Uitspraak
1.[gedaagde sub 1] ,
niet verschenen,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 29 september 2021;
- de akte houdende wijziging van eis;
- een e-mailbericht van 14 december 2021 van de zijde van [gedaagde sub 2] ,
- de mondelinge behandeling die heeft plaatsgevonden op 20 december 2021 en waarvan aantekening is gehouden door de griffier.
2.De beslissing
en compenseert de proceskosten, voor zover ten aanzien van [gedaagde sub 1] meer of andere proceskosten bestaan, zodanig dat [gedaagde sub 1] en De Goede Woning ieder de eigen kosten dragen,
3.De beoordeling
Gebleken is dat [gedaagde sub 1] inmiddels de huurovereenkomst heeft opgezegd.
- de opvallende en veelvuldige adreswijzigingen die hebben plaatsgevonden. Zo heeft [gedaagde sub 1] zich op 1 september 2020 voor de vierde keer laten inschrijven op het adres van de standplaats en zich vanaf 3 maart 2021 weer uitgeschreven,
- De omstandigheid dat uit het adressenonderzoek van de gemeenteambtenaar is gebleken dat [gedaagde sub 1] een relatie heeft met [naam 1] . [gedaagde sub 1] heeft bovendien tegenover die ambtenaar verklaard dat ze met [gedaagde sub 2] is ‘getrouwd’ in verband met behoud van een standplaats en dat zij huur ontvangt van [gedaagde sub 2] voor de standplaats,
- De eerdere poging van [gedaagde sub 1] om een persoon waarmee zij een korte tijd samenlevingscontract had als medehuurder in aanmerking te brengen voor de standplaats. Na afwijzing van dat medehuurderschap werd de relatie verbroken en enkele maanden later is het geregistreerd partnerschap met [gedaagde sub 2] aangegaan,
- Het verbreken van het geregistreerd partnerschap na ruim vier maanden, waarna [gedaagde sub 1] weer bij eerdergenoemde [naam 1] is gaan wonen.