ECLI:NL:RBGEL:2017:6443
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.H. van Empel
- Rechtspraak.nl
Verzoek om handlichting voor zelfstandig uitoefenen van een bedrijf door minderjarige
In deze zaak heeft Arnaud Eduard Spoor, geboren op 23 maart 2000, een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank Gelderland, team kanton en handelsrecht, met het doel handlichting te verkrijgen als bedoeld in artikel 1:235 BW. Het verzoekschrift is op 15 november 2017 ingekomen en de mondelinge behandeling vond plaats op 11 december 2017. Tijdens de zitting was Spoor aanwezig, samen met zijn ouders, en heeft hij de kantonrechter van de nodige informatie voorzien. De beschikking is op 13 december 2017 gegeven.
Spoor wenst de bevoegdheden van een meerderjarige te verwerven om zelfstandig een bedrijf te kunnen uitoefenen. Hij heeft de intentie om een eenmanszaak op te richten, zich in te schrijven bij de Kamer van Koophandel, goederen te importeren en exporteren, en entertainmentdiensten te leveren in de artiestenbranche. Aanvankelijk vroeg hij om overeenkomsten te kunnen aangaan tot een bedrag van € 100.000,00, maar dit bedrag is ter zitting verlaagd naar € 50.000,00. De wettelijke vertegenwoordigers van Spoor hebben ingestemd met zijn verzoek.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat Spoor inmiddels 17 jaar oud is en dat zijn ouders instemmen met het verzoek. Gezien artikel 1:235 BW en het feit dat Spoor binnenkort meerderjarig zal zijn, heeft de kantonrechter besloten het verzoek in te willigen. Tevens is er een beslissing genomen over de publicatieplicht van de handlichting. De kantonrechter oordeelt dat publicatie op internet een breder bereik heeft dan de traditionele publicatie in de Staatscourant en heeft bepaald dat de beschikking op www.rechtspraak.nl gepubliceerd zal worden, met de verplichting voor Spoor om dit ook in het dagblad "De Gelderlander" bekend te maken.
De beschikking verleent aan Spoor handlichting voor het zelfstandig uitoefenen van een bedrijf, met specifieke bevoegdheden en voorwaarden, en is openbaar uitgesproken op 13 december 2017 door de kantonrechter W.H. van Empel.