ECLI:NL:RBGEL:2022:6395

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
3 november 2022
Publicatiedatum
16 november 2022
Zaaknummer
C/05/410089 / KZ ZA 22-160
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toelating tot de Algemene Ledenvergadering van een vereniging en stemrecht van leden

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter op 3 november 2022 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap Hidden Village Bedrijfsmiddelen B.V. en de vereniging Eigenaarsvereniging Het Verscholen Dorp. Hidden Village vorderde toelating tot de Algemene Ledenvergadering (ALV) van de vereniging en het recht om te stemmen. De achtergrond van het geschil ligt in de opzegging van het lidmaatschap door Hidden Village in 2018 en de daaropvolgende communicatie met de vereniging over de status van het lidmaatschap. De vereniging stelde dat Hidden Village geen lid meer was omdat zij haar lidmaatschap had opgezegd en niet opnieuw was aangemeld. Hidden Village betwistte dit en stelde dat zij nog steeds lid was en recht had op stemrecht op basis van het aantal kavels dat zij bezat.

De voorzieningenrechter oordeelde dat Hidden Village voldoende aannemelijk had gemaakt dat zij lid was van de vereniging en dat zij recht had op één stem per kavel. De rechter wees de vorderingen van Hidden Village toe en gebiedde de vereniging om Hidden Village toe te laten tot de ALV en haar stemrecht te respecteren. De voorzieningenrechter overwoog dat het belang van Hidden Village om deel te nemen aan de vergadering en te stemmen zwaarder woog dan het belang van de vereniging om Hidden Village te weren. De dwangsom voor niet-naleving van de uitspraak werd vastgesteld op € 5.000 per overtreding, met een maximum van € 25.000. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij haar eigen kosten draagt.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zutphen
zaaknummer / rolnummer: C/05/410089 / KZ ZA 22-160
Vonnis in kort geding van 3 november 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HIDDEN VILLAGE BEDRIJFSMIDDELEN B.V.,
gevestigd te Harderwijk,
eiseres,
advocaat mr. S.J. van Susante te Arnhem,
tegen
de vereniging
EIGENAARSVERENIGING HET VERSCHOLEN DORP,
gevestigd te Hoogkarspel, gemeente Drechterland,
gedaagde,
advocaat mr. A. El Fathi te Arnhem.
Partijen zullen hierna Hidden Village en de Vereniging genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de nagezonden bijlage behorende bij productie 20 van de dagvaarding aan de zijde van Hidden Village
  • de producties 1 t/m 10 aan de zijde van de Vereniging
  • de mondelinge behandeling
  • de pleitnota van Hidden Village
  • de pleitnota van de Vereniging.
1.2.
Ten slotte heeft de voorzieningenrechter vanwege de grote spoedeisendheid van de zaak bepaald dat op 3 november 2022 een zogenaamd ‘kop-staart vonnis’ zal worden gewezen en dat de motivering van de beslissing binnen 14 dagen daarna op schrift zal worden gesteld. Die motivering volgt hierna.

2.De feiten

2.1.
Hidden Village is eigenaresse van 22 kavels met recreatiewoningen op recreatiepark Het Verscholen Dorp te Harderwijk (hierna: het Recreatiepark). De algemene voorzieningen van het Recreatiepark, zoals het receptiegebouw, het zwembad, de wegen etc., zijn ook eigendom van Hidden Village.
2.2.
De Vereniging is een vereniging bestaande uit eigenaren die een kavel hebben op het Recreatiepark. De statuten van de Vereniging luiden, voor zover in deze zaak van belang, als volgt:

