In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 19 oktober 2017 een beschikking gegeven in het kader van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz). De officier van justitie had op 5 oktober 2017 een verzoek ingediend voor een voorlopige machtiging om de betrokkene, verblijvende in een zorgcentrum te Geldermalsen, in een psychiatrisch ziekenhuis te doen verblijven. De rechtbank heeft de betrokkene, zijn advocaat mr. W.A.M. Maatman-Abarbanel, de behandelend specialist ouderen geneeskunde en een verpleegkundige gehoord.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een stoornis van de geestvermogens, die gevaar voor zichzelf en anderen kan opleveren. De betrokkene vertoonde verzet tegen het verblijf in de instelling en had suïcidale uitspraken gedaan. De rechtbank concludeerde dat de betrokkene 24-uurs zorg nodig heeft en dat alternatieven voor opname in een verpleeginrichting niet meer mogelijk zijn. De situatie thuis was onhoudbaar en de betrokkene was niet in staat om voor zichzelf te zorgen.
De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de voorlopige machtiging te verlenen voor een periode van zes maanden, om ervoor te zorgen dat de betrokkene de noodzakelijke zorg en veiligheid kan krijgen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. I. de Waal-van Wessem, met J.C.A. Vermeulen als griffier.