ECLI:NL:RBGEL:2017:6039
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking van de verklaring van betrouwbaarheid van een alarminstallateur door de korpschef van politie
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 22 november 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een alarminstallateur, en de korpschef van politie, eenheid Oost-Nederland. De korpschef heeft op 30 januari 2017 de aan eiser verleende verklaring van betrouwbaarheid, die op 16 april 2016 was afgegeven, ingetrokken. Deze intrekking was gebaseerd op strafbare feiten die eiser had gepleegd, waaronder rijden onder invloed en overtredingen van de Opiumwet. Eiser heeft tegen deze intrekking beroep ingesteld, waarbij hij aanvoerde dat hij al genoeg was gestraft en dat de strafbare feiten niet samenhangen met zijn werk.
De rechtbank heeft overwogen dat de korpschef beoordelingsvrijheid heeft bij de beoordeling van de betrouwbaarheid van personen in de beveiligingsbranche. De rechtbank heeft vastgesteld dat de korpschef voldoende heeft onderbouwd dat eiser niet voldeed aan de vereiste mate van betrouwbaarheid. De rechtbank heeft daarbij de ernst van de gepleegde strafbare feiten in aanmerking genomen en geconcludeerd dat het algemeen belang van voldoende betrouwbaarheid in de beveiligingsbranche zwaarder weegt dan de belangen van eiser. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak benadrukt de hoge eisen die aan de betrouwbaarheid van medewerkers in de beveiligingssector worden gesteld en de ruimte voor de korpschef om een belangenafweging te maken bij de intrekking van een verklaring van betrouwbaarheid.