Leden
Artikel 2.
De leden van de vereniging kunnen uitsluitend zijn natuurlijke personen of rechtspersonen, die eigenaar zijn van tenminste één kavel grond met opstallen, deel uitmakende van voormeld recreatiepark[Rechtbank: het Recreatiepark] (…).
Voor de toepassing van deze statuten staat tegenover elk eigendomsrecht van een kavel grond van gemeld recreatiepark één lidmaatschapsrecht.
(…)
Om lid te kunnen worden moet men zich schriftelijk aanmelden bij het bestuur, dat, binnen een periode van zes weken na bedoelde schriftelijke aanmelding over de toelating van een lid beslist. Indien niet binnen gemelde termijn door het bestuur een schriftelijke beslissing ter kennis van het aspirant-lid is gebracht, wordt het aspirant-lid geacht als lid van de vereniging te zijn toegelaten.(…)
Artikel 3.
1.
Het lidmaatschap eindigt:
a. (…)
b. (…)
c.
Door schriftelijke opzegging door het bestuur namens de vereniging. Deze opzegging wordt gedaan wanneer een lid niet meer voldoet aan de vereisten, die als gemeld voor het lidmaatschap zijn gesteld en bovendien wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
Contributie
Artikel 4
De leden moeten een jaarlijkse bijdrage (contributie) voldoen(…)
die bij besluit van de algemene vergadering wordt vastgesteld.
(…)
Algemene vergadering
(…)
Artikel 11
(…)
5.
Tenzij in deze statuten anders is voorgeschreven worden alle besluiten genomen met een meerderheid van stemmen van de aanwezig, niet geschorste, leden. Ieder lid heeft één stem. Stemmen bij volmacht is niet toegestaan.
2.3.
Op 8 februari 2018 bericht Hidden Village de Vereniging per e-mail het volgende:

Conform artikel 3.b. van uw statuten zeggen wij hierbij het lidmaatschap van Hidden Village Bedrijfsmiddelen BV op, het betreft een opzegging voor alle recreatiebungalows, te weten: 1,8,12, 24, 31, 33, 37, 39, 41 en 50
2.4.
Op 5 maart 2018 stuurt Hidden Village per e-mail aan de Vereniging een gelijksoortig bericht ten aanzien van de recreatiebungalows 64 en 73. Als reactie op deze e-mail meldt de Vereniging per e-mail van 17 maart 2018 dat, samengevat, Hidden Village het lidmaatschap niet kan opzeggen omdat zij automatisch en verplicht lid wordt bij de aankoop van een recreatiewoning op het Recreatiepark en dat zij de aanvraag weigeren. Hidden Village voert tegen deze e-mail verweer per e-mail van 20 maart 2018. De e-mail luidt, voor zover in deze zaak van belang als volgt;

Het klopt dat wij, middels notariële akte, (automatisch) lid zijn geworden van uw VVE en daarmee hebben voldaan aan de verplichting om lid te worden van de VVE.(…)
In algemene zin geldt dat ieder lidmaatschap, dus ook dat van uw vereniging, opzegbaar is.(…)
Kortom, wij hebben geen behoefte om lid te zijn (c.q. te blijven) van een vereniging welke niet aan haar doelstellingen voldoet, sterker nog, zelfs in strijd met haar statuten handelt en daarmee onze belangen als eigenaar van een groot aantal recreatie bungalows en chalets schaadt.
(…)
Tot slot, daar waar u aan onze aanvraag refereert, informeren wij u dat dit geen aanvraag was maar een mededeling dat wij ons lidmaatschap opzeggen. Met andere woorden, er valt hier niets af te wijzen.
2.5.
Op 26 februari 2019 stuurt de Vereniging Hidden Village een e-mail met de volgende inhoud:
“Zie hieronder een korte mailwisseling mbt opzegging VVE door 2 chalets en in eerder stadium voor jullie bungalows. Hier is verder nooit een reactie op geweest naar ons weten.
Mogen we hier er van uitgaan dat jullie voor alle in jullie bezit zijnde objecten lid zijn/blijven van de VVE?
Onder de e-mail zijn voornoemde e-mailberichten van 5 en 17 maart 2018 bijgevoegd. De reactie van 20 maart 2018 ontbreekt.
2.6.
Hidden Village stuurt als reactie een e-mail van 27 februari 2019 met onder andere de volgende inhoud:

