ECLI:NL:RBGEL:2016:4570

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
20 juli 2016
Publicatiedatum
18 augustus 2016
Zaaknummer
297000
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • T.P.E.E. van Groeningen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering schadevergoeding wegens niet tijdige oplevering van verpakkingslijn en bewijsopdracht niet-toerekenbaarheid tekortkoming

In deze zaak vordert Bolletje B.V. schadevergoeding van Packtech International B.V. en Z-I. Automatisering B.V. wegens de niet tijdige oplevering van een verpakkingslijn voor het verpakken van beschuit. De rechtbank Gelderland heeft op 20 juli 2016 uitspraak gedaan in deze civiele zaak. Bolletje stelt dat de verpakkingslijn niet in week 48 van 2014, zoals overeengekomen, is opgeleverd, maar pas in week 44 van 2015. Dit heeft geleid tot extra kosten omdat Bolletje langer personeel moest inzetten voor de oude productielijn. Packtech betwist dat zij tekort is geschoten en stelt dat de vertraging te wijten is aan Bolletje, die niet tijdig de goedkeuring voor de lay-out en de benodigde monsters heeft geleverd. De rechtbank oordeelt dat de partijen in hun overeenkomst zijn overeengekomen dat de levertijd pas ingaat na ontvangst van de goedgekeurde lay-out en monsters. De rechtbank concludeert dat Packtech niet tijdig heeft geleverd, maar dat een deel van de vertraging aan Bolletje kan worden toegerekend vanwege de ontwikkeling van een nieuw product, spelt-beschuit. De rechtbank draagt Packtech op te bewijzen dat de vertraging niet aan haar kan worden toegerekend. In reconventie vordert Packtech betaling van de laatste termijn en meerwerk, maar Bolletje betwist deze vorderingen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/297000 / HA ZA 16-54
Vonnis van 20 juli 2016
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BOLLETJE B.V.,
gevestigd te Almelo,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. J.P.C. van Ruiven te Enschede,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
PACKTECH INTERNATIONAL B.V.,
gevestigd te Buren,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Z INDUSTRIËLE AUTOMATISERING B.V.,
gevestigd te Lienden,
gedaagde in conventie,
advocaat mr. R.J. van der Hauw te Tiel.
Partijen zullen hierna Bolletje, Packtech en Z-I. Automatisering genoemd worden. Packtech en Z-I. Automatisering zullen tezamen worden aangeduid als Packtech c.s..

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 6 april 2016
  • het verkorte proces-verbaal van comparitie van 8 juni 2016 en de ter comparitie genomen conclusie van antwoord in reconventie van Bolletje.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Bolletje houdt zich bezig met de verkoop van levensmiddelenproducten waaronder beschuit. Packtech drijft een groothandel in machines, apparaten en toebehoren voor industrie en handel.
2.2.
In 2014 zijn Bolletje en Packtech in overleg getreden over het leveren van een verpakkingslijn voor het transporteren, handelen en verpakken van beschuit (verder: de verpakkingslijn).
2.3.
Tussen Bolletje en Packtech is een overeenkomst tot stand gekomen tot het leveren van de verpakkingslijn (verder: de overeenkomst), waarvan de afspraken zijn neergelegd in een door beide partijen ondertekende opdrachtbevestiging (verder: de opdrachtbevestiging).
2.4.
In de opdrachtbevestiging staan onder andere de volgende bepalingen:
[Pagina 2 van 22]
Omschrijving van de voorlopige uitgangspunten.
Doelstelling: Transporten, handelen en verpakken van rollen beschuit. […]
Product (beschuitrollen) toleranties +/- 2 mm (klant tolerantieopgave nog niet bekend) […]
[Pagina 5 van 22]
2. Prijzen
[…]
Totale lijn voor transporteren, handelen en verpakken van rollen beschuit. € 388.750,=
[…]
3.1.
Levertijd:Conform activiteitenschema.
[…]

4.Betalingen:

20% Direct bij opdracht, met bank garantie 20%, einde bank garantie week 46
30% Direct bij start mechanische productie verpakkingslijn / machine.
30% Direct bij voorafname (FAT) verpakkingslijn / machine locatie Tiel, na transport. Almelo
10% Direct na installatie en inbedrijfstelling verpakkingslijn / machine.
10% 60 dagen na afname (SAT) locatie Almelo.
Netto, per omgaande na factuurdatum […]
[Pagina 7 van 22]
Planning activiteiten schema
Onderstaand treft u ons voorlopige activiteiten schema /planning aan, deze is gebaseerd op de mogelijkheden binnen huidige planning, definitief vast te stellen wanneer order intake plaats vindt. Doorlooptijd van het project, gebaseerd op de huidige leveringsomvang, ligt vast.
Bij opschuiven orderintake verschuiven alle geplande data/week nr. dienovereenkomstig.
Activiteit lijn 4 beschuit rol / Twentsche beschuit Datum gereed
Opdracht Week 22-2014
Mechanisch detail engineering gereed Week 30-2014
Start mechanische opbouw Week 34-2014
Besturing kast, gereed Week 37-2014
Start bekabeling Week 37-2014
Testen van de installatie Week 41-2014
Inspectie en test te Tiel, FAT Week 43-2014
Opbouw, montage en inbedrijfstelling Week 44-2014
Oplevering gereed voor test, SAT Week 46-2014
Einde test periode, afhandeling restpunten Week 48-2014
Rapportage over de vorderingen van de machinelijn zal periodiek geschieden door middel van tekst, “solid works” en foto’s via email.
[Pagina 10 van 22]
Packtech International bv algemene voorwaarden:
[…]
Ontwerp/leveringsomvang: Het voorgestelde systeem verricht de afgesproken functies. Na binnenkomst van de laatste details en/of monstermateriaal kan een constructie - en/of uitvoeringsaanpassing noodzakelijk blijken. Deze zullen in overleg door gevoerd worden. Echter aanpassingen en of wensen van de klant welke niet tot de leveringsomvang behoren en financiële consequenties hebben zullen eerst dan worden uitgevoerd na schriftelijk akkoord van de klant.
[…]
Toleranties: Bij verdergaande mechanisatie worden hogere eisen gesteld aan de nauwkeurigheid van afmetingen en uniformiteit van hulpmiddelen, producten, verpakkingen en werking van bestaande aan - en afvoersystemen.
Monstermateriaal: Niet alleen in de aanbiedingsfase, maar ook in de productiefase van de
machine/productielijn is het beschikbaar hebben van enige productiehoeveelheden in productiekwaliteit van groot belang.
Voorafname: (FAT) Tijdens de voorafname zijn alle overeengekomen machine bewegingen
(Factory Acceptance Test) zichtbaar en werkbaar. In verband met levertijd kan er enige overlap bestaan met nog te verrichten detailwerk, b.v. t.a.v. de laatste beschermkap, of verfijning in programmeerwerk.
[…]
[Pagina 11 van 22]
Installatie: Conform planningsschema.
Installatie: Gedurende normale werktijden. Buiten de normale werktijden zullen de volgende procentuele opslagen berekent worden.
Maandag t/in vrijdag
Van 06.00 tot 08.00 & 18.00 tot 20.00 uur 25%
Van 20.00 tot 24.00 uur 50%
Van 24.00 tot 06.00 uur 100%
Zaterdag de eerste 8 werk- en reisuren na 08.00 uur 50%
Overige uren tot maandag 06.00 uur 100%
Zon- en feestdagen 100%
[…]
[Pagina 12 van 22]
Aansprakelijkheid: Packtech bv heeft zijn wettelijke aansprakelijkheid verzekerd bij de ASR voor € 2.500.000,- per geval.
