ECLI:NL:RBGEL:2018:3034

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
9 juli 2018
Publicatiedatum
10 juli 2018
Zaaknummer
05/740036-18
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verspreiden en in bezit hebben van kinderporno

Op 9 juli 2018 heeft de Rechtbank Gelderland in Zutphen uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het verspreiden en in bezit hebben van kinderporno. De verdachte, geboren in 1981 en thans gedetineerd, had in de periode van 1 januari 2010 tot 16 januari 2018 een grote hoeveelheid kinderpornografisch materiaal verworven en in zijn bezit gehad. Dit materiaal was opgeslagen op verschillende gegevensdragers, waaronder computers en smartphones. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het aanbieden en verspreiden van dit materiaal, wat hij ook heeft bekend. De officier van justitie stelde dat de verdachte een gewoonte had gemaakt van het misdrijf, wat door de rechtbank werd bevestigd. De verdediging voerde aan dat niet bewezen kon worden dat de verdachte het materiaal had verspreid, maar de rechtbank oordeelde dat de verklaring van de verdachte en andere bewijsmiddelen voldoende waren om tot een veroordeling te komen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor reclassering en toezicht. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, en dat het bezit van kinderporno bijdraagt aan de productie en het misbruik van kinderen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 05/740036-18
Datum uitspraak : 9 juli 2018
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1981 te [geboorteplaats] , wonende te [adres]
thans gedetineerd te PI Flevoland - HvB Almere Binnen te Almere
raadsvrouw: mr. H.M. Terpstra, advocaat te Leeuwarden.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 25 juni 2018.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering aanpassing tenlastelegging, ten laste gelegd dat
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot 16 januari 2018 te [plaatsnaam] , gemeente [naam gemeente 1] en/of in de gemeente [naam gemeente 2] , in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal
telkens
een (grote) hoeveelheid afbeeldingen, - en/of zestien, althans één of meer, gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten foto’s en/of films/video’s en/of (een) gegevensdrager(s): één of meer computer(s) en/of één of meer smartphone(s) en/of één of meer usb stick(s) en/of één of meer geheugenkaart(en) en/of één of meer harddisk(s) -
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft
verspreid,
aangeboden,
verworven,
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven -
(onder meer) bestonden uit:
het met de/een penis, vinger(s)/hand(en), voorwerp(en) en/of mond/tong oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een voorwerp(en) anaal penetreren van het lichaam bij zichzelf door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 2]
en/of
het met de/een penis en/of vinger(s)/hand(en) betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of
borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger(s)/hand(en) en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger(s)/hand(en) en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel bij zichzelf door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 3]
en/of
het door een dier oraal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het door een dier likken, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 4]
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(bestandnaam: [bestandsnaam 5]
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is,
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(bestandnaam: [bestandsnaam 6]
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
De feiten
Op grond van de bewijsmiddelen wordt het volgende, dat verder ook niet ter discussie staat, vastgesteld.
Verdachte heeft in de periode van 1 januari 2010 tot 16 januari 2018 te [plaatsnaam] , gemeente [naam gemeente 1] en in de gemeente [naam gemeente 2] een grote hoeveelheid afbeeldingen en filmpjes verworven en in zijn bezit gehad. De afbeeldingen en filmpjes stonden op verschillende gegevensdragers, te weten, een computer, meerdere telefoons, meerdere usb sticks, meerdere geheugenkaarten en meerdere harddisks. Verdachte heeft zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang verschaft. [2] De zedenrechercheur heeft een grote hoeveelheid van deze afbeeldingen en filmpjes als kinderpornografisch aangemerkt. [3]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het aan verdachte tenlastegelegde, inclusief de strafverzwarende omstandigheid dat verdachte – gezien de tijdsduur en de hoeveelheid bestanden – een gewoonte heeft gemaakt van het misdrijf, kan worden bewezen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft zich gerefereerd ten aanzien van het in bezit hebben, de toegang verschaffen, de beschreven bestanden alsmede de strafverzwarende omstandigheid van een gewoonte maken, aan het oordeel van de rechtbank. Voor wat betreft het verspreiden en aanbieden heeft zij zich op het standpunt gesteld dat verdachte hiervoor partieel dient te worden vrijgesproken. De tenlastelegging bevat een beschrijving van vijf aangetroffen bestanden die als kinderporno gekwalificeerd kunnen worden. Op basis van het dossier kan de verdediging niet vaststellen dat de betreffende bestanden dan wel één van deze bestanden daadwerkelijk door verdachte zijn aangeboden of verspreid.
