In deze zaak heeft eiseres, een bewoner van een perceel, verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente West Betuwe, verzocht om handhavend op te treden tegen activiteiten op het aangrenzende perceel van de derde-partij. Eiseres betoogde dat verweerder ten onrechte alleen tegen de aanwezige fruitkisten had opgetreden en niet tegen andere overtredingen, zoals de aanwezigheid van boomstammen en een onvergund pad. De rechtbank oordeelde dat het beroep van eiseres gegrond was, omdat er ten tijde van het bestreden besluit geen concreet zicht op legalisatie bestond voor de spuitzone, en verweerder het verzoek om handhaving op dat punt niet had mogen afwijzen. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om opnieuw te beslissen over het verzoek om handhaving met betrekking tot de spuitzone.
Het proces begon met een verzoek van eiseres in september 2017 om handhaving tegen de derde-partij, die meerdere overtredingen had gepleegd. Verweerder had een last onder dwangsom opgelegd aan de derde-partij, maar had in het bestreden besluit de handhaving enkel gericht op de fruitkisten. De rechtbank concludeerde dat de controle van verweerder op 5 september 2018 aantoonde dat de fruitkisten nog aanwezig waren, maar dat de boomstammen niet meer op het perceel lagen. Eiseres had geen bewijs geleverd dat de boomstammen nog aanwezig waren ten tijde van het bestreden besluit.
De rechtbank oordeelde verder dat verweerder ten onrechte had afgezien van handhaving met betrekking tot de spuitzone, omdat er geen zicht op legalisatie was. De rechtbank vernietigde het besluit van verweerder en gaf aan dat er opnieuw een beslissing op bezwaar moest worden genomen. Eiseres had ook geklaagd over wateroverlast, maar dit viel buiten de scope van de handhaving. De rechtbank concludeerde dat de begunstigingstermijn voor de fruitkisten niet onredelijk was en dat de overige gronden van eiseres niet konden worden behandeld in deze procedure. De uitspraak werd gedaan door mr. drs. M.S.T. Belt, rechter, en de griffier was mr. M.H. Dijkman.