Gevolgschade: Daar dit project niet wezenlijk ingrijpt in het productieproces zal er geen sprake zijn van gevolgschade.
Overname SAT: Per protocol, overdracht in het kader van CE-normering:
(Site Acceptance Test) - Verklaring van overeenkomst model 2a.
- Ingangsdatum van de 6e deelbetaling.
Definitie afnametest (SAT): De afname test zal plaats vinden conform de Europese norm voor machineperformance VDI 2651/DIN 8743. Dit houdt in dat gedurende een periode aaneengesloten productie de performance gemeten wordt en onder aftrek van product gerelateerde storingen de effectiviteit van het systeem t.o.v het standaard percentage van 97,5% gemeten wordt. Bij gelijk of een beter percentage zat de test door beide partijen voor akkoord worden ondertekend
[…]
Levertijd: Levertijd gaat in na ontvangst van:
- 1e Deelbetaling.
- Ondertekende orderbevestiging / raamcontract.
- Goedgekeurd definitieve lay-out project / machine opstelling.
- Ontvangst eventueel aangevraagd monstermateriaal.
[…]
Leveringsvoorwaarden: Packtech Int. bv past de leveringsvoorwaarden van de Metaal unie toe welke zijn gedeponeerd ter Griffie van de Rechtbank te Rotterdam. Een exemplaar is bijgevoegd. Andersluidende voorwaarden worden uitdrukkelijk afgewezen.
De verkoopvoorwaarden van Packtech Int. bv en de inkoopvoorwaarden van Bolletje bv zijn niet aan elkaar gelijk. Derhalve vervallen de voorwaarden van beide partijen en prevaleert het Nederlands Recht in geval van een conflict, waarbij uitspraak van de rechter door beide partijen gerespecteerd wordt.
[Pagina 17 van 22]
Test materiaal verpakkingslijn LCE / P&P / RCP
Bijlage nr. 1
Materiaal: Product in (primaire) verpakking. Elke product afmeting of gespecificeerd.
Plano dozen, alle afmetingen
Plano deksels, alle afmetingen
Sluit methodiek materiaal: tape en /of hotmelt
Voor constructie: 2 complete sets verpakt in dozen van elke afmeting.
5 x plano kartons van elke afmeting.
5 x plano deksels van elke afmeting
Voor werktests: Product: 20 dozen met product van elke afmeting
Plano dozen: 400 plano dozen per afmeting
Plano deksels: 400 plano deksels per afmeting
Tape: 2 rollen van elk, als de dozen worden gesloten met tape
Hotmelt: 10 kg, als de dozen worden gesloten d.m,v. hotmelt verlijming
Sheets: 500 sheets per afmeting en kwaliteit als een sheet word voorzien tussen de lagen in de doos.
Toleranties: Packtech Int. bv moet vooraf voor opdracht worden geïnformeerd over toleranties, indien niet geïnformeerd kan Packtech Int. bv geen verantwoording nemen voor problemen die kunnen ontstaan gedurende productie.
[…]
Ontvanger: Packtech Int. bv t.a.v. Hr. [naam 1] , plant manager
[…]
Wanneer nodig? Voor constructie: ten laatste
1 Weekna opdracht.
Voor werktest: ten laatste
6 Weeksvoor uitlevering.
2.5.
Bolletje heeft de laatste betalingstermijn van € 47.038,75 (10% van € 388.750,= vermeerderd met 21 % btw) niet voldaan.
2.6.
Tussen Bolletje en Packtech heeft een e-mailwisseling plaatsgevonden over het aanleveren van monsters en testmateriaal met de volgende berichten.
- Een e-mailbericht van 24 juni 2014 van [naam 2] , tekenaar/constructeur van Packtech (verder [naam 2] ) aan [naam 3] van Bolletje (verder: [naam 3] )
[…] Nu we druk zijn met de engineer van de lijn ontvangen we graag van ieder productsoort een doos test materiaal en van ieder type doos een tiental plano’s.
Is het mogelijk om dit deze week op te sturen?
- Een antwoord e-mailbericht van [naam 3] op 27 juni 2014:
Vanmorgen heeft men het adres van jullie bij mij opgehaald. M.a.w. de pallet met testmateriaal is gereed en zal vandaag of maandag naar jullie opgestuurd worden. (organisator [naam 4] )
Onze afdeling inkoop heeft ook testmateriaal besteld betreffende de nieuwe door van de lidl. Deze zal separaat aan jullie verzonden worden. Dit zijn wel monsters die zij “met de hand” gemaakt hebben. (organisator [naam 5] )
- Een e-mailbericht van 9 juli 2014 van [naam 3] aan [naam 6] van Packtech (verder: [naam 6] ):
Jullie wachten nog op de nieuwe doos van de lidl. Deze is nog niet in productie en daarom kreeg ik onderstaande reaktie.
Deze doos is nog niet in productie omdat deze zich slecht handmatig laat inpakken, cq sluiten.
Verwachten jullie problemen met de verwerking?
- Als bijlage bij een bericht van 7 januari 2015 stuurt Packtech Bolletje een “Schema/opgave voor testmateriaal, o.a. dozen en producten”, waarin staat dat Packtech 2 aldaar omschreven dozen en ‘hotmelt’ per ommegaande nodig heeft en de overige aldaar gespecificeerde dozen per begin week 4.
- In een e-mailbericht van 13 januari 2015 schrijft [naam 6] aan [naam 3] dat de pallet met materiaal nog niet binnen is.
- In een e-mailbericht van 14 januari 2015 antwoordt [naam 3] dat intern opdracht is gegeven om de testmaterialen te verzenden en verzoekt hij om melding per e-mail als de pallet met materiaal binnen komt.
- Een e-mailbericht van 22 januari 2015 van [naam 6] aan [naam 3] :
Bijgaand lijst met alle dozen die we hier op dit moment hebben. […]
Denk ook aan hotmelt, zit er nu niet bij. Behoudens type 300546 hadden we deze dozen van eerste monster zending en het palletje 11 van vorige week. 300546 is vanochtend binnen gekomen incl. beschuit test materiaal. Ik heb ook geen idee of dit nu complete is. Je ziet aan de aantallen dat dit niet genoeg is voor testen, ik ga er vanuit dat e.e.a. nog onderweg is en anders is er nog actie nodig van jullie kant.
Aandacht voor de laatste doos op de lijst Rivercote plano 550 x 370. Bovenzijde is een handvorm sluiting Daar kunnen we niks mee. Dat moet aangepast worden gelijk aan ander type, de witte Lidl doos met stapelrand.
- In een e-mailbericht van 17 februari 2015 schrijft [naam 6] aan [naam 3] :
Kan iemand van u aangeven wanneer we de witte doos van Lidl kunnen verwachten tbv test. We vernemen graag.
2.7.
Tussen Bolletje en Packtech heeft een wisseling plaatsgevonden van e-mailberichten over aanpassing van de planning en (aanpassingen aan) de lay-out van de verpakkingslijn met de volgende berichten.
- Een e-mailbericht van 25 augustus 2014 van [naam 1] (verder: [naam 1] ) namens Packtech aan [naam 3] :
Hierbij de aangepaste planning zoals afgesproken.
- Een antwoord van 26 augustus 2016 van [naam 3] :
Dank voor het sturen van de planning. Echter zoals ik eerder gezegd, ben ik “not amused” dat de planning verschoven is. Immers hoe eerder deze installatie geleverd wordt des te eerder hebben wij er profijt van, ofwel uitstel werkt kosten verhogend.