Beoordeling door de rechtbank
Bij de politie heeft verdachte verklaard dat hij wel eens wat kinderporno heeft gedeeld, via de e-mail met mensen waarmee hij in contact was gekomen. Via advertenties kwam verdachte in contact met anderen. Dan werd verdachte wel eens wat gestuurd en verdachte stuurde dan wel eens wat terug. [4]
Gelet op het voorgaande staat voor de rechtbank vast dat verdachte een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes op verschillende gegevensdragers heeft verworven en in bezit heeft gehad. Daarnaast heeft verdachte bekend dat hij kinderpornografisch materiaal heeft aangeboden en verspreid.
Voor wat betreft het verweer van de raadsvrouw van verdachte merkt de rechtbank het volgende op. In de tenlastelegging zijn een vijftal afbeeldingen beschreven die representatief zijn voor het bij verdachte aangetroffen kinderpornografisch materiaal. Deze wijze van tenlastelegging is conform de uitgangspunten die de Hoge Raad heeft geformuleerd voor het voorhanden hebben van grote hoeveelheden kinderporno (zie bijvoorbeeld ECLI:NL:HR:2017:3124). Naar het oordeel van de rechtbank ziet de exacte beschrijving van de representatieve afbeeldingen op de vraag of bewezen kan worden dat de afbeeldingen kinderpornografisch zijn. De vraag of verdachte kinderpornografisch materiaal heeft aangeboden en/of verspreid kan volgen uit de verklaring van verdachte en andere bewijsmiddelen, maar hoeft naar het oordeel van de rechtbank niet te worden bewezen ten aanzien van de specifiek in de tenlastelegging opgenomen afbeeldingen.
Op basis van de bekennende verklaring van verdachte en de aangetroffen chatberichten [5] in het dossier kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het aanbieden en verspreiden van kinderpornografisch materiaal.
Gewoonte maken
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van de periode en de schaal waarop dit verzamelen van het kinderpornografische materiaal heeft plaatsgevonden, is de rechtbank tevens van oordeel dat verdachte van dit strafbare handelen een gewoonte heeft gemaakt.

3.Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
één of meertijdstippen in
of omstreeksde periode van 1 januari 2010 tot 16 januari 2018 te [plaatsnaam] , gemeente [naam gemeente 1] en
/ofin de gemeente [naam gemeente 2] ,
in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal
telkens
een (grote) hoeveelheid afbeeldingen,
-
en/ofzestien,
althans één of meer,gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten foto’s en
/offilms/video’s
en/of (een)gegevensdrager
(s
): één
of meercomputer
(s)en
/of één ofmeer smartphone
(s
)en
/of één ofmeer usb stick
(s
)en
/of één ofmeer geheugenkaart
(en
)en
/of één ofmeer harddisk
(s
)-
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft
verspreid,
aangeboden,
verworven,
in bezit gehad en
/ofzich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en
/ofmet gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven -
(onder meer) bestonden uit:
het met de/een penis, vinger(s)/hand(en), voorwerp(en) en/of mond/tong oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een voorwerp(en) anaal penetreren van het lichaam bij zichzelf door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 1] en/of [bestandsnaam 2]
en/of
het met de/een penis en/of vinger(s)/hand(en) betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of
borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger(s)/hand(en) en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger(s)/hand(en) en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel bij zichzelf door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 3]
en/of
het door een dier oraal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het door een dier likken, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandnaam: [bestandsnaam 4]
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(bestandnaam: [bestandsnaam 5]
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is,
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(bestandnaam: [bestandsnaam 6]
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden, aanbieden, verwerven, in bezit hebben of zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar met de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering zijn voorgesteld met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De voorwaarden dienen dadelijk uitvoerbaar te worden verklaard.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw van verdachte heeft verzocht om verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 175 dagen onvoorwaardelijk, een fors voorwaardelijk deel waarbij zij zich ten aanzien van de duur aan het oordeel van de rechtbank heeft gerefereerd, een maximale proeftijd van 3 jaar met en de door reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden en daarnaast een maximale taakstraf.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, waarbij onder meer is gelet op:
- het uittreksel uit het algemeen documentatieregister, gedateerd 15 maart 2018;
- een voorlichtingsrapport van het Leger des Heils, gedateerd 21 juni 2018;
- een deeladvies EC van het Leger des Heils, gedateerd 7 juni 2018;- een Pro Justitia rapport, psychiatrisch onderzoek van [naam 1] , psychiater/psychoanalyticus, gedateerd 13 april 2018;
- een Pro Justitia rapport, neuropsychologisch onderzoek van [naam 2] , GZ-psycholoog BIG, gedateerd 25 april 2018;
- een Pro Justitia rapport, psychologisch onderzoek van [naam 2] , GZ-psycholoog BIG, gedateerd 25 april 2018.
