,en
/of
die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
heeft/hebben bevolen om in hun woning te blijven
en
/of
hun mobiele telefoons op tafel te leggen en
/of
op dreigende toon aan die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
heeft/hebben gevraagd
naar
/omhun vakantiegeld en
/ofde portemonnees van die [slachtoffer 1] en die [slachtoffer 2]
heeft/hebben gepakt en
/ofgeopend en
/of
tegen die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2]
heeft/hebben geroepen
/gezegddat
hij/zij de
vinger
(s
)van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] zou(den) afknippen en/of de nek
van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] zou
(den
)breken als hij en
/ofzijn mededader
(s
)
iets zou
(den
)vinden en
/ofals die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] zou
(den
)gaan
praten,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
3.
hij op
of omstreeks12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld,,
tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,[slachtoffer 1]
en
/of[slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
en met zware mishandeling,
immers
heeft/hebben verdachte en
/of (een of meer van)zijn mededader
(s
)
opzettelijk dreigend
- zich onverhoeds - zonder toestemming van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] - de

toegang tot de woning van die [slachtoffer 1] en die [slachtoffer 2] verschaft en/of

- die [slachtoffer 2] vastgegrepen en/of deze naar de grond geduwd en/of de keel van
die [slachtoffer 2] dichtgedrukt en/of die [slachtoffer 2] op de grond gedrukt gehouden
en/of een zogenaamde nekklem bij die [slachtoffer 2] aangelegd en/of
tegen die [slachtoffer 2] geroepen/gezegd: "Waar is het geld en waar is de wiet"
en/of "Waar is het spul?", althans woorden van gelijke aard of strekking,
en/of
- tegen die [slachtoffer 1] geroepen/gezegd dat deze op de grond moest gaan liggen

en/of

- die [slachtoffer 2] overeind getrokken en/of (nogmaals) een klem bij die [slachtoffer 2]

aangelegd (om keel/nek) en/of geroepen: "Waar is de wiet gebleven?" en/of

- nadat die [slachtoffer 2] had geroepen dat ze verkeerd waren en aan de overkant
moesten zijn - tegen die [slachtoffer 2] geroepen
/gezegd:
"Als je liegt knippen we je vingers af en schieten we je dood",
althans
woorden van gelijke aard of strekking,en
/of
- die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] bevolen om in hun woning te blijven en/of

hun mobiele telefoons op tafel te leggen en/of

- tegen die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] geroepen
/gezegddat
hij/zij de vinger
(s
)
van die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] zou
(den
)afknippen en
/ofde nek van die
[slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2] zou
(den
)breken als hij en
/ofzijn mededader
(s
)iets
zou
(den
)vinden en
/ofals die [slachtoffer 1] en
/of die [slachtoffer 2] zou
(den
)gaan praten.
4.
hij op
of omstreeks12 juli 2012 te Voorthuizen, gemeente Barneveld, tezamen
en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening
in/uit een woning
([adres 1]
)heeft
weggenomen
een telefoon (IPhone) en
/of
een horloge (Breitling) en
/of
een geldbedrag en
/of
een ring en
/of
een computer (Apple Notebook) en
/of
een computer (Apple IPad) en
/of
een fototoestel (Fuji Finepix A 500) en
/of
twee
/eenzonnebril
(len
)(Bulgari, Cazal) en
/of
(een)bankpas
(sen
)en
/of een of meerkentekenbewijzen
en/of een of meer andere
goed(eren),
geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 3]
en/of aan [slachtoffer 4] , in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
waarbij verdachte en
/ofzijn mededader
(s
)zich de toegang tot de plaats des
misdrijfs
heeft/hebben verschaft en
/ofde
/hetweg te nemen goed
(eren
)onder
zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak
, verbreking, (een)
valse sleutel(s)en
/ofinklimming.
5.
hij op
een of meertijdstip
(pen
)op of omstreeks 12 juli 2012 te Voorthuizen,
gemeente Barneveld, tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
en/of
alleen (telkens
)opzettelijk en wederrechtelijk
-
(een
)ruit
(en)en
/of (een
)deur
(en)en
/ofeen hor
en/of het interieurvan
een woning ( [adres 1] ),
in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [slachtoffer 3] en
/ofaan [slachtoffer 4] ,
in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)en
/of
-
(een
)ruit
(en)en
/ofeen muur van een woning ( [adres 2] ),
in elk geval
enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 3] en
/ofaan [slachtoffer 4]
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s)
heeft vernield en/of beschadigd
en/of onbruikbaar gemaakt.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
‘medeplegen van opzettelijk iemand van de vrijheid beroven en beroofd houden’
Ten aanzien van feit 2:
‘poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken’
Ten aanzien van feit 3:
‘medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd’
en
‘medeplegen van bedreiging met zware mishandeling, meermalen gepleegd’
Ten aanzien van feit 4:
‘diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming’
Ten aanzien van feit 5:
‘medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort vernielen, meermalen gepleegd’
en
‘medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen’