Ik zal deze planning dan ook mee delen aan een aantal collega’s van mij. Nu deze planning gereed is graag het volgende onder de aandacht:
[…]
- Graag een dwg lay-out tekening opdat we hier ter plekke kunnen controleren of alles past op de
aansluitingen zoals besproken dat dit niet fout kan en mag gaan.
- Graag op tijd info of er ter plekke wat overlegd moet worden of dat van ons uit beoordeeld kan worden dat het overeenkomstig onze wens is
- Een e-mailbericht van 2 september 2014 namens Packtech van [naam 2] (verder: [naam 2] ) aan [naam 3] :
Na het ontvangen van de [..] mail en ons telefoon gesprek van maandag 1 september een mail met daarin:
  • Originele layout tekening […]
  • Huidige layout tekening […]
  • Huidige layout tekening met opmerking […]
  • eDrawing opzetter (3D file van de opzetter) […]
  • PDF bestand met daarin opmerkingen over de layout, opmerkingen over het ontwerp van de opzetter en een link naar eDrawing […]
Als er vragen of opmerkingen zijn hoor ik dat graag
- Een e-mailbericht van 12 september 2014 van [naam 2] aan [naam 3] :
Vorige week dinsdag heb ik een update gestuurd, met daarin de nieuwe lay-out en 3D tekeningen met opmerkingen van de Robot Case Erector (doosopzetter).
Vervolgens zijn we begonnen met de werkvoorbereiding en inkoop van de Robot Case Erector.
Voor dat we dit kunnen afronden zou ik graag u op- en aanmerkingen ontvangen over het ontwerp. We kunnen hiermee rekeningen houden door de tekeningen aan te passen, mits de verandering niet te groot zijn, anders moeten we hierover in overleg gaan. Verder vindt u in de bijlage het ontwerp van de stempel wat later is toegevoegd aan de Robot Case Erector. Volgende stap is het inpakstation met daaropvolgende de sluiter.
- Een e-mailbericht van 25 september 2014 van [naam 2] aan [naam 3] :
Terug komend op de mail van ‘vr 12-9-2014 15:54’ en ‘di 2-9-2014 15:37’, zijn er een aantal vragen nog niet beantwoord. De eerste gaat over de lay-out. In de voorgaande mails heb ik een Lay-out tekening gestuurd waarmee u ter plekke kon controleren of alles past op de aansluitingen zoals besproken.
De tweede gaat over de op- en aanmerkingen over de opzetter. Om het plaatwerk te bestellen wil ik zeker weten dat u met het ontwerp akkoord gaat.
Graag zie ik uw antwoorden z.s.m. tegemoet.
- Tussen [naam 2] en [naam 3] heeft vervolgens tot 10 december 2014 een verder e-mailwisseling plaats gevonden waarin aanpassingen in de lay-out worden voorgesteld en doorgevoerd.
- In een e-mailbericht van 10 december 2014 schrijft [naam 3] aan [naam 2] :
Bij deze een lay-out waarin staat:
  • De opgeschoven lengte van 400mm waardoor de doorgang 875 mm wordt (controle svp)
  • De intekening van onze bestaande kabelgoot (paars) waar jullie Electro man om gevraagd heeft en ook kabels kunnen en mogen lopen.
  • De afstand van muur tot lift
Mochten er afwijkingen zijn dan graag info retour.
2.8.
In een e-mailbericht van 27 oktober 2014 schrijft [naam 6] aan [naam 3] :
Zoals vanochtend besproken, zie ook onze e-mail van 21-10-2014, loopt de planning uit, in de bijlage de nieuwe planning.
De belangrijkste oorzaak is het faillissement van onze toeleverancier, dit is onmacht.
We kregen hierdoor het bestelde materiaal niet meer geleverd.
Buiten dat dit vervelend is voor Packtech, geen materiaal en geld kwijt, is dit ook vervelend voor onze klanten waaronder Bolletje.
We hebben per omgaande contact gezocht met een nieuwe leverancier en waarbij mede de focus is gelegd op levertijd. Zoals het er nu naar uitziet wordt het materiaal begin week 46 aangeleverd.
In die week vangen dan ook direct de montage werkzaamheden aan.
2.9.
In een e-mail bericht van 26 maart 2015 stuurt [naam 7] van Packtech aan [naam 3] twee links naar “de twee video’s van vandaag”.
2.10.
In een e-mailbericht van 22 april 2015 schrijft [naam 3] aan [naam 6] :
John, dank voor de bevestiging doch ik (wij) maken ons ernstig zorgen of dit ooit wel goed komt.
Wij hebben gisteren daar over de telefoon gesproken doch wil het via de mail nog eens bevestigen.
Status tot nu toe:
- Dozenopzetten gaat goed
- Dozenaanvoer gaat goed
- Dozen vullen gaat niet goed
- Dozen sluiten gaat goed
- Afvoer via lift gaat goed.
Met gaat goed bedoel ik dat het ons nu niet opvalt dat het stagnatie veroorzaakt. Dit in het perspektief dat de lijn nog geen uur gedraaid heeft. Probleem zit hem in het vullen van de doos. We praten hier over 2 soorten rollen, namelijk de gewone rol en de toefzak rol. De gewone rol hebben we amper gedraaid heb de indruk met wat afstellingen dat dit wel goed gaat. De toefzak geeft ons een giga probleem. Volgens mij is het probleem samen te vatten in het “omvallen” van de rol beschuit. Dit omvallen moet worden gezien in de vorm van scheef staan (uit het lood) waardoor voor de volgende rij onvoldoende ruimte is tussen deze scheve rol en de doos wand. […]
2.11.
In een e-mailbericht van 28 april 2015 schrijft [naam 6] aan [naam 3] :
We hebben tijdens ons gesprek van (heden) dinsdag 28 april ons gezamenlijk project geëvalueerd.
Het gezamenlijke doel is om tot een afronding te komen, restpunten af te werken en de gesignaleerde problematiek van de toefzak proberen op te lossen
De status van het project op onderdelen is als volgt:
- Doos opzetten functioneert goed
- Tray opzetten functioneert goed
- Doos transport functioneert goed
- Tray transport functioneert goed
- Product transport rol beschuit functioneert goed
- Product transport toefzak functioneert goed. restpunt: aanvoer / haakse overgang verdient nog enige aandacht
- Doos vullen met rol beschuit functioneert goed voor zover getest
- Tray vullen met rol beschuit functioneert goed voor zover getest
- Doos vullen met toefzak functioneert niet constant op gewenst niveau
- Doos sluiten functioneert goed
- Tray sluiten functioneert goed
- Doos transport via lift functioneert goed, restpunt: lift laten bufferen
- Tray transport via lift functioneert goed. restpunt: lift laten bufferen
Algemeen
De vele planningswijzigingen bij Bolletje hebben tot gevolg gehad dat we geen volwaardige testruns hebben kunnen draaien.
