ECLI:NL:RBGEL:2017:3531

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
4 juli 2017
Publicatiedatum
6 juli 2017
Zaaknummer
5914809
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • W.H. van Empel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afgifte van ledenlijst door Vereniging van Eigenaren na aanvankelijke weigering

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Gelderland, is een kort geding aanhangig gemaakt door een eisende partij tegen de Vereniging van Eigenaren (VvE). De eisende partij verzocht om afgifte van een lijst met namen en adressen van de leden van de VvE, nadat de VvE aanvankelijk had geweigerd deze informatie te verstrekken. De procedure begon met een tussenvonnis op 31 mei 2017, waarin de VvE werd aangespoord om de gevraagde informatie te verstrekken. Op 7 juni 2017 heeft de VvE, onder verwijzing naar het tussenvonnis, de gevraagde lijst alsnog aan de gemachtigde van de eisende partij toegezonden. Hierdoor was er geen noodzaak meer om te beslissen op de vorderingen zoals geformuleerd in de inleidende dagvaarding.

De kantonrechter heeft vervolgens de VvE veroordeeld in de proceskosten, aangezien de VvE pas na het tussenvonnis tot afgifte van de lijst is overgegaan. De kosten zijn begroot op € 97,31 voor de dagvaarding, € 78,- voor griffierecht en € 400,- voor het salaris van de gemachtigde, met een toevoeging van € 100,- voor nakosten. De rechter heeft de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de VvE onmiddellijk aan de kostenveroordeling moet voldoen, ongeacht een eventuele hoger beroep.

Dit vonnis is uitgesproken door de kantonrechter mr. W.H. van Empel op 4 juli 2017, en is openbaar gemaakt op dezelfde datum.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 5914809 \ VV EXPL 17-70 \ 474 \ 450
uitspraak van 4 juli 2017
vonnis in kort geding
in de zaak van
[eisende partij]
wonende te [woonplaats]
eisende partij
gemachtigde [naam gemachtigde]
tegen
de vereniging [VvE]
gevestigd te [vestigingsplaats]
gedaagde partij
gemachtigde mr. N.L.J.M. Rijssenbeek
Partijen worden hierna [eisende partij] en de VvE genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis d.d. 31 mei 2017
- de akte van de gemachtigde van de VvE d.d. 7 juni 2016.
1.2.
Ten slotte is op heden vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling van het geschil

2.1.
Volhard wordt bij hetgeen bij tussenvonnis van 31 mei 2017 is overwogen en beslist.
2.2.
Uit het door de VvE bij akte van 7 juni 2017 in het geding gebrachte afschrift van de brief van 7 juni 2017 blijkt dat de VvE, onder verwijzing naar het tussenvonnis van 31 mei 2017, de namen- en adressenlijst van de leden van de VvE aan de gemachtigde van [eisende partij] heeft toegezonden. Gelet daarop, hoeft op vorderingen als geformuleerd onder a en b van de inleidende dagvaarding niet te worden beslist.
2.3.
Ten aanzien van de gevorderde kostenveroordeling wordt als volgt overwogen.
Nu de VvE eerst na het in dit kort geding gewezen tussenvonnis is overgegaan tot afgifte
c.q. toezending aan [eisende partij] van de namen- en adressenlijst van de VvE, bestaat aanleiding de VvE te veroordelen in de proceskosten. De gevorderde nakosten zullen eveneens worden toegewezen. De nakosten zullen worden begroot op een bedrag van € 100,- zijnde een half punt van het toe te wijzen salaris van de gemachtigde met een maximum van € 100,00, te vermeerderen met de explootkosten van betekening van dit vonnis, indien die betekening heeft plaatsgevonden.

3.De beslissing

De kantonrechter
rechtdoende als voorzieningenrechter
3.1.
veroordeelt de VvE in de proceskosten tot aan deze uitspraak aan de zijde van [eisende partij] begroot op € 97,31 kosten dagvaarding, € 78,- griffierecht en € 400,- salaris gemachtigde te vermeerderen met de nakosten ten bedrage van € 100,- en met de explootkosten van betekening van dit vonnis, indien die betekening heeft plaatsgevonden;
3.2.
verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. W.H. van Empel en in het openbaar uitgesproken op 4 juli 2017.