Door aankoop van chalet nr. 15 en bungalow nr. 49 eerder dit jaar zijn wij wederom, middels notariële akte, (automatisch) lid geworden van uw VVE, en daarmee voldoen wij opnieuw aan de verplichting om lid te worden van uw VVE. Tot op heden hebben wij nog geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om het lidmaatschap op te zeggen, conform artikel 3.b van uw statuten. Het eea hang nl. nauw samen met de koers welke uw VVE gaat varen de komende tijd.
2.7.
Per e-mail van 4 mei 2021 meldt de Vereniging het volgende aan Hidden Village:

Voor wat betreft uw vraag over uw lidmaatschap verzoeken wij u notie te nemen van de statuten van de Eigenaarsvereniging Artikel 2 lid 4.
Nieuwe leden horen zich schriftelijk te melden bij het bestuur. Bij aanmelding wordt een account aangemaakt voor de website.
U was na 5 maart 2018 geen lid meer, nadat u het lidmaatschap van uw op dat moment laatste eigendommen had opgezegd.(…)
De oorzaak dat u nu geen toegang heeft tot de website ligt in het feit dat u heeft verzuimd zich te melden als lid van de Eigenaarsvereniging.
2.8.
Op 9 juni 2021 stuurt de Vereniging Hidden Village een e-mailbericht met de volgende inhoud:

Hierbij informeren wij u over het besluit van bestuur van Eigenaarsvereniging Het Verscholen dorp om conform Artikel 3, lid 1 sub c van de statuten van Eigenaarsvereniging Het Verscholen Dorp uw lidmaatschap met ingang van heden op te zeggen.
De reden voor het opzeggen van uw lidmaatschap, is dat u niet meer voldoet aan de vereisten die middels de statuten aan het lidmaatschap zijn gesteld. Specifiek voldoet u niet aan de voorwaarde om contributie te betalen (artikel 4).(…)
U heeft sinds 2016 geen contributie betaald, ondanks dat u meerdere facturen heeft ontvangen.

3.Het geschil

3.1.
Hidden Village vordert samengevat – dat de voorzieningenrechter, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1.a. de Vereniging gebiedt om Hidden Village als lid toe te laten op de buitengewone algemene ledenvergadering d.d. 5 november 2022, alsook daar op volgende ledenvergaderingen van de Vereniging (zolang eiseres als lid van de Vereniging heeft te gelden);
1.b. de Vereniging gebiedt om Hidden Village als lid in de gelegenheid te stellen om zich uit te laten over alle onderwerpen die op de agenda staan en tijdens de vergadering aan de orde komen alsmede Hidden Village in de gelegenheid te stellen om over de onderwerpen die ter besluitvorming voorliggen te stemmen, waarbij Hidden Village zoveel stemrechten kan uitbrengen als dat zij kavels in eigendom heeft;
1.a. en 1.b. op straffe van verbeurte van een dwangsom ad € 5.000,00 per overtreding, alsook € 500,00 voor iedere dag dat de overtreding voortduurt, dit met een maximum van € 25.000,00;
met veroordeling van de Vereniging in de kosten van de procedure.
3.2.
De Vereniging voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Ontvankelijkheid