Rol beschuit(zie ook status overzicht van 9 maart t/m 24 april)
We hebben op tot op heden nog geen enkele keer een productie run met rol beschuit kunnen draaien / testen. Zowel liggend als staand verpakt Het doel is om op korte termijn runs te draaien met rollen beschuit zowel liggend als staand te verpakken, ten einde aan te tonen dat e.e.a. goed functioneert en eventueel daaruit voortkomende restpunten af te werken. Let op: de 11 stuks rol “Spelt” beschuit is een nieuw product, wellicht zijn hiervoor nog aanpassingen nodig, mechanisch en of software
Toefzak(zie ook status overzicht van 9 maart t/m 24 april We hebben een aantal keer toefzakken gedraaid met wisselend succes De toefzak is een kritisch product gebleken waarbij de aandacht dient te liggen op twee items. De beschuiten in de toefzak liggen scheef, soms staat de rol hierdoor tot wel 20-25 mm uit het lood. De las van de zak aan de onderzijde is niet ingevouwen, hierdoor kan de rol in iedere positie in de doos (om)vallen, is dus geen constante. Verpakken in de folie, Bolletje dient zorg te dragen dat de toefzak gelijk is aan de overeengekomen specificaties, dan wel deze zo dicht mogelijk te benaderen. Er wordt binnen kort een nieuwe geleiding op de invoer van de flowpacker geplaatst, wellicht geeft dit een verbetering in het verpakkingsresultaat.
2.12.
In een brief van 28 mei 2015 gericht aan Bolletje schrijft [naam 1] het volgende:
Betreffende: Gerantstelling Z-IA holding
Packtech International is een vennootschap van Z-IA Holding bv.
Z-IA Holding bv is tegenover Bolletje hoofdelijk aansprakelijk voor juiste nakoming door Packtech International BV van alle verplichtingen voorvloeiende uit de opdrachtbevestiging 20140526-00 betreffende de verpakkingslijn voor het transporteren, handelen en verpakken van rollen beschuit.
Z-IA holding
Packtech International
[naam 1]
Directeur/Eigenaar
2.13.
Bij brief van 10 december 2015 schrijft [naam 8] namens Bolletje aan Packtech samengevat dat
  • Packtech toerekenbaar is tekort geschoten in haar verplichtingen uit de overeenkomst nu de verpakkingslijn niet in week 48 van 2014 is opgeleverd maar pas in week 44 van 2015,
  • de vertraging niet aan Bolletje te wijten is,
  • Bolletje door de vertraging schade heeft gelopen die met name verband houdt met het feit dat Bolletje langer personeel heeft moeten inzetten om de oude lijn te bemannen,
  • Bolletje om discussie te vermijden genoegen neemt met vergoeding van schade door vertraging over de periode van week 44 van 2014 tot en met week 30 van 2015, ad € 132.313,00
  • Bolletje dit schadebedrag verrekent met de laatste termijn van de overeengekomen prijs ad € 47.038,75
  • Bolletje Packtech verzoekt het resterend bedrag van € 85.274,25 binnen 10 dagen over te maken.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
Bolletje vordert samengevat - bij vonnis, voor zover mogelijke uitvoerbaar bij voorraad:
Primair:
- hoofdelijke veroordeling van Packtech c.s. tot betaling van € 85.274,25, vermeerderd met wettelijke handelsrente althans wettelijke rente over € 132.313,00 over de periode van 26 juli 2015 tot 10 december 2015 en over € 85.274,25 vanaf 10 december 2015 tot de dag van volledige betaling en kosten.
- verklaring voor recht dat de vordering van Bolletje tot een bedrag van € 47.038,75 verrekend is met de vordering van Packtech op Bolletje.
Subsidiair
- hoofdelijke veroordeling van Packtech c.s. tot betaling van € 132.313,00, vermeerderd met wettelijke handelsrente, althans wettelijke rente, vanaf 26 juli 2015 tot de dag van volledige betaling.
Primair en Subsidiair
- hoofdelijke veroordeling van Packtech c.s. in de kosten waaronder nakosten, met rente indien niet deze niet binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis respectievelijk de betekening zijn betaald.
3.2.
Bolletje voert - zakelijk weergegeven - aan dat Packtech toerekenbaar is tekortgekomen in haar verplichtingen uit de overeenkomst, doordat de verpakkingslijn te laat is opgeleverd, te weten niet in week 48 van 2014 maar pas in week 44 van 2015. Hierdoor heeft Bolletje schade geleden doordat zij langer personeel heeft moeten inzetten om de oude lijnen te bemannen. De kosten daarvan bedroegen over de de periode van week 44 van 2014 tot en met week 30 van 2015 € 132.313,00. Voor deze schade is Packtech aansprakelijk. Bolletje heeft dit schadebedrag deels verrekend met de laatste termijn van de overeengekomen koopprijs van de verpakkingslijn ad € 47.038,75, zodat Packtech nog € 85.274,25, vermeerderd met rente dient te vergoeden. Z-I. Automatisering is, aldus Bolletje, daarvoor hoofdelijk aansprakelijk gelet op de - onder 2.12 aangehaalde - gerantstelling (verder: de gerantstelling).
3.3.
Packtech c.s. voert verweer.
Z-I. Automatisering voert aan dat de door Bolletje bedoelde gerantstelling niet door haar maar door een andere rechtspersoon is afgegeven, te weten Z-IA Holding. Z-I. Automatisering staat verder buiten de rechtsbetrekking tussen Bolletje en Packtech en kan niet voor de door Bolletje gestelde schade aansprakelijk worden gehouden.
Packtech betwist dat zij is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst. Op grond van de overeenkomst ging de levertijd pas in na ontvangst van een door Bolletje goedgekeurde ‘lay-out’ en van aangevraagd monstermateriaal. Beide zaken zijn door Bolletje niet tijdig aangeleverd waardoor het moment van oplevering is verschoven naar week 14 van 2015. Het systeem is, aldus Packtech, vóór 1 april 2015 en daarmee tijdig opgeleverd. In ieder geval is alle vertraging te wijten aan Bolletje, door het niet tijdig aanleveren van de goedgekeurde ‘lay-out’ en monsters alsmede omdat de aangeleverde beschuitverpakkingen niet voldeden aan de overeengekomen specificaties. Dit is niet aan Packtech toe te rekenen. De werkzaamheden die na 1 april 2015 hebben plaatsgevonden hielden verband met nieuwe wensen van Bolletje. Packtech stelt voorts dat een vergoedingsplicht voor gevolgschade in de overeenkomst is uitgesloten, zij betwist de hoogte van de gestelde schade en stelt dat Bolletje niet heeft voldaan aan haar plicht de schade te beperken.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.5.
Packtech vordert samengevat - veroordeling van Bolletje tot betaling van een bedrag van € 47.038,75 op grond van de overeenkomst, vermeerderd met wettelijke handelsrente vanaf 30 november 2015 en een bedrag van € 89.867,58 voor meerwerk, vermeerderd met proceskosten met rente daarover indien deze niet binnen 14 dagen na dagtekening van het vonnis zijn betaald, alsmede de nakosten.
3.6.
Packtech voert kort gezegd aan dat Bolletje op grond van de overeenkomst nog een laatste termijn van € 47.038,75 dient te betalen. Het beroep van Bolletje op verrekening gaat, aldus Packtech, niet op gelet op het in conventie gevoerde verweer.
Packtech stelt voorts dat zij meerwerk heeft moeten verrichten in verband met de wijzigingen die Bolletje wenste aan te brengen in de inpaklijn. Dit beliep een bedrag van € 64.462,50. Daarnaast is Bolletje op grond van de overenkomst zoals neergelegd op pagina 11 van 22 van de opdrachtbevestiging een extra betaling verschuldigd vanwege buiten bedrijfstijd verricht werk. Verder is Bolletje voor het meerwerk aan Packtech een reiskostenvergoeding verschuldigd ten bedrage van in totaal € 13.200,00, voor 80 x 250 gereden kilometers, tegen een, aldus Packtech, overeengekomen kilometervergoeding van € 0,66.
3.7.
