ECLI:NL:RBGEL:2021:783
Rechtbank Gelderland
- Op tegenspraak
- F.M.Th. Quaadvliet
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige schadevergoeding door beschadiging ondergrondse kabel tijdens graafwerkzaamheden
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland geoordeeld over een geschil tussen een bedrijf (eiser) en een grondroerder (gedaagde) naar aanleiding van schade die is ontstaan door het beschadigen van een glasvezelkabel tijdens graafwerkzaamheden. De eiser, een bedrijf dat door de beschadiging van de kabel hinder ondervond, vorderde schadevergoeding van de gedaagde op grond van onrechtmatig handelen. De gedaagde voerde aan dat zij de nodige zorgvuldigheid had betracht en dat de beschadiging niet aan haar kon worden toegerekend, omdat de kabel niet op de Klic-tekening stond vermeld.
De procedure begon met een tussenvonnis en verschillende processtukken, waaronder brieven en producties van beide partijen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde voorafgaand aan de werkzaamheden een Klic-melding had gedaan en proefsleuven had gegraven om de ligging van de kabels te controleren. Tijdens de werkzaamheden is de kabel van netbeheerder Reggefiber beschadigd, wat leidde tot een storing bij de eiser. De eiser heeft de gedaagde aansprakelijk gesteld voor de schade, maar de gedaagde betwistte deze aansprakelijkheid.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat de gedaagde de zorgvuldigheidsnorm heeft nageleefd. De gedaagde had voldoende onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van leidingen en kabels en had geen aanwijzingen dat de kabel anders liep dan op de tekening stond aangegeven. Daarom kon de gedaagde niet aansprakelijk worden gesteld voor de schade. De vorderingen van de eiser zijn afgewezen en de eiser is veroordeeld in de proceskosten.