[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] op of omstreeks 14 juni 2020 te Renkum
opzettelijk brand heeft/hebben gesticht in een pand voor kamerbewoning (gelegen
aan [adres 2] )
immers heeft /hebben die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 2] toen en daar opzettelijk
terpentine en/of wasbenzine, althans een of meer brandversnellend(e) middel(en),
uitgegoten en/of gegooid voor/over een deur (van [nummer 1] ) en/of in de hal
en/of op de trap en/of in het trappenhuis van dat pand
en/of vervolgens deze terpentine en/of wasbenzine, althans die/dat
brandversnellende middel(en), aangestoken, in elk geval opzettelijk (open) vuur in
aanraking gebracht met (een) brandbare stof(fen),
ten gevolge waarvan die kamer(s) en/of dat pand en/of een hond geheel of
gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, terwijl daarvan gemeen
gevaar voor (diverse andere kamers in) dat pand , in elk geval gemeen gevaar voor
goederen,
en/of levensgevaar voor [slachtoffer 2] en/of
levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor [slachtoffer 1] en/of
een of meer andere (kamer)bewoner(s) van voornoemd pand , in elk geval
levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een of meer anderen,
te duchten was.