Bolletje voert verweer en voert, kort weergegeven aan dat de laatste termijn is verrekend met de schadevergoeding die Packtech haar dient te betalen. Er is, aldus Bolletje, geen grond voor de gevorderde betaling van meerwerk. Er is maar beperkt meerwerk opgedragen en de daarvoor overeengekomen betaling is voldaan.
3.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

in conventie
ten aanzien van de vordering op Z-I. Automatisering
4.1.
Bolletje baseert haar vordering op Z-I. Automatisering op de gerantstelling, die door [naam 1] is afgegeven. Z-I. Automatisering betwist dat dit namens haar is gedaan en wijst erop dat in de gerantstelling als partij nooit Z-I. Automatisering maar steeds “Z-IA holding” “Z-IA Holding” of “Z-IA holding bv” wordt genoemd, een bestaande andere rechtspersoon, aldus Z-I. Automatisering, te weten het moederbedrijf van Packtech en Z-I. Automatisering, welk moederbedrijf inmiddels is hernoemd tot “ [naam 1] Groep B.V.”.
4.2.
Namens wie [naam 1] de gerantstelling heeft gegeven en wie daardoor is gebonden hangt af wat betrokkenen daarover jegens elkaar hebben verklaard en wat zij over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden. Nu Bolletje haar vordering baseert op de stelling dat de gerantstelling namens Z-I. Automatisering is gegeven dient zij feiten en omstandigheden aan te voeren en zo nodig te bewijzen waaruit dat kan volgen.
4.3.
Bolletje erkent dat in de gerantstelling steeds wordt gesproken over Z-IA holding en niet over Z-I. Automatisering. Bolletje heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd op grond waarvan desondanks kan worden aangenomen dat [naam 1] Z-I. Automatisering heeft vertegenwoordigd en gebonden. De enkele - door Z-I. Automatisering gemotiveerd betwiste - stelling dat ten tijde van de dagvaarding geen rechtspersoon met de naam “Z-IA holding” bestond, is daartoe onvoldoende.
4.4.
De conclusie is dat Z-I. Automatisering niet door de gerantstelling is gebonden. Aangezien Bolletje voor haar vordering op Z-I. Automatisering geen andere grondslag heeft gegeven ligt deze voor afwijzing gereed.
Ten aanzien van de vordering op Packtech
4.5.
Bolletje stelt dat Packtech niet aan haar verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan, doordat zij later heeft opgeleverd dan overeengekomen. Dit wordt door Packtech betwist, waarbij het eerste twistpunt is wat over het moment van oplevering is overeenkomen.
4.6.
Ten aanzien van de standpunten van partijen daarover stelt de rechtbank vast dat Bolletje en Packtech beide als uitgangspunt nemen het “activiteitenschema” dat genoemd is onder 3.1. op pagina 5 van 22 van de opdrachtbevestiging (weergegeven onder 2.4 ) en dat in de opdrachtbevestiging op pagina 7 van 22 is opgenomen onder het kopje “
Activiteit lijn 4 beschuit rol / Twentsche beschuit”(verder: het activiteitenschema).
Packtech stelt dat de levertijd en de tijdslijn van het activiteitenschema pas gingen lopen ná ontvangst van de 1e deelbetaling, de ondertekende opdrachtbevestiging, de goedgekeurde definitieve lay-out van het project én “eventueel aangevraagd monstermateriaal”. Packtech verwijst daarbij naar hetgeen in de opdrachtbevestiging op pagina 12 van 22 is opgenomen onder het kopje “Packtech International bv algemene voorwaarden” achter de aanduiding “levertijd”. Packtech stelt daarbij dat nu (volgens haar) de definitieve lay-out pas in december 2014 is ontvangen en ook de ontvangst van het monstermateriaal vertraging heeft opgelopen de aanvang van de levertijd verschoven is en dat daardoor de tijdsplanning volgens het activiteiten schema en daarmee de levertijd in tijd naar achter is verplaatst, met als opleverdatum week 14 van 2015.
Bolletje stelt dat, conform de tekst op pagina 7 van 22 van de opdrachtbevestiging onder het kopje
Planning activiteiten schema”, “de doorlooptijd van het project, gebaseerd op de huidige leveringsomvang” “
vast ligt”en dat deze alléén opschuift bij verschuiving van de orderintake. De opdrachtbevestiging vond als gepland plaats op 26 mei 2014, zodat de planning van het activiteitenschema onveranderd geldt. Bolletje stelt daarbij dat enkel de tekst onder het kopje “Planning activiteiten schema” geldt en dat de door Packtech aangehaalde bepaling geen toepassing heeft.
4.7.
Bolletje onderbouwt dit laatste primair met de stelling dat al hetgeen in de opdrachtbevestiging op de pagina’s van 10 tot en met 12 van 22 staat, vanaf het kopje “Packtech International bv algemene voorwaarden” tot de aanduiding “Leveringsvoorwaarden” (verder aangeduid als: “de bepalingen van pagina 10-12”), geen toepassing heeft, omdat blijkens de opdrachtbevestiging is overeengekomen dat de “voorwaarden” van beide partijen zijn vervallen. Bolletje baseert haar stelling enerzijds op de tekst op pagina 12 van 22 van de opdrachtbevestiging “
De verkoopvoorwaarden van Packtech Int. bv en de inkoopvoorwaarden van Bolletje bv zijn niet aan elkaar gelijk. Derhalve vervallen de voorwaarden van beide partijen […]”en anderzijds op de aanduiding van de bepalingen van pagina 10-12 als “Packtech International bv algemene voorwaarden”
Packtech betwist dit. Het “
vervallen” van
“de voorwaarden”in de door Bolletje aangehaalde zinsnede ziet, aldus Packtech, slechts op de door beide partijen respectievelijk gehanteerde inkoop- en verkoopvoorwaarden die niet in de opdrachtbevestiging zijn opgenomen.
4.8.
Ter beoordeling van de rechtbank ligt derhalve allereerst de vraag of de bepalingen van pagina 10-12 tussen partijen gelden. De rechtbank overweegt dat nu beide partijen zich (al dan niet subsidiair) ten aanzien van andere - hierna aan de orde komende - twistpunten beroepen op de bepalingen van pagina 10-12 de beantwoording van deze vraag een groter belang heeft dan alleen de vaststelling van de overeengekomen levertijd. Het komt daarbij niet alleen aan op de taalkundige uitleg van de bepaling waarin over het vervallen van “de voorwaarden” wordt gesproken maar op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs daaraan mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
4.9.
De rechtbank stelt vast dat de tekst, dat “de voorwaarden van beide partijen” zijn “vervallen”, in de opdrachtbevestiging is opgenomen achter de aanduiding
“leveringsvoorwaarden”en dat daaraan een tekst voorafgaat waarin staat dat Packtech de
leveringsvoorwaarden van de Metaal unietoepast en voorts dat de
verkoopvoorwaardenvan Packtech en de
inkoopvoorwaardenvan Bolletje niet aan elkaar gelijk zijn. Deze tekst duidt er, naar het oordeel van de rechtbank, taalkundig op dat de gebruikte term “de voorwaarden van beide partijen” in dit verband naar die, verder niet in de opdrachtbevestiging opgenomen,
leverings- verkoop- en inkoopvoorwaardenvan partijen verwijst en niet zozeer naar de wel in de opdrachtbevestiging uitgeschreven bepalingen van pagina 10-12.
