ECLI:NL:RBGEL:2022:2305
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beslissing inzake de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) met betrekking tot overschrijding van de maximumsnelheid
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 18 maart 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een sanctie opgelegd op basis van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De betrokkene had een sanctie ontvangen wegens het overschrijden van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom met 12 km/h. De officier van justitie had geen aanvullend proces-verbaal overgelegd, wat leidde tot gerede twijfel bij de kantonrechter over de vaststelling van de gedraging. De kantonrechter oordeelde dat de twijfels niet waren weggenomen en dat de gedraging niet was komen vast te staan. Hierdoor werd het beroep gegrond verklaard en de bestreden beslissing vernietigd.
De kantonrechter heeft ook de proceskosten van de betrokkene begroot. Hierbij werd rekening gehouden met de administratieve beroepsfase en de kosten voor rechtsbijstand. De kantonrechter besloot dat de kosten voor de beroepsprocedure, inclusief de kosten voor het verschijnen op de zitting, in totaal € 1029,50 bedragen. De beslissing omvatte ook de terugbetaling van de gestelde zekerheid van € 249 aan de betrokkene.
De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 25 maart 2022 door mr. G.W.B. Heijmans, kantonrechter. Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan. De procedure bij het gerechtshof verloopt schriftelijk, tenzij expliciet om een zitting wordt gevraagd.