Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 augustus 2016
- het proces-verbaal van comparitie van 15 november 2016.
2.De feiten
3.De vordering
4.De beoordeling
5.De beslissing
15 maart 2017bij akte kan uitlaten of de verzekeraar inmiddels het bedrag van € € 9.303,16 heeft uitgekeerd (rechtsoverweging 4.8.), waarna [eiser] binnen twee weken daarna bij akte daarop kan reageren,
- dat hij met betrekking tot de schadevoorvallen van 26 juli 2010 en 28 juni 2011 jegens de VvE nog aanspraak heeft op een bedrag van € € 1.216,54, althans dat hij over een langere periode dan door de verzekeraar is vergoed aanspraak kan maken op huurderving, en
- dat hij in de periode van 1 januari 2013 tot en met 12 april 2013 en in de periode van
15 maart 2017voor het opgeven door [eiser] van de getuigen en van hun respectieve verhinderdagen, alsmede de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden mei tot en met augustus 2017, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
maar alleen indien [eiser] daarom op de onder 5.4. bedoelde roldatum heeft verzocht,naar de zesde rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken voor het nemen van een conclusie na niet gehouden getuigenverhoor aan de zijde van [eiser] , waarbij deze desgewenst ook het bewijs schriftelijk kan leveren,