Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
ING), 300 euro (in een envelop van ABN-AMRO), een bruine leren portemonnee met een
[merk 3] en/of voornoemde woning,
en/of inklimming,
schreeuwen en/of te vragen, zakelijk weergegeven, ‘waar is de kluis?’, althans woorden
van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
-door op en/of over de trap(treden) op vloeibaar wasmiddel gelijkende vloeistof, althans
vloeistof, te gieten, kennelijk met de bedoeling om voornoemde [slachtoffer] de vlucht en/of
het zoeken van hulp te bemoeilijken dan wel om voornoemde [slachtoffer] ten val te brengen
bij het gebruiken van de trap,
tussen 03.00u tot en met 04.39u, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, in
een woning aan de [adres 2] , tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door
geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van
-een horloge van het merk en/of type [merk 1] ,
ING), 300 euro (in een envelop van ABN-AMRO), een bruine leren portemonnee met een
[merk 3] en/of voornoemde woning,
door:
(tegen) voornoemde [slachtoffer] :
-met fel licht in de ogen te schijnen, met de kennelijke bedoeling om hem daarmee te
schreeuwen en/of te vragen, zakelijk weergegeven, ‘waar is de kluis?’, althans woorden
van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
-door op en/of over de trap(treden) op vloeibaar wasmiddel gelijkende vloeistof, althans
vloeistof, te gieten, kennelijk met de bedoeling om voornoemde [slachtoffer] de vlucht en/of
het zoeken van hulp te bemoeilijken dan wel om voornoemde [slachtoffer] ten val te brengen
bij het gebruiken van de trap,
en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft en/of die weg te nemen
goederen onder zijn /hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking
en/of inklimming.
nietingestuurd en toen dus niet onderzocht.
In de bemonstering met SIN AAIH8570NL#07 is een DNA-mengprofiel van ten minste drie personen aangetroffen, waarvan het DNA-hoofdprofiel van aangever kan zijn en de DNA-nevenkenmerken van [medeverdachte] en ten minste één andere persoon. Dit verkregen DNA-mengprofiel is volgens het NFI aan de hand van een vergelijking van hypotheses meer dan één miljard keer waarschijnlijker wanneer (de hypothese waar is dat) de bemonstering DNA bevat van aangever, [medeverdachte] en één willekeurige onbekende persoon, dan wanneer (de hypothese waar is dat) de bemonstering DNA bevat van aangever en twee willekeurige onbekende personen.
In de bemonstering met SIN AAIH8570NL#08 is een DNA-mengprofiel van ten minste twee personen aangetroffen en een gering aantal pieken/DNA-kenmerken die kunnen duiden op de aanwezigheid van een derde persoon. Het DNA-hoofdprofiel kan van aangever zijn en de DNA-nevenkenmerken van [medeverdachte] . Dit verkregen DNA-mengprofiel is volgens het NFI aan de hand van een vergelijking van hypotheses circa 75 miljoen keer waarschijnlijker wanneer (de hypothese waar is dat) de bemonstering DNA bevat van aangever, [medeverdachte] en één willekeurige onbekende persoon, dan wanneer (de hypothese waar is dat) de bemonstering DNA bevat van aangever en twee willekeurige onbekende personen.
Uit de politiesystemen is gebleken dat [verdachte] sinds 2016 een relatie heeft met [naam 3] . [24] In 2020 hadden zij nog steeds een relatie, wat volgt uit een getapt telefoongesprek van 25 januari 2020 waarin zij tegen elkaar zeggen dat zij van elkaar houden en uit een getapt telefoongesprek van 20 februari 2020 waarin [naam 3] aan het CJIB meldt dat haar vriend [verdachte] is aangehouden. [25] Uit de GBA blijkt dat sinds 2000 op de [adres 3] , de directe woning naast de woning van aangever, onder meer [naam 4] en [naam 5] woonachtig zijn. [naam 4] is de broer van de vader van [naam 3] . [26] Op 22 maart 2016 is in de woning aan de [adres 3] veel administratie aangetroffen, gericht aan [naam 3] , met als adres vermeld [adres 3] te Harderwijk. [27] Op basis van het voorgaande stelt de rechtbank vast dat [verdachte] de vriend is over wie [medeverdachte] heeft verklaard.
