ECLI:NL:RBGEL:2019:1979
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van beroep wegens termijnoverschrijding in verkeerssanctiezaak
In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland, zitting houdende in Arnhem, op 19 april 2019 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeerssanctie. De officier van justitie had het beroep van betrokkene niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding. Betrokkene stelde dat hij op 10 januari 2018 digitaal beroep had ingesteld, maar kon niet aantonen dat hij het beroepschrift daadwerkelijk had ingediend. De rechtbank oordeelde dat uit de overgelegde gegevens bleek dat betrokkene niet op de knop 'versturen' had gedrukt in het digitale systeem van de CVOM. Hierdoor werd het beroepschrift van 16 mei 2018, dat na de termijn was ontvangen, als het enige geldige beroepschrift beschouwd. De rechtbank benadrukte dat een niet-ontvankelijkheidsverklaring alleen kan worden achterwege gelaten als de termijnoverschrijding niet aan de indiener kan worden toegerekend of als er bijzondere omstandigheden zijn die de overschrijding verschoonbaar maken. Aangezien betrokkene geen feiten of omstandigheden had aangedragen die deze verschoonbaarheid konden onderbouwen, verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond. De beslissing werd gegeven door kantonrechter mr. W.P.C.G. Derksen en in het openbaar uitgesproken op dezelfde datum.