ECLI:NL:RBGEL:2020:2648
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake sluiting woning op basis van artikel 13b Opiumwet
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, gedateerd 20 mei 2020, wordt een verzoek om voorlopige voorziening behandeld. Verzoeker, wonende in de gemeente Rheden, heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van de burgemeester om zijn woning voor de duur van één maand te sluiten op basis van artikel 13b van de Opiumwet. Dit besluit volgde na twee doorzoekingen van de woning, waarbij onder andere 70 gram wiet en 16 pillen die positief testten op MDMA werden aangetroffen. De burgemeester heeft in zijn besluit rekening gehouden met de aanwezigheid van minderjarige kinderen in de woning, maar oordeelt dat de sluiting noodzakelijk is voor de openbare orde en het woon- en leefklimaat.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om schorsing van het besluit afgewezen, omdat het bezwaar van verzoeker geen redelijke kans van slagen heeft. De rechter oordeelt dat de burgemeester terecht heeft aangenomen dat de aangetroffen middelen onder de Opiumwet vallen en dat de sluiting van de woning past binnen het beleid van de burgemeester. De voorzieningenrechter benadrukt dat de sluiting evenredig is, gezien de ernst van de overtredingen en de betrokken belangen, waaronder die van de minderjarige kinderen. De burgemeester heeft voldoende maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat de kinderen niet op straat komen te staan, en de sluiting is daarom gerechtvaardigd.
De uitspraak concludeert dat de burgemeester in redelijkheid tot zijn besluit heeft kunnen komen en dat de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afwijst. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.