3.De bewezenverklaring
of omstreeks9 oktober 2016 te Harderwijk
, althans in Nederland,omstreeks de periode tussen 03.00u tot en met 04.39u
, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd,in een woning
en/of op een besloten erf waarop een woning stond,aan de [adres 2] , alwaar verdachte zich
buiten weten oftegen de wil van de rechthebbende bevond, tezamen en in
, althans alleen,
één of meer (andere
)horloges,
(brandwerend
)kistje met daarin
2300 gulden,testamenten,
volmachten,een
ING), 300 euro (in een envelop van ABN-AMRO), een bruine leren portemonnee met een
munten/tientjes,
één of meer(reserve)sleutels, behorende bij
één of meerpersonenauto's van het merk
[merk 3] en
/ofvoornoemde woning,
/documentenmet betrekking tot
(schadevergoeding in verband met
)aandelen
een boek van [naam 2] , getiteld "Voorzorg en de Vruchten",
/of
één of meer (andere
)camera's,
geheel of ten deleaan een ander dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte
ntoebehoorden, te weten aan [slachtoffer] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
heeft/hebben verschaft en
/ofdie weg te nemen goederen onder
zijn/hun bereik
heeft/hebben gebracht door middel van braak
, verbrekingen
/ofinklimming,
/ofgevolgd van geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en
/ofom bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en
/ofandere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door (tegen) voornoemde [slachtoffer] :
en/of te desoriënteren,
tegen/op de grond te
gooien, duwen en/ofsmijten,
één ofmeermalen (met kracht), tegen
/in de armen en/of benen en/of borstkas en/of de
trappenen
/ofknijpen,
/ofenkels ,
, althans een scherp en/of puntig voorwerp,(met de scherpe kant) onder de
/ofop de keel
en/of halste zetten en
/ofwaarbij het hoofd van voornoemde
één ofmeermalen met een stroomstootwapen schokken toe te dienen, via zijn benen
/ofgezicht
, althans zijn lichaam,
(met het volle gewicht
)op de borst
(kas)van voornoemde [slachtoffer] te gaan staan, en
/of
(kas)van voornoemde [slachtoffer] ,
en/of
één ofmeermalen (op dwingende en/of intimiderende toon)
te zeggen en/ofschreeuwen en/ofte vragen, zakelijk weergegeven, ‘waar is de kluis?’, althans woorden
van gelijke dreigende aard en/of strekking
en/of-door op en/of over de trap(treden) op vloeibaar wasmiddel gelijkende vloeistof, althansvloeistof, te gieten, kennelijk met de bedoeling om voornoemde [slachtoffer] de vlucht en/ofhet zoeken van hulp te bemoeilijken dan wel om voornoemde [slachtoffer] ten val te brengenbij het gebruiken van de trap.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
7 (zeven) jaren;
heft op de schorsing van de voorlopige hechtenisvan de verdachte;
- veroordeelt verdachte in verband met het bewezen verklaarde feit tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer] van € 12.285,-- aan materiële schade en € 7.000,-- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente over het toegewezen bedrag aan smartengeld vanaf 9 oktober 2016 en over het toegewezen bedrag aan materiële schade vanaf 14 januari 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer] , een bedrag te betalen van € 12.285,-- aan materiële schade en € 7.000,-- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente over het toegewezen bedrag aan smartengeld vanaf 9 oktober 2016 en over het toegewezen bedrag aan materiële schade vanaf 14 januari 2021 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als deze bedragen niet worden betaald, kunnen 131 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;