5.De strafbaarheid van het feit

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich op het standpunt dat voor de feiten 4 en 5 een gevangenisstraf gelijk aan het voorarrest moet worden opgelegd. De voorlopige hechtenis van verdachte moet worden opgeheven.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 17 mei 2016.
Verdachte heeft zich samen met twee anderen schuldig gemaakt aan een wederrechtelijke vrijheidsberoving, een poging tot diefstal met geweld, meerdere bedreigingen, een diefstal met braak en inklimming, een vernieling en beschadigingen. Verdachte en zijn mededaders waren in de veronderstelling dat zij bij de aangevers aan het juiste adres waren om 10 kilo wiet weg te nemen, ze bleken echter op zoek te zijn naar de vorige bewoner van het huisje. Die woonde inmiddels in een ander huisje aan de overkant. De aangevers werden bedreigd met onder meer het afknippen van de vingers. Toen bleek dat de daders bij de verkeerde woning waren, braken ze bij twee andere huisjes in. Eén van de huisjes stond leeg, uit een ander huisje hebben de daders diverse luxe goederen weggenomen.
De twee aangevers, een net gehuwd stel dat op het punt stond om op huwelijksreis te gaan, hebben hierdoor de schrik van hun leven opgelopen. Tot drie keer toe kwamen de daders terug in het huisje van de aangevers. Dergelijke feiten dragen in hoge mate bij aan de gevoelens van onrust en onveiligheid in de samenleving. De impact van de feiten is tot uitdrukking gebracht in de schriftelijke slachtofferverklaring. Ook inbraken in woningen grijpen diep in in de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers. Ook deze feiten dragen bij aan gevoelens van onrust in de samenleving. Daarnaast leveren dergelijke feiten veel schade en overlast op.
Verdachte en zijn mededaders zijn in hun zoektocht naar wiet en geld zeer makkelijk overgegaan tot het plegen van onderhavige feiten, zonder zich ook maar één moment te hebben bekommerd om de (gevolgen daarvan voor de) slachtoffers.
Al het vorenstaande maakt dat de rechtbank een gevangenisstraf van drie jaar passend en geboden vindt.
7a. De beoordeling van de civiele vorderingen, alsmede de gevorderde oplegging van de schadevergoedingsmaatregel
De benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] hebben zich in het strafproces gevoegd ter verkrijging van schadevergoeding ter zake van de onder 1, 2 en 3 bewezenverklaarde feiten. Beiden vorderen een bedrag van € 900,00 aan immateriële schadevergoeding en een bedrag van € 162,16 aan materiële schadevergoeding, bestaande uit:
  • reiskosten slachtofferhulp ad € 9,74;
  • reiskosten zitting ad € 21,73;
  • reiskosten gesprek officier van justitie ad € 21,73; en
  • noodgedwongen verlof ad € 108,96.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] beiden toe te wijzen, met dien verstande dat alle materiele kosten aan één van de partijen wordt toegewezen, waarbij tevens de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht wordt opgelegd tot dit bedrag, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door respectievelijk 18 en 20 dagen hechtenis. Voor het overige (van de materiële kosten van de andere partij) heeft de officier van justitie verzocht dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard in de vordering.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich op het standpunt dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaard moeten worden in de vordering omdat verdachte moet worden vrijgesproken van de onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde feiten.