De rechtbank overweegt in het bijzonder het volgende.
Verdachte heeft een enorme hoeveelheid kinderpornografische foto’s en filmpjes verworven en in zijn bezit gehad. Een aantal hiervan heeft hij ook gedeeld met anderen.
Het betreft onder meer afbeeldingen van nog heel jonge slachtoffers, die soms ingrijpende seksuele handelingen verrichten of moeten ondergaan. Het is een feit van algemene bekendheid dat kinderen die worden geslachtofferd ten behoeve van de productie van kinderpornografie nog jarenlang, zo niet hun verdere leven, psychische en lichamelijke gevolgen ondervinden van het seksueel misbruik en de daarmee gepaard gaande vernederingen. De strekking van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht is het tegengaan van seksueel misbruik en exploitatie van kinderen. Centraal hierin staat de bescherming van de (afgebeelde) jeugdigen. Gelet op de misbruik van kinderen moeten niet alleen de productie en handel ervan, maar ook het bezit van kinderporno krachtig worden bestreden. De vraag naar en het bezit van kinderpornografie draagt immers bij aan de productie ervan en daarmee dus ook aan het misbruik van die kinderen. Ook blijven beelden vaak jarenlang circuleren op het internet, waardoor de slachtoffers lange tijd nadien nog met het misbruik kunnen worden geconfronteerd.
De rechtbank neemt voorts in overweging dat het verzamelen van deze kinderpornografische afbeeldingen niet uit vrije wil door verdachte is gestaakt, maar pas is gestopt na melding door een oplettende systeembeheerder en ingrijpen door de politie.
De rechtbank neemt als strafverzwarende factor in overweging dat verdachte zich gedurende een zeer lange periode (8 jaar) heeft beziggehouden met het zoeken, downloaden, opslaan en verspreiden van kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes.
Blijkens het uittreksel uit het justitiële documentatieregister van verdachte gedateerd 15 maart 2018 is verdachte niet eerder met justitie in aanraking geweest voor het plegen van dit soort of andersoortige feiten.
Uit het rapport van het Leger des Heils van 21 juni 2018 komt naar voren dat verdachte schuld erkent en spijt heeft en de wens heeft geuit om te veranderen met behulp van de reclassering. Hij voelt zich schuldig naar zijn vriendin toe, in de zin dat zij hem nu moet missen, slecht in staat is om alleen het gezin te draaien zonder zijn hulp en ongewild bij deze zaak is betrokken. Schuld over het strafbare feit op zich, los van het besef dat het niet ‘mag’, hoort de reclassering niet, of niet doorleefd terug in het contact. Het terugleggen van de verantwoordelijkheid bij verdachte zelf lijkt lastig te accepteren voor hem en hem ook te frustreren. De verklaringen die verdachte zelf geeft voor zijn delictgedrag liggen in zijn beleving vooral buiten hem zelf, in de omstandigheden van een slecht eerder huwelijk, een destijds onvervulde kinderwens, benauwende regels vanuit de geloofsgemeenschap en het pesten in zijn jeugd, waaruit de seks in verschillende vormen hem een uitweg bood. Alternatieve wegen om onder deze problemen uit te komen (relatietherapie, behandeling, overstappen naar een ‘lossere’ tak binnen het geloof), kwamen deels wel in hem op, maar hij slaagde er niet in om deze alternatieven in gang te zetten en aan zichzelf te gaan werken en zijn als ‘slecht’ ervaren gedrag te stoppen. Voor de reclassering gaf dit aanleiding om nader onderzoek in te willen stellen om de onderliggende factoren bij het ontstaan en in stand houden van zijn delictgedrag nader te kunnen duiden. Het Pro Justitia- onderzoek bracht echter geen concrete uitspraken over eventuele . seksuele- of persoonlijkheidsproblematiek, hetgeen door de reclassering wordt betreurd. Door verdachte lijkt dit onderzoek vooral geïnterpreteerd te worden als bewijs dat er geen persoonlijkheidsproblemen zijn en hij vooral aan de slag moet gaan met zijn eigen ervaren trauma als gevolg van het pesten. Voor de reclassering betekenen de uitkomsten van het onderzoek vooral dat er na een veroordeling opnieuw bekeken moet worden waar het delictgedrag vandaan komt en welke risico’s er al dan niet spelen, opdat hier passende interventies op ingezet kunnen worden. Dit moet vooraf gaan aan terugkeer van verdachte naar het gezin van zijn vriendin, omdat de reclassering in dezen de kinderen van zijn vriendin als indirecte slachtoffers beschouwt van het delictgedrag die bescherming verdienen. Voor alle betrokkenen, ook verdachte zelf, is het van groot belang dat er nu eerst rust, stabiliteit en duidelijkheid ontstaat, alvorens gebouwd kan worden aan een toekomst. Een reclasseringstraject met bijzondere voorwaarden zou hieraan in optiek van de rapporteur in belangrijke mate kunnen bijdragen.
