Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
artikel 10. Nevenactiviteiten
Ik ben eventueel bereid om een aantal van de vaste medewerkers over te nemen om jou te ontlasten en de werkgelegenheid van deze mensen te garanderen. Ik kan persoonlijk met ze in gesprek gaan om te polsen of zij eventueel over willen stappen. Dit zou voor jou dan het mogelijke risico van kosten bij ontslag kunnen wegnemen.”
Vorige week heb ik meerdere signalen gekregen waaruit blijkt dat u de intentie heeft om, samen met de twee andere medewerkers van LBB, in dienst te treden bij NL Security en van daaruit de beveiligingswerkzaamheden bij Lidl voort te zetten. Daarmee ontneemt u LBB inkomsten en handelt u onrechtmatig. Ik heb u opgeroepen voor een gesprek op maandag 20 juli jl. om mijn vermoedens met u te bespreken. Dit heeft u geweigerd, omdat u naar uw zeggen privé verplichtingen zou hebben. (…). Zaterdag 18 juli 2020 stond u ingepland als beveiliger voor de Lidl te [woonplaats]. Ik had het vermoeden dat u de ingeplande dienst toch zou uitvoeren, terwijl u op non-actief was gesteld. Om die reden heb ik een recherchebureau (…) ingeschakeld om te controleren of u daar als beveiliger aanwezig zou zijn of niet. De door mij ingeschakelde rechercheur heeft geconstateerd dat u daar als beveiliger aan het werk was. U heeft dit bewust voor LBB verzwegen. U droeg tijdens uw werkzaamheden een uniform van NL Security (…). Hiermee heeft u het in uw arbeidsovereenkomst opgenomen verbod tot het verrichten van nevenwerkzaamheden (art. 10) overtreden. In dat artikel staat vermeld dat overtreding van dit verbod kan leiden tot beëindiging van het dienstverband. Op grond van het voorgaande kan ik niet anders concluderen dan dat u zich niet als een goed werknemer hebt gedragen. U heeft door uw handelswijze bewust het verbod tot nevenactiviteiten overtreden en u heeft de op non-actiefstelling met voeten getreden. Daar komt bij dat u thans werkzaamheden verricht in dienst van althans in opdracht van NL Security, zijnde een relatie van LBB.
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
Het is de werkgever verboden om een concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst op te nemen.” .