ECLI:NL:RBGEL:2018:5210
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van subsidieaanvraag voor innovatieproject en verantwoording van kosten en urenregistratie
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 6 december 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. F. Postma, en het college van gedeputeerde staten van Gelderland. Eiseres had een subsidie aangevraagd uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) voor een innovatieproject gericht op de ontwikkeling van een duurzame vloeistofcontainer. De subsidie was oorspronkelijk vastgesteld op maximaal € 687.243, maar werd door verweerder op nihil gesteld omdat eiseres niet voldeed aan de subsidievoorwaarden. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres geen sluitende en inzichtelijke urenregistratie had overgelegd, noch een verantwoording van de kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen. Eiseres had weliswaar nadere stukken overgelegd, maar de accountant bevestigde dat de eerdere bevindingen overeind bleven. De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht de subsidie op nihil had vastgesteld op grond van artikel 4:46, tweede lid, aanhef en onder b van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.