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is, op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen verder ter terechtzitting met betrekking tot de vordering is gebleken, komen vast te staan dat de benadeelde partijen als gevolg van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde handelen tot het gevorderde bedrag schade hebben geleden, met dien verstande dat alle dubbel gevraagde reiskosten aan één van de benadeelde partijen zal worden toegewezen omdat ze samen hebben gereden, waarvoor verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk is. De vordering is in zoverre voor toewijzing vatbaar. De benadeelde partijen hebben ter zitting aangegeven dat het niet uit maakt aan wie de reiskosten worden toegewezen omdat ze deze samen gemaakt hebben. De rechtbank zal de reiskosten toewijzen aan [slachtoffer 1] en de vordering van [slachtoffer 2] op dit punt niet-ontvankelijk verklaren. De post ‘noodgedwongen verlof’ zal wel voor beiden worden toegewezen, omdat ze allebei verlof hebben opgenomen.
Gelet op het vorenstaande ziet de rechtbank aanleiding om aan verdachte op basis van het bepaalde in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de verplichting op te leggen tot betaling aan de Staat van het toe te wijzen bedrag ten behoeve van genoemde benadeelde partijen.
De gevorderde en toegewezen rente/vergoeding voor proceskosten, zijn daar niet bij inbegrepen.
De gevorderde wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 12 juli 2012.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 24c, 27, 36f, 45, 47, 57, 282, 285, 310, 311, 312 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
verklaart de tenlastelegging onder feit 1, voor zover het betreft de zinsnede ‘met het oogmerk (een) ander(en), te weten die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] , te dwingen iets te doen of niet te doen’, nietig;
 verklaart bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde een
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) jaren;
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] .
 veroordeelt verdachte ten aanzien van feit 1, 2 en 3 tot betaling van
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 1], van een bedrag van
€ 1.062,16 (zegge: duizendtweeënzestig euro en zestien cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 juli 2012 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
  • legt aan veroordeelde de
  • bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
De beslissing op de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] .
 veroordeelt verdachte ten aanzien van feit 1, 2 en 3 tot betaling van
schadevergoedingaan de
benadeelde partij [slachtoffer 2], van een bedrag van
€ 1.008,96 (zegge: duizendenacht euro en zesennegentig cent), vermeerderd met de
wettelijke rente vanaf 12 juli 2012 tot aan de dag der algehele voldoening en met betaling
van de kosten van het geding en de tenuitvoerlegging door de benadeelde partij gemaakt,
tot op heden begroot op nihil;
  • verklaart de
  • legt aan veroordeelde de
  • bepaalt dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. S. Kropman (voorzitter), mr. L.C.P. Goossens en mr. M.C. Gerritsen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.L. Miedema, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 12 juli 2016.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de politie Oost Nederland, district Gelderland Midden, Overvallenteam, opgemaakte proces-verbaal, BHV nummer 2016132358, onderzoek 07OVT12057 Zeumer, gesloten op 4 mei 2016 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] p. 31-35 en een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , p. 38-42.
3.Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 20 en 21; de verklaring van verdachte, afgelegd te terechtzitting d.d. 28 juni 2016.
4.Een proces-verbaal van bevindingen, p. 18 en 19.
5.Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] , p. 20-21, met goederenbijlage p. 23-25.
6.Een proces-verbaal van bevindingen, p. 57.
7.Een proces-verbaal sporenonderzoek, p. 50-55; een rapport resultaten DNA-onderzoek, p. 56; de verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting d.d. 28 juni 2016.
8.Een proces-verbaal van bevindingen, p. 43.
9.Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , p. 27 en 28.