ECLI:NL:RBGEL:2017:3166
Rechtbank Gelderland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Kort geding over de aanwezigheid van een minderjarige bij de huwelijksdag van de vader
In deze zaak heeft de vader een kort geding aangespannen om de moeder te dwingen mee te werken aan de aanwezigheid van hun 13-jarige dochter bij zijn kerkelijke huwelijk met zijn nieuwe partner. De vader en de moeder zijn gescheiden en hebben gezamenlijk ouderlijk gezag over hun dochter. De vader heeft de moeder verzocht om hun dochter op de dag van het huwelijk bij hem te laten verblijven, zodat zij alle festiviteiten kan bijwonen. De moeder heeft echter aangegeven dat zij al plannen had gemaakt met hun dochter en niet wilde dat zij bij de bruiloft aanwezig zou zijn. De voorzieningenrechter heeft de belangen van het kind afgewogen tegen de plannen van de moeder en geconcludeerd dat het belangrijk is dat de dochter bij de huwelijksdag van haar vader aanwezig kan zijn. De voorzieningenrechter heeft de moeder veroordeeld om mee te werken aan de aanwezigheid van de dochter bij de bruiloft en heeft een dwangsom opgelegd voor het geval zij hier niet aan voldoet. Daarnaast is de moeder veroordeeld in de proceskosten van de vader. De voorzieningenrechter heeft benadrukt dat de ouders in het belang van hun dochter beter moeten communiceren en samenwerken.