Ter comparitie is voorts zijdens Packtech onweersproken aangevoerd dat tijdens de contractbesprekingen aan de orde kwam dat de door haar ‘normaal’ toegepaste leveringsvoorwaarden metaal niet overeenkwamen met de inkoopvoorwaarden van Bolletje en dat dáárom door beide partijen gezegd is dat deze voorwaarden aan beide kanten zouden worden uitgesloten, maar dat er wel dingen moesten worden afgesproken “over garanties en dergelijke” en dat deze in het contract zijn opgenomen. Bolletje bevestigt dat bij de onderhandelingen over de toepasselijkheid van haar
inkoopvoorwaardenis gesproken. Packtech heeft voorts ter comparitie onweersproken gesteld dat bepalingen van pagina 10-12 feitelijk geen algemene voorwaarden zijn, maar dat deze onderdeel uitmaken van de overeenkomst, waarover onderhandeld is en dat het kopje “Packtech International bv algemene voorwaarden” door het knippen en plakken abusievelijk is blijven staan.
Dit is door [naam 3] zijdens Bolletje ter comparitie daarbij in zoverre bevestigd dat hij verklaart dat hij bij de onderhandelingen over de overeenkomst aanwezig was en dat daarbij expliciet is gesproken over de kwaliteit/wijze van oplevering. Hetgeen daarover is overeengekomen is neergelegd in de bepalingen van pagina 10-12 (op pagina 12 van 22) achter de aanduiding “Definitieve afnametest (SAT)”. Dat deze bepaling ook volgens [naam 3] tussen partijen is overeengekomen én gelding heeft, ondersteunt de stelling dat de bepalingen van pagina 10-12 niet zijn vervallen.
Voorts heeft Packtech ter comparitie de vraag opgeworpen waarom partijen de desbetreffende drie pagina’s met bepalingen in de opdrachtbevestiging zouden hebben opgenomen als daar dan direct bij zou zijn bepaald dat deze geen gelding hebben. Daarop is zijdens Bolletje geen concreet antwoord gegeven.
4.10.
Gelet op het vorenstaande en nu geen feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die aanleiding kunnen geven voor een andere oordeel is de rechtbank van oordeel dat de partijen over en weer redelijkerwijs aan de zinsnede
“derhalve vervallen de voorwaarden van beide partijen”de betekenis mochten toekennen dat dit ziet op de niet in de opdrachtbevestiging opgenomen in- en verkoopvoorwaarden van partijen en niet op de wel in de opdrachtbevestiging uitgeschreven bepalingen van pagina 10-12
.De toepasselijkheid van deze bepalingen is dus niet uitgesloten. .
4.11.
Subsidiair voert Bolletje aan dat ook als de bepalingen van pagina 10-12 niet zijn vervallen de afgesproken levertijd per week 48 van 2014 vastligt, gelet op het bepaalde in artikel 3.1 van de opdrachtbevestiging en de tekst die aan het activiteitenschema voorafgaat dat de ‘doorlooptijd’
vastligten (alleen) verschoven wordt bij het opschuiven van de orderintake. De rechtbank stelt vast dat de tekst van de bepalingen in de opdrachtbevestiging niet eenduidig is. De bepaling waarop Packtech zich beroept houdt immers in dat (de aanvang van) het tijdspad voor de levering nog afhankelijk is van onder andere goedkeuring van de lay-out en aanlevering van monsters, terwijl in de bepaling waarop Bolletje zich beroept staat dat de ‘doorlooptijd’
vastligten (alleen) verschoven wordt bij het opschuiven van de orderintake, terwijl Packtech de stelling van Bolletje niet betwist heeft dat de opdrachtbevestiging niet verschoven is. Beoordeeld dient derhalve te worden hoe die tegenstrijdige bepalingen zich tegen over elkaar verhouden, hoe ze dienen te worden uitgelegd en welke betekenis daaraan moet worden toegekend. Daarbij komt het (opnieuw) aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan elkaars gedragingen en verklaringen aan de desbetreffende bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.
4.12.
In dit verband heeft Bolletje aangevoerd dat bij de onderhandelingen haar belang bij tijdige levering duidelijk aan de orde is gesteld, dat er zelfs over gesproken is daar een boeteclausule aan te verbinden, dat de levertijd conform het activiteitenschema het resultaat is van onderhandelingen en dat op het moment dat een akkoord tot stand is gekomen over de prijs, ook als levertijd week 48 van 2014 is afgesproken. Dit is door Packtech niet gemotiveerd weersproken. Dat er onderhandeld is over de door Packtech genoemde bepaling op pagina 12 van 22 van de opdrachtbevestiging is daarentegen niet gesteld of gebleken. Voorts heeft Packtech niet weersproken dat er bij de totstandkoming van de overeenkomst al een “basis lay-out” bestond, die is opgenomen in de opdrachtbevestiging, en dat in het activiteitenschema een periode van 8 weken is opgenomen voor het gereed komen van de “mechanische detail engineering”, waarbinnen vanuit de basis lay-out een definitieve lay-out tot stand zou moeten komen. Hieruit volgt dat de tijdsplanning van het activiteitenschema reeds voorziet in een periode waarbinnen de definitieve lay-out tot stand moet komen en worden goedgekeurd. Daarmee is niet te verenigen dat die tijdsplanning van het activiteitenschema pas zou starten ná goedkeuring van de definitieve lay-out. Tenslotte is van belang dat het activiteitenschema dat, zoals overwogen, door beide partijen voor de leveringstijd als uitgangspunt wordt genomen, tekstueel direct is geplaatst achter de tekst waarop Bolletje zich beroept waarin staat dat de doorlooptijd (behoudens verschuiving van de order intake)
vast ligt.
De rechtbank is van oordeel dat Bolletje er in de voornoemde omstandigheden er redelijkerwijs van uit mocht gaan dat de geplande leveringstijd conform het activiteitenschema vast lag en dat Packtech daaraan gebonden was en dat deze niet vatbaar was voor verschuiving op grond van de, daarmee tegenstrijdige, bepaling in het contract waar Packtech zich op beroept én dat Packtech niet van het tegendeel mocht uitgaan. Omstandigheden die tot een ander oordeel zouden leiden zijn niet aangevoerd. Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat Packtech zich verbonden had om de verpakkingslijn uiterlijk in week 48 van 2014 op te leveren.
4.13.
Vervolgens komt de vraag aan de orde wanneer is opgeleverd en Packtech aan haar verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan. Bolletje stelt dat uiteindelijk pas in week 44 van 2015 is opgeleverd. Packtech voert aan dat de verpakkingslijn (al) op 26 maart 2015 “voldeed aan de vereisten van de overeenkomst” en verwijst daarbij naar het mailbericht als aangehaald onder 2.9 met een link naar filmpjes, dat op 26 maart 2015 zou zijn verstuurd aan Bolletje naar welke filmpjes, aldus Packtech, “werd verwezen om te tonen dat Het Systeem kon produceren” en de mailwisseling onder 2.10 - 2.12.
4.14.
Ten aanzien van de datum van oplevering stelt de rechtbank vast dat niet in geschil is dat overeengekomen is dat de afname en levering zou plaatsvinden conform de Site Acceptance Test (SAT), conform de “Europese norm voor machineperformance VDI 2651/DIN 8743”, wat blijkens de opdrachtbevestiging (op pagina 12 van 22) inhoudt dat “gedurende een periode aaneengesloten productie de performance gemeten wordt en onder aftrek van product gerelateerde storingen de effectiviteit van het systeem t.o.v. het standaard percentage van 97,5% gemeten wordt. Bij gelijk of een beter percentage zat de test door beide partijen voor akkoord worden ondertekend”. Zoals eerder overwogen maken de bepalingen van pagina 10-12 deel uit van de overeenkomst terwijl Packtech niet heeft betwist dat (juist) over de wijze van opleveren tussen partijen overeenstemming is bereikt.
