Uitspraak
[veroordeelde](hierna te noemen: veroordeelde),
1.De inhoud van de vordering
2.De procedure
3.Het onderzoek ter terechtzitting
4.De beoordeling van de vordering
- Naar het oordeel van de rechtbank is het aannemelijk dat medeveroordeelde [medeveroordeelde] leningen heeft afgesloten bij zes personen voor een totaalbedrag van € 130.000,-;
- Uit gegevens van de Belastingdienst
- Zowel de officier van justitie als de verdediging concluderen dat [medeveroordeelde] voor de B & O apparatuur geen € 34.810,- heeft betaald maar € 4000,-. De rechtbank is het met die conclusies eens. Dit betekent dat een bedrag van € 30.810,- wordt afgetrokken van de contante uitgaven.
- In het rapport van [naam 2] van de Belastingdienst is geconcludeerd dat veroordeelde en haar medeveroordeelde maximaal € 47.228,26 privébestedingen hebben kunnen doen met gelden vanuit de onderneming [naam 3] van veroordeelde. Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat dit bedrag dient te worden afgetrokken van het verschil tussen legale inkomsten en contante uitgaven. De rechtbank zal het bedrag afronden naar € 47.228,-.
- Ten aanzien van de hotelkosten van [medeveroordeelde] in Spanje zal de rechtbank uitgaan van het rapport van de Spaanse autoriteiten waarin de hotelovernachtingen van [medeveroordeelde] staan gedocumenteerd, en van de laagste prijzen die volgens internet voor deze hotels van toepassing zijn.
5.De toegepaste wettelijke bepalingen
6.De beslissing
€ 152.242,-
€ 152.242,-