4.1.
De Vereniging voert als meest verstrekkend verweer aan dat Hidden Village niet ontvankelijk is omdat haar vorderingen neerkomen op een verklaring voor recht ten aanzien van de vraag of Hidden Village moet worden aangemerkt als lid van de vereniging en een verklaring voor recht dat Hidden Village 22 stemmen mag uitbrengen. Het is de voorzieningenrechter niet toegestaan een declaratoir vonnis uit te spreken.
4.2.
De voorzieningenrechter verwerpt het verweer van de Vereniging. Hidden Village heeft geen verklaring voor recht gevorderd, maar een doen (gebod) van de Vereniging. Dat daarvoor in de motivering een (voorlopig) oordeel over de rechtsverhouding tussen partijen moet worden gegeven doet daar niet aan af. Het is inherent aan de voorlopige voorziening dat de voorzieningenrechter, in afwachting van de bodemprocedure, voorlopig oordeelt over de rechtsverhouding tussen partijen. Vervolgens wordt een beslissing op het gevorderde doen/laten gegeven op grond van dit voorlopige oordeel in samenhang met de belangen van partijen. Voor zover niet feitelijk een verklaring voor recht wordt gevorderd is dat in beginsel mogelijk. De Vereniging heeft niet, althans onvoldoende aangevoerd, waarom een dergelijke handelswijze in dit geval niet toegestaan is. Het standpunt dat beoordeling neerkomt op een voorlopige beoordeling over de rechtstoestand van partijen is daarvoor in ieder geval onvoldoende.
Spoedeisend belang
4.3.
De Vereniging betwist dat er sprake is van een spoedeisend belang. Het uitblijven van een voorlopige voorziening raakt Hidden Village niet in haar rechtspositie. Indien in een bodemprocedure vast komt te staan dat Hidden Village lid is van de Vereniging en een veelvuldigheid van stemmen mag uitbrengen, kan zij eenvoudig vernietiging/nietigheid vorderen/verzoeken ten aanzien van de in de algemene ledenvergadering (ALV) genomen besluiten. De rechtszekerheid is erbij gebaad dat pas in een bodemprocedure definitief wordt beslist over de rechtsverhouding tussen partijen. De onzekerheid van een voorlopige voorziening zal de besluitvorming mogelijk onterecht en negatief kunnen beïnvloeden. Hidden Village is er al 1,5 jaar mee bekend dat zij geen lid meer is en had op haar weg gelegen om eerder (juridische) stappen te nemen om zekerheid te verkrijgen over haar (rechts)positie.
4.4.
De Hoge Raad (Hoge Raad 29 november 2002, ECLI:NL:HR:2002:AE4553, r.o. 3.4) heeft het volgende gezegd over het spoedeisend belang: “
De vraag of een eisende partij in kort geding voldoende spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorziening, dient beantwoord te worden aan de hand van een afweging van de belangen van partijen, beoordeeld naar de toestand ten tijde van de uitspraak. De omstandigheid dat de eisende partij lang heeft stilgezeten, kan bij die afweging een rol spelen, en de omstandigheid dat een rechtsvraag in geschil is waarop het antwoord niet evident is, kan leiden tot behoedzaamheid bij de toewijzing van de gevraagde voorziening, maar deze omstandigheden kunnen noch ieder voor zich noch in onderlinge samenhang het oordeel rechtvaardigen dat de eisende partij geen spoedeisend belang bij de gevraagde voorziening (meer) heeft.”
4.5.
De beoordeling van het spoedeisend belang komen dus neer op een beoordeling van het belang van beide partijen. De door de Vereniging aangevoerde argumenten tegen de spoedeisendheid van het belang van Hidden Village gelden spiegelbeeldig voor haar eigen belang bij het uitblijven van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter acht het belang van Hidden Village, uitgaande van de juistheid van haar vorderingen, om deel te blijven nemen aan de vergadering en te mogen blijven stemmen voldoende spoedeisend. Hidden Village heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij in haar belang als lid en eigenaar wordt geschaad als zij niet mag deelnemen aan de ALV en/of mag stemmen terwijl niet is gebleken op welke wijze de Vereniging in haar belangen wordt geschaad als Hidden Village blijft deelnemen. Het feit dat