4.15.
Uit de mailberichten waarnaar Packtech verwijst en uit haar stelling dat de verpakkingslijn “voldeed aan de vereisten van de overeenkomst” kan niet worden afgeleid dat afname/oplevering op de hiervoor onder 4.14. weergegeven overeengekomen wijze heeft plaatsgevonden. Daarentegen is ter comparitie zijdens Packtech door [naam 1] erkend dat op 18 mei 2015 “de lift” nog niet correct werkte, dat volgens hem [pas] in juni of juli 2015 de eerste “SAT-test” is aangeboden en dat uiteindelijk alle producten die in de overeenkomst stonden zijn “afgetekend”, naar [naam 1] meent, “in oktober 2015 de laatste”. Nu dit laatste aansluit bij de stelling van Bolletje dat in week 44 van 2015 (de week van 26 oktober 2015) is opgeleverd gaat de rechtbank van deze laatste, aldus door Packtech onvoldoende gemotiveerd weersproken opleverdatum uit.
4.16.
Daarmee staat vast dat niet tijdig is opgeleverd en dat Packtech niet tijdig haar verplichtingen uit de overeenkomst is nagekomen. Dit kan haar echter niet worden toegerekend als, zoals Packtech stelt, het te late leveren te wijten is aan schuldeisersverzuim of aan het stellen van nieuwe eisen aan de zijde van Bolletje.
Packtech voert daartoe aan dat Bolletje de definitieve lay-out niet tijdig goedkeurde en niet de overeengekomen en voor de oplevering van de inpaklijn noodzakelijke monsters heeft geleverd, dat de beschuitrollen die in de inpaklijn zouden worden verpakt en met name de zogenaamde “toefzakken” niet aan de overeengekomen specificaties/toleranties voldeden en dat Bolletje steeds met wijzigingsvoorstellen en nieuwe, niet overeengekomen, wensen kwam voor de mogelijkheden van de inpaklijn, waaronder het geschikt maken van die lijn voor producten met andere specificaties. Packtech verwijst ter onderbouwing van haar stellingen naar de mailwisseling als aangehaald onder 2.6, 2.7 , 2.10 en 2.11.
4.17.
Bolletje erkent dat zij na de totstandkoming van de overeenkomst een nieuw product, spelt-beschuit, heeft ontwikkeld waarvoor zij de inpaklijn wilde gebruiken, dat dit een aanpassing van die inpaklijn vergde en dat dit vertraging heeft opgeleverd. Hoewel zij stelt dat deze vertraging aan Packtech is toe te rekenen, omdat dit nieuwe product is ontwikkeld ná week 48 van 2014, het overeengekomen moment van oplevering, en dit dus, aldus Bolletje, bij tijdige nakoming door Packtech niet tot vertraging zou hebben geleid, beperkt ze haar vordering omdat zij wenst “iedere discussie daarover uit oogpunt van proceseconomische overwegingen te voorkomen” in de zin dat zij de periode waarover zij vertragingsschade vordert beperkt met 14 weken, tot de periode van week 48 van 2014 tot week 30 van 2015. Gelet op dit, kennelijk uit proceseconomische redenen ingenomen, standpunt gaat de rechtbank er bij de beoordeling van uit dat een deel van de vertraging, te weten tenminste een periode van 14 weken, toegerekend kan worden aan de wens van Bolletje haar nieuwe product speltbeschuit door de verpakkingslijn te laten inpakken en dat deze vertraging daarmee niet aan Packtech kan worden toegerekend.
4.18.
Voor het meerdere betwist Bolletje dat de vertraging niet aan Packtech kan worden toegerekend. De vertraging is, aldus Bolletje, toe te rekenen aan Packtech, doordat Packtech, onder andere vanwege het faillissement van een van haar leveranciers, niet over de benodigde onderdelen kon beschikken (waarbij Bolletje verwijst naar het mailbericht van dat is aangehaald onder 2.8.), de voor engineering benodigde tijd niet goed heeft ingeschat, zij niet eerder dan in week 20 van 2015 met de feitelijke leveringswerkzaamheden van start is gegaan en ook de vele hernieuwde planningen die zij nadien heeft verstrekt steevast niet heeft gehaald. Bolletje betwist dat zij de lay-out te laat heeft goedgekeurd. Zij voert aan dat Packtech juist te laat was met aanleveren van aanpassingen van de basis-lay-out. Ook monsters zijn steeds, aldus Bolletje, tijdig aangeleverd. Bolletje betwist ten slotte dat de in te pakken producten, waaronder de “toefzakken” niet aan de specificaties voldeden althans dat dit tot enige (relevante) vertraging heeft geleid.
4.19.
De bewijslast van de stelling van Packtech dat het niet tijdig nakomen niet aan haar kan worden toegerekend omdat het geheel of ten dele veroorzaakt werd door de door haar gestelde beletsels die aan Bolletje kunnen worden toegerekend ligt, conform de hoofdregel van artikel 150 Sv, bij Packtech.
Ten aanzien van de door Packtech aangegeven omstandigheden, die volgens haar vertraging opleveren en die haar niet kunnen worden toegerekend, overweegt de rechtbank dat het belang voor Packtech bij de tijdige ontvangst van een goedgekeurde lay-out en testmonsters voor het tijdig kunnen nakomen van de levering conform de planning het activiteitenschema uit de opdrachtbevestiging volgt en dat door Bolletje ook niet is betwist dat indien zij voornoemde zaken niet binnen redelijk tijd aanlevert de daaruit voortvloeiende vertraging niet aan Packtech kan worden toegerekend. Evenmin heeft Bolletje betwist dat vertraging als gevolg van nieuwe wensen die “buiten de overeenkomst vallen” - waarbij dient te worden opgemerkt dat niet weersproken is dat de overeenkomst blijkens de opdrachtbevestiging (op pagina 10 van 22 onder “ontwerp/leveringsomvang”) ruimte biedt voor constructie- en uitvoeringsaanpassingen voor zover die binnen de “leveringsomvang behoren” - en vertraging die het gevolg is van het niet voldoen aan de overeengekomen specificaties en toleranties niet aan Packtech kan worden toegerekend.
Derhalve geldt dat voor zover Bolletje de definitieve lay-out na ontvangst daarvan niet binnen een redelijke tijd goedkeurde en/of niet binnen de overeengekomen, althans een redelijke tijd, de overeengekomen en voor de oplevering van de inpaklijn noodzakelijke monsters heeft geleverd of indien de beschuitrollen die in de inpaklijn zouden moeten worden verpakt, met name de zogenaamde “toefzakken”, niet aan de overeengekomen specificaties/toleranties voldeden en/of Bolletje met wijzigingsvoorstellen en nieuwe, niet overeengekomen, wensen kwam voor de mogelijkheden van de inpaklijn, de vertraging in de levering conform het activiteitenschema die dat oplevert niet aan Packtech kan worden toegerekend, zodat Packtech in zoverre ook niet voor de daardoor ontstane schade aansprakelijk is.
4.20.
