Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
[gedaagde sub 2],
[gedaagde sub 3],
[gedaagde sub 4],
[gedaagde sub 5],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 1 april 2020
- de tussenconclusie na eerste deskundigenonderzoek, tevens houdende wijziging van eis en incidentele vordering ex art. 843a Rv van Ventilex B.V.
- de conclusie van antwoord na deskundigenbericht, tevens van antwoord in het incident van Tema Process BV c.s.
onvoldoende”. Het viel echter niet uit te sluiten dat dit bewijs wel zou kunnen worden gevonden in materiaal (bestanden) waarop door Ventilex B.V., in maart 2010, bewijsbeslag is gelegd.
noodgedwongen” is uitgegaan van een aantal aannames ten aanzien van de door haar geleden schade. Ventilex B.V. onderkent derhalve dat wat zij bij dagvaarding heeft gesteld over de schade en, naar de rechtbank aanneemt, de relatie met de door Tema Process BV c.s. gepleegde onrechtmatige daden, onvoldoende was. Door Ventilex B.V. is dat toegeschreven aan de halsstarrige weigering van Tema Process BV c.s. om mee te werken aan het onderzoek van het in beslag genomen bewijsmateriaal.
het selecteren van bewijsmateriaal dat voldoet aan de omschrijving:
tenminste 13 offertes aan Ventilex contacten” en stelt zij dat het spoor 1 onderzoek heeft opgeleverd dat “
Tema al in deze eerste periode van 6 weken (…) zich actief en regelmatig heeft gewend tot Ventilex-klanten, en een groot aantal offertes aan Ventilex klanten heeft uitgebracht” maar zij specificeert haar stellingen nauwelijks. Wel geeft Ventilex B.V., bij nr. 69 in haar laatste conclusie, een opsomming van de 13 bedoelde offertes. Door Tema Process BV c.s. is echter gesteld en aangetoond (vanaf nr. 54 in haar laatste conclusie) dat deze offertes vallen binnen de groep van 16 offertes waarover het Hof reeds heeft geoordeeld dat Tema Process BV c.s. terzake niet onrechtmatig heeft gehandeld. Gesteld noch gebleken is dat wat betreft deze offertes het onderzoek door de deskundigen nieuwe informatie heeft opgeleverd die maakt dat de beslissing van het Hof berust op een onjuiste juridische of feitelijke grondslag. De rechtbank ziet dan ook geen reden om wat betreft de door Ventilex B.V. genoemde offertes nog in te gaan op vragen van causaal verband en/of schade.
De causaliteit zal in de juridische onderbouwing aan de orde komen en vormt geen onderdeel van onderhavig rapport”. Ook het Wingman 3 rapport kan derhalve slechts dienen ter onderbouwing van de vordering van Ventilex B.V. voor zover in deze procedure die causale relatie kan worden vastgesteld.
- het feit dat [gedaagde sub 2] (en Tema Process) zich een USB-stick met daarop het bestand “
- het feit dat [gedaagde sub 2], met behulp van een medewerker ([naam 5]), na zijn op non-actiefstelling zijn mailbox bij Ventilex B.V. heeft geleegd en op het netwerk heeft ingelogd (overweging 3.15). In de onderhavige procedure is Ventilex B.V. op dit punt niet teruggekomen. De rechtbank gaat dan ook ervan uit dat dit onrechtmatig handelen geen rol speelt in de onderhavige procedure;
- hetzelfde geldt voor het door [gedaagde sub 2] opvragen van een lijst van afnemers van 10, door Ventilex B.V. aan Australische bedrijven verkochte drogers kennelijk met de bedoeling van Tema Process BV c.s. om daar reserve-onderdelen aan te kunnen leveren (overweging 3.16). Ook hieraan verbindt Ventilex B.V. in de onderhavige procedure geen specifieke stellingen, althans niet als zodanig herkenbaar voor de rechtbank;
- het door [gedaagde sub 3] heimelijk aan onder meer de vrouw van [gedaagde sub 2] doorzenden van, via een mol verkregen, interne bedrijfsinformatie van Ventilex B.V. (overweging 3.22 en 3.23), voor zover Tema Process BV c.s. daardoor in staat was om aan klanten offertes te sturen voor een lager bedrag dan Ventilex B.V. (overweging 3.22). Uit de overwegingen van het Hof (3.22) valt af te leiden dat het ging om de volgende interne bedrijfsinformatie: projectoverzichten, door Ventilex B.V. aan klanten verzonden orderbevestigingen en kwartaalcijfers;
- het door [gedaagde sub 4] aan [gedaagde sub 3] toezenden van door Ventilex B.V. gehanteerde tarievenlijsten, kennelijk met de bedoeling die ten voordele van Tema Process te gebruiken (3.28). Aan het eveneens onrechtmatig geachte toezenden door [gedaagde sub 4] van een tekening van een cycloon en een programma om een cycloon uit te tekenen (overwegingen 3.29 – 3.31), heeft Ventilex B.V. in de onderhavige procedure geen specifieke stellingen ter onderbouwing van schade en causaal verband verbonden zodat de rechtbank daaraan voorbij zal gaan;
- het door [gedaagde sub 5] aan [gedaagde sub 2] toesturen van een zestal, van een klant van Ventilex B.V. ([naam 2]) afkomstige berekeningen van chemische processen (3.35 en 3.36) met de bedoeling dit ten voordele van Tema Process te gaan gebruiken. Ook aan dit feit zijn door Ventilex B.V. in de onderhavige procedure geen specifieke stellingen ter onderbouwing van schade en causaal verband verbonden zodat de rechtbank daaraan voorbij zal gaan. Voor [gedaagde sub 5] betekent dit dat de vorderingen jegens hem, wegens het ontbreken van een feitelijke grondslag, zullen worden afgewezen.
in zoverre onrechtmatig geachte concurrentiestrijd met Ventilex” (laatste conclusie, nr. 59). Het Hof heeft echter niet zozeer die concurrentiestrijd onrechtmatig geacht maar slechts voor zover Tema Process BV c.s. met gebruikmaking van bij Ventilex B.V. ontvreemde informatie in staat is geweest aan klanten offertes te sturen voor een lager bedrag dan Ventilex B.V. Op dat punt heeft Ventilex B.V. met betrekking tot deze tekeningen echter niets gesteld.
[gedaagde partij] mochten immers hun kennis, kunde en ervaring wel in dienst van Tema Process gebruiken, en zij mochten voorts in beginsel ook gebruik maken van de contacten die zij in hun Ventilex-tijd hadden verworven. Ventilex moest het voorts na hun vertrek stellen zonder de expertise van [gedaagde partij] binnen haar eigen onderneming. Ook zonder onrechtmatig handelen van hun kant is het aannemelijk dat Ventilex door het gemis van haar ervaren werknemers en door de toegenomen concurrentie omzet zou missen. Daar komt dan nog bij dat Ventilex het agentennetwerk van Tema Holding, dat haar voorheen klandizie opleverde, eveneens moest missen doordat deze agenten na de oprichting van Tema Process de potentiële klanten veeleer bij Tema Process aanbrachten.” (overweging 3.54 in het arrest). Dit oordeel van het Hof brengt mee dat scherpe eisen gesteld moeten worden aan het bewijs door Ventilex B.V. van schade en causaal verband.