Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 februari 2021,
- de brief van 21 april 2021 van de zijde van DSA met vier nadere producties
- de mondelinge behandeling van 29 april 2021, waarvan proces-verbaal is opgemaakt,
- de akte vermeerdering van eis van DSA, genomen tijdens de mondelinge behandeling van 29 april 2021.
2.De feiten
€ 157.300,-. CSP heeft op 9 januari 2020 een deelbetaling van € 35.000,- verricht. Het resterende bedrag van € 122.300,- heeft DSA vanwege liquiditeitsproblemen onbetaald gelaten. Op 3 maart 2020 heeft DSA een tweede factuur aan CSP gezonden van in totaal
3.Het geschil
4.De beoordeling
De proceskosten worden tot aan dit vonnis begroot op:
3.540,00(2,0 punten × factor 1,0 × tarief € 1.770,00)