In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 6 december 2016 uitspraak gedaan over een omgevingsvergunning die was verleend voor het plaatsen van reclame-uitingen. Eiseres, die zich verzet tegen de vergunning, stelt dat het bouwplan in strijd is met de welstandsnota. De rechtbank behandelt het beroep van eiseres tegen het bestreden besluit van verweerder, waarin het bezwaar van eiseres ongegrond werd verklaard. De rechtbank constateert dat de reclame aan de gevel van het bedrijfsgebouw uit twee zelfstandige delen bestaat, wat in strijd is met de welstandsnota die maximaal één reclame-uiting per gevel toestaat. De rechtbank oordeelt dat de vergunning niet voldoet aan de criteria van de welstandsnota, en dat verweerder onvoldoende heeft gemotiveerd waarom het welstandsadvies is overgenomen. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiseres. Tevens wordt verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres en moet het griffierecht worden vergoed. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid en motivering bij het verlenen van omgevingsvergunningen, vooral in het kader van de welstandscriteria.