Door zowel de psycholoog als de psychiater is gerapporteerd dat er geen stoornis is vastgesteld en dat er geen uitspraak kon worden gedaan over de toerekeningsvatbaarheid van verdachte. Uit het neuropsychologisch onderzoek is naar voren gekomen dat er geen aanwijzingen bestaan voor cognitieve functiestoornissen. Dit was ook het geval ten tijde van het ten laste gelegde.
Rekening houdend met de ernst van de feiten is een gevangenisstraf van langere duur passend. Daarbij heeft de rechtbank rekening gehouden met de strafverzwarende grond gewoonte maken, de hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes die zijn aangetroffen, waarvan verdachte ook nog een deel heeft verspreid en de schade die verdachte met zijn handelen de maatschappij heeft toegebracht. Ten slotte heeft de rechtbank rekening gehouden met de jonge leeftijd van (sommige) slachtoffers en de lange periode dat verdachte het kinderpornografisch materiaal heeft verzameld. Daarbij heeft de rechtbank ook acht geslagen op de LOVS-oriëntatiepunten. Daarnaast is ook een behandeling van verdachte wenselijk en noodzakelijk. De rechtbank is daarom van oordeel dat voor de afdoening van onderhavige zaak, naast een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, ook een deels voorwaardelijke gevangenisstraf passend is. Aan deze voorwaardelijke gevangenisstraf worden de bijzondere voorwaarden verbonden, zoals door de reclassering is geadviseerd. De proeftijd zal op drie jaar worden gesteld.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d en 240b van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder punt 4;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
 bepaalt, dat een gedeelte van de gevangenisstraf groot
8 (acht) maanden,
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, wegens niet nakoming van na te melden voorwaarde(n) voor het einde van de proeftijd die op drie jaren wordt bepaald;
 stelt de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde daarvan niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- zijn medewerking zal verlenen aan het door de Reclassering Nederland te houden toezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
 stelt de bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich uiterlijk binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd zal melden bij de reclassering van het Leger des Heils op het adres Zeehaenkade 30 te Utrecht en zich gedurende de proeftijd zal blijven melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt om het reclasseringstoezicht uit te voeren;
- zich gedurende de proeftijd onder behandeling zal stellen van De Waag of een soortgelijk zorgverlener, te bepalen door de reclassering, op de tijden en plaatsen als door of namens die zorginstelling/deskundige aan te geven, zich zal houden aan de huisregels en de aanwijzingen die worden gegeven door die zorgverlener voor de behandeling, ook als dit inhoudt het innemen van medicijnen, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd niet zal bevinden in het dorp [plaatsnaam] , zolang de reclassering dit noodzakelijk acht, waarbij de veroordeelde zich onder elektronisch toezicht zal stellen ter nakoming van deze bijzondere voorwaarde;
- zich gedurende de proeftijd op welke wijze dan ook zal onthouden van het seksueel getint communiceren met minderjarigen, het gedrag dat is gericht op in een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen en het gedrag dat is gericht op in een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd. Veroordeelde zal tijdens gesprekken met de reclassering bespreken hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. Veroordeelde zal meewerken aan toezicht en controles van computers, digitale gegevensdragers en andere apparatuur tijdens huisbezoeken;
- zich gedurende de proeftijd zal houden aan de afspraken die gemaakt worden en zijn in het Veiligheidsplan betreffende het gezin van zijn vriendin (o.a. omgangsafspraken met de kinderen) in samenwerking met betrokken instanties, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
 geeft opdracht aan de Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarde(n) en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden (artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht).
 beveelt dat de op grond van artikel 14c gestelde voorwaarden en het op grond van
artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn.
 beveelt dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. C. Kleinrensink (voorzitter), mr. C.H.M. Pastoors en mr. M.J.M. Krabbe, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Verhagen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 9 juli 2018.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van team Zeden, opgemaakte proces-verbaal, onderzoek [naam 3] , onderzoeksnummer DHRBD18002, gesloten op 23 maart 2018 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 25 juni 2015, het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal 2, p. 431 e.v. alsmede het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal, p. 455 e.v.
3.Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal 2, p. 431 e.v. alsmede het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal, p. 455 e.v.
4.Het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] , p. 604 en 605.
5.Het proces-verbaal van bevindingen, onderzoek telefoon verdachte [verdachte] , versturen van materiaal, p. 197 e.v. inclusief bijlagen.