Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
uitspraak van de voorzieningenrechter van
[verzoekster], te [plaats 1],
de directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) te Zoetermeer, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
De eigenaar van de auto overhandigde mij een zakmesje en ik sneed een stukje van de buitenmantel (rubber) van de handremkabel af omdat de steekproefambtenaar dit als een stukje plakband zag en ik niet. Toen zei ik tegen de steekproefambtenaar: ‘Kijk wat je mij hebt laten doen, er zit toch geen plakband?’ Op dat moment wijs ik met het zakmesje in mijn hand richting de parkeerremkabel om hem duidelijk te maken, kijk wat je mij hebt laten doen. Vervolgens zegt hij tegen mij: ‘Haal de parkeerremkabel uit de haak’ Ik weigerde dit te doen en zei doet u dit maar zelf. (…) Nadat ik dit gezegd had overhandigd hij mij de looplamp [een soort zaklamp, voorzieningenrechter] en (…) antwoordde al weglopend: ‘Je hoort nog van ons’. Iedereen die in de garage erom heen stonden te kijken waren zeer verbaasd en begrepen niet waarom hij eigenlijk wegging. De sfeer in de garage was normaal en gezellig te noemen.”
Ik bevond mij naast de brug waarop het voertuig ter keuring stond. De sfeer was gemoedelijk. (…) Aangezien het hard rubber is, heb ik, op de vraag van de RDW keurmeester [de steekproefcontroleur, voorzieningenrechter] om een mesje, mijn zakmes overhandigd, waarop APK keurmeester [de keurmeester, voorzieningenrechter] het kleine snijmesje heeft uitgeklapt om het originele rubber te verwijderen. Hierop geeft RDW keurmeester te kennen ook het haakje van de handremkabel los te maken, zodat hij deze kabel heen en weer kan buigen om te kijken of deze niet is gebroken. Hierop heeft APK keurmeester zich omgedraaid en aangegeven dat bij een keuring gekeken wordt (…) en dat het niet de bedoeling is om originele delen te beschadigen/stuk te maken (...). APK keurmeester spreekt met enige stemverheffing en zwaait met zijn handen met mijn zakmesje in zijn hand om aan te wijzen wat hij bedoelt. Hierop komt de RDW keurmeester naar voren in de richting van de APK keurmeester en geeft de looplamp terug aan de APK keurmeester. (…) Hierop is de RDW keurmeester de garage uitgelopen en vertrokken.”
Heden is de heer [verzoeker] bij mij langsgekomen voor een tweede verklaring (…) Ik hoorde van hem dat hij beschuldigd werd van bedreiging, intimidatie en zwaaien met een mesje richting de RDW steekproefambtenaar. Bij deze wil ik benadrukken dat van stekende beweging, intimidatie en bedreiging geen enkele sprake was. Ik stond schuin naast de Apk keurmeester (…) en heb alles van dichtbij gezien en meegemaakt.”
De keurmeester sneed zoals aangegeven was door de ambtenaar het stukje tape weg. Daarop zag hij dat de mantel van de kabel per ongeluk was doorgesneden. Waarop de keurmeester tegen de ambtenaar zei: ‘kijk wat je mij hebt laten doen’ wijzende naar de kabel. De ambtenaar antwoordde met: ‘haal het uit de haak’. De keurmeester zei: ‘doe dit zelf maar’. De ambtenaar gaf de handzaklamp terug, waarop de keurmeester zei: ‘wat krijgen we nou’. De ambtenaar zei: ‘je hoort van ons’ en liep weg.
De keurmeester nam het zakmesje aan en probeerde iets af te snijden. (…) De keurmeester zei tegen de steekproefman, kijk wat je mij hebt laten doen. Ik zag dat de steekproefman een zaklamp terug gaf en toen wegliep. De keurmeester zei: Wat krijgen we nou, waarop de steekproefman zei: je hoort van ons en liep weg. Ik vond dit heel raar want ik zag niet in waarom hij zomaar wegliep.”
Waarop de keurmeester tegen de ambtenaar zei: ‘kijk wat je mij hebt laten doen’ wijzende naar de kabel’, en [naam] verklaart ‘
APK keurmeester spreekt met enige stemverheffing en zwaait met zijn handen met mijn zakmesje in zijn hand om aan te wijzen wat hij bedoelt’, vormt dat tegen de achtergrond van deze situatieschets een bevestiging van de verklaring van de keurmeester dat hij met zijn hand (met daarin het zakmes) een beweging heeft gemaakt in de richting van de handremkabel van de auto boven hem en niet in de richting van de steekproefcontroleur naast hem, zoals de steekproefcontroleur in zijn verklaring schrijft. De steekproefcontroleur is bovendien de enige die verklaart dat de keurmeester stekende bewegingen richting zijn bovenlijf en gezicht maakte waarbij het mes meerdere keren rakelings voor hem langs ging op een afstand van nog geen 10 centimeter. Geen van de getuigen heeft dit waargenomen.