Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 18 maart 2020
- de op verzoek van de rechtbank op 9 april 2020 ontvangen vertalingen van producties
- de van de zijde van [gedaagde] ontvangen aanvullende productie
- de van de zijde van Lenz-Kran op 9 en 15 juni 2020 ontvangen aanvullende producties
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 25 juni 2020.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
- de standaard dieplader MPL-121-26 moest zijn voorzien van een extra verlengdeel van acht meter;
- de dieplader moest zowel door een vier-assige als een drie-assige ‘trekker’ getrokken kunnen worden, en daarvoor diende deze aan specifieke EEG goedkeurings- en toelatingseisen te voldoen;
- de dieplader met verlengdeel moest door beide trekkers met éénmansbediening getrokken kunnen worden.
5.De beslissing
16 september 2020voor het nemen van een akte door beide partijen gelijktijdig waarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigenrapportage,