In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 19 december 2017 uitspraak gedaan in een geschil over de herbouw van een tussenwoning die door brand verloren is gegaan. De vergunninghouder, een derde partij, had een omgevingsvergunning verkregen van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal voor de bouw van een nieuw woonhuis op het perceel. De verzoeker, die in de aangrenzende woning woont, heeft bezwaar gemaakt tegen deze vergunning en verzocht om een voorlopige voorziening. Hij stelt dat de herbouw moet voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit 2012, wat inhoudt dat de muur tussen de woningen moet voldoen aan de huidige geluidsweringseisen. De verweerder daarentegen is van mening dat de oude eisen, die golden ten tijde van de oorspronkelijke bouw in de jaren '60, van toepassing zijn.
Tijdens de zitting op 7 december 2017 is de zaak behandeld. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de houten delen van de woning door de brand verloren zijn gegaan, maar dat de stenen muurtjes en de fundering intact zijn gebleven. Dit leidt tot de conclusie dat er sprake is van een gedeeltelijke vernieuwing van de woning, waardoor de oude eisen voor geluidswering van toepassing zijn. De voorzieningenrechter oordeelt dat de verweerder terecht de omgevingsvergunning heeft verleend op basis van deze oude eisen en dat het beroep van de verzoeker ongegrond is. Aangezien er op het beroep is beslist, is het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig en wordt dit afgewezen. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien om de verweerder in de proceskosten te veroordelen.