Bolletje heeft echter gemotiveerd betwist dat sprake is van deze door Packtech gestelde omstandigheden, behoudens de door Bolletje niet langer betwiste vertraging vanwege het speltbeschuit van 14 weken, waar de rechtbank dus van uitgaat. Nu de mailberichten waarnaar partijen verwijzen daarover voorshands geen uitsluitsel geven zal Packtech conform haar aanbod daartoe worden toegelaten tot het bewijs van de stelling dat
  • Bolletje de definitieve lay-out niet binnen een redelijke tijd na ontvangst goedkeurde
  • Bolletje niet binnen de overeengekomen, althans een redelijke tijd, de overeengekomen en voor de oplevering van de inpaklijn noodzakelijke monsters heeft geleverd,
  • dat de beschuitrollen die in de inpaklijn zouden moeten worden verpakt, met name de zogenaamde “toefzakken”, niet aan de overeengekomen specificaties/toleranties voldeden en/of
  • Bolletje met wijzigingsvoorstellen en extra, niet overeengekomen, wensen kwam voor de mogelijkheden van de inpaklijn, waaronder het geschikt maken van de inpaklijn voor producten met andere productspecifiacties
endat (een of meer van) deze omstandigheden een vertraging veroorzaakten in de levering van 48 weken (te weten de periode tussen week 48 van 2014 en week 44 van 2015) althans van meer dan de voornoemde door Bolletje erkende periode van 14 weken.
4.21.
Voor zover Packtech geheel of gedeeltelijk in de opgedragen bewijslevering slaagt, zal zij niet, respectievelijk gedeeltelijk, naar verhouding met in hoeverre komt vast te staan dat de vertraging Packtech niet kan worden toegerekend, voor de vertragingsschade aansprakelijk zijn. Voor zover zij daar niet in slaagt is zij daarvoor wel aansprakelijk, waarbij de hoogte van de door de vertraging ontstane schade alsmede het beroep op het niet voldoen door Bolletje aan de schadebeperkingsplicht nog nader zullen moeten worden beoordeeld.
4.22.
Packtech heeft zich nog beroepen op de bepaling op pagina 12 van 22 van de opdrachtbevestiging : “
Gevolgschade: Daar dit project niet wezenlijk ingrijpt in het productieproces zal er geen sprake zijn van gevolgschade”en daaraan de conclusie verbonden dat zij niet aansprakelijk is voor gevolgschade. Nu Packtech echter ter comparitie de stelling van Bolletje niet heeft weersproken dat de deze bepaling niet afdoet aan de (eventuele) toewijsbaarheid van de vordering van Bolletje, nu deze vordering slechts directe schade betreft, wordt dit verweer verworpen.
4.23.
Alle overige beslissingen, zullen worden aangehouden.
in reconventie
4.24.
Geen punt van geschil is dat Bolletje de laatste overeengekomen betaling van een bedrag van € 47.038,75 aan Packtech niet heeft voldaan. Bolletje heeft de verschuldigdheid van dit bedrag niet betwist, behoudens haar beroep op verrekening met hetgeen zij van Packtech tegoed zegt te hebben en wat zij in conventie als schadevergoeding vordert. Nu de toewijsbaarheid van deze vordering dus afhangt van de beoordeling in conventie worden nadere beslissingen daarover aangehouden.
4.25.
Packtech vordert verder een bedrag van € 89.867,58 voor meerwerk, waaronder een vergoeding voor het werken buiten kantoortijd. Bolletje betwist tot enige vergoeding voor meerwerk gebonden te zijn. Zij betwist dat zij Packtech heeft opgedragen buiten kantoortijd te werken of dat zij met Packtech overeengekomen is dat Packtech meerwerk zou verrichten anders dan twee opdrachten die Bolletje haar heeft verstrekt, voor het leveren van een zogenaamde “Ho-houder” voor toefzakken en een extra gripkop voor beschuitrollen, voor bedragen van respectievelijk € 3.200,00 exclusief BTW en € 8.500,00 “all-in”. Deze bedragen heeft Bolletje, zo stelt zij, voldaan. Dit laatste is niet betwist.
4.26.
Gelet op het voornoemde verweer van Bolletje had het op de weg van Packtech gelegen te onderbouwen op grond van welke opdracht of overeenkomst zij voor Bolletje meerwerk heeft verricht waar een betalingsverplichting tegen overstond. Dit geldt temeer nu Packtech niet heeft betwist dat krachtens de overeenkomst zoals neergelegd in de opdrachtbevestiging op pagina 10 van 22 “aanpassingen en of wensen van de klant welke niet tot de leveringsomvang behoren en financiële consequenties hebben” pas worden uitgevoerd “na schriftelijk akkoord van de klant”[Bolletje]. Dat dergelijk schriftelijk akkoord is gegeven heeft Packtech niet gesteld, terwijl zij ook overigens niet heeft onderbouwd dat en welke concrete meerwerk opdrachten zij van Bolletje heeft ontvangen. Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat de vordering tot het bedrag van € 89.867,58 onvoldoende is onderbouwd en voor afwijzing gereed ligt.
4.27.
Alle overige beslissingen, zullen worden aangehouden.

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
draagt Packtech op te bewijzen dat:
I.
  • Bolletje de definitieve lay-out niet binnen een redelijke tijd na ontvangst heeft goedgekeurd
  • Bolletje niet binnen de overeengekomen, althans een redelijke tijd, de overeengekomen en voor de oplevering van de inpaklijn noodzakelijke monsters heeft geleverd,
  • dat de beschuitrollen die in de inpaklijn zouden moeten worden verpakt en met name de zogenaamde “toefzakken” niet aan de overeengekomen specificaties/toleranties voldeden en/of
  • Bolletje met wijzigingsvoorstellen en extra, niet overeengekomen, wensen kwam voor de mogelijkheden van de inpaklijn, waaronder het geschikt maken van de inpaklijn voor producten met andere productspecificaties en
II.
dat deze omstandigheden een vertraging veroorzaakten in de levering van 48 weken althans van meer dan de voornoemde door Bolletje erkende periode van 14 weken.
5.2.
bepaalt dat, voor zover Packtech dit bewijs door middel van getuigen wil leveren, het getuigenverhoor zal plaatsvinden op de terechtzitting van mr. T.P.E.E. van Groeningen in het Paleis van Justitie aan de Walburgstraat 2-4 te Arnhem op een door de rechtbank vast te stellen datum en tijd,
5.3.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 3 augustus 2016 voor het opgeven door Packtech van de getuigen en van hun respectieve verhinderdagen, alsmede de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten op de woensdagen in de maanden september tot en met november, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
5.4.
verwijst voor het geval Packtech op die roldatum heeft medegedeeld geen getuigenbewijs te willen leveren of geen getuigen of verhinderdata heeft opgegeven de zaak naar de achtste rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken voor vonnis of,
maar alleen indien Packtech daarom op de onder 5.3 bedoelde roldatum heeft verzocht,naar de zesde rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken voor het nemen van een conclusie na niet gehouden getuigenverhoor aan de zijde van Packtech, waarbij deze desgewenst ook het bewijs schriftelijk kan leveren,
5.5.
bepaalt voorts dat de partijen bij de getuigenverhoren aanwezig zullen zijn en, indien daartoe naar het oordeel van de rechter aanleiding bestaat, tijdens en/of na de getuigenverhoren voor de rechter zullen verschijnen om aan deze inlichtingen over de zaak te geven en deze te laten onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden,
5.6.
bepaalt dat de partijen alle schriftelijke (bewijs)stukken die zij nog in het geding willen brengen uiterlijk twee weken voor het getuigenverhoor in fotokopie aan de andere partij en aan de rechtbank toegezonden moeten hebben,
5.7.
houdt iedere verdere beslissing aan.
in reconventie
5.8.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.P.E.E. van Groeningen en in het openbaar uitgesproken op 20 juli 2016.