ECLI:NL:RBGEL:2018:900
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- R.J. Jue
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in verband met onvoldoende beoordeling van examen Jaarrekeninglezen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 26 februari 2018 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoeker, een advocaat-stagiair, had bezwaar gemaakt tegen de beoordeling van zijn examen Jaarrekeninglezen, dat door de Examencommissie als onvoldoende was beoordeeld. Verzoeker vreesde dat hij met ingang van 28 februari 2018 van het tableau zou worden geschrapt, omdat dit de derde en laatste keer was dat hij de toets mocht afleggen. Hij verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen zodat hij niet zou worden geschrapt.
Tijdens de zitting op 22 februari 2018 is gebleken dat verzoeker niet alleen het vak Jaarrekeninglezen niet had gehaald, maar ook het vak Burgerlijk Recht. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen sprake was van 'onverwijlde spoed' die een voorlopige voorziening rechtvaardigde, aangezien de beslissing tot schrapping niet door verweerder, maar door de Orde van Advocaten wordt genomen. Bovendien kan verzoeker zijn zienswijze indienen tegen een voornemen tot schrapping. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.
De voorzieningenrechter benadrukte dat zijn oordeel voorlopig is en de rechtbank niet bindt in de hoofdzaak. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.