partijen een conflict hebben acht de voorzieningenrechter geen te respecteren belang van de Vereniging. Hierbij is mede in overweging genomen dat het huidige bestuur van de Vereniging een (bijna dertig jaar bestaande) praktijk (eenzijdig) heeft gewijzigd, die door vorige besturen als zodanig werd aangenomen. De stelling dat Hidden Village 1,5 jaar geleden al door de Vereniging de toegang tot de ALV is ontzegd doet daar niet aan af. Een enkel tijdsverloop is geen reden om geen spoedeisend belang aan te nemen. Er is in die periode veel communicatie geweest tussen Hidden Village en de Vereniging waarbij Hidden Village steeds het standpunt heeft ingenomen dat zij nog lid is en 22 stemmen mag uitbrengen.
Opzegging lidmaatschap
4.6.
Volgens de Vereniging is Hidden Village geen lid meer omdat zij zelf in 2018 haar lidmaatschap heeft opgezegd en zich daarna niet meer op de wijze zoals vermeld in artikel 2 van de statuten (zie overweging 2.2) opnieuw als lid heeft aangemeld. Dan wel heeft de Vereniging het lidmaatschap van Hidden Village op 9 juni 2021 rechtsgeldig opgezegd. De opzegging van Hidden Village hoeft om rechtsgeldig te zijn niet te zijn geaccepteerd door het bestuur van de Vereniging. Hidden Village kan ook niet partieel opzeggen. De opzeggingen in 2018 hebben daarom te gelden als een volledige, rechtsgeldige opzegging van Hidden Village. Vervolgens heeft Hidden Village zich niet meer officieel aangemeld en is zij daarom nooit meer lid geworden.
4.7.
Hidden Village heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij lid is van de Vereniging. Naar de voorzieningenrechter begrijpt, had Hidden Village in 2018 meer kavels dan degene waarvan zij het ‘lidmaatschap’ heeft opgezegd. Weliswaar is partiële opzegging niet mogelijk, maar niet wordt betwist dat zowel Hidden Village als de Vereniging destijds uitging van een ‘lidmaatschap’ per kavel, waarbij er per kavel contributie werd geïnd en per kavel één stem gold. Uit de correspondentie maakt de voorzieningenrechter op dat beide partijen de opzegging hadden opgevat als een opzegging van Hidden Village van die verplichtingen en rechten van de bij nummer genoemde kavels met recreatiewoning. Bovendien blijkt dat partijen er allebei vanuit gingen dat een eigenaar automatisch lid werd van de Vereniging bij aankoop van een kavel op het Recreatiepark. Partijen hebben zich ook als zodanig gedragen. De contributie werd in rekening gebracht en Hidden Village kreeg de rechten die bij het lidmaatschap hoorden (stemrecht, uitnodigingen voor de ALV, etc.). Kortom beide partijen gingen ervan uit dat Hidden Village nog lid was. Voor zover het nieuwe lidmaatschap niet conform de statuten was aangevraagd, heeft het bestuur een afwijkende wijze van lidmaatschap verkrijgen, namelijk uitsluitend door de aankoop van een kavel op het Recreatiepark, aanvaard. Het bericht van 27 februari 2019 (zie overweging 2.6) van Hidden Village waarin zij, als reactie op de vraag van de Vereniging of zij nog lid is, aangeeft dat zij lid is door aankoop van de kavels, in combinatie met het uitblijven van een reactie daarop van de Vereniging, kan worden gezien als een aanmelding als lid en acceptatie van de Vereniging. De voorzieningenrechter kan de Vereniging niet volgen in haar standpunt dat dit bericht onmogelijk kan worden gezien als een aanmelding als lid. Het betreft immers een reactie op een vraag van de Vereniging zelf over het lidmaatschap. Het nieuwe bestuur heeft een andere werkwijze, maar toen was Hidden Village naar voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter al/nog lid door de werkwijze van het vorige bestuur.
4.8.
Ten aanzien van de opzegging van de Vereniging in 2021 geldt het volgende. Volgens de Vereniging heeft zij de het lidmaatschap opgezegd op de grond (conform artikel 2:35 lid 2 BW jo. 3 lid 1 sub c van de statuten) dat van de Vereniging niet langer gevergd kon worden dat zij het lidmaatschap liet voortduren. Voortduren van het lidmaatschap kan niet van haar gevergd worden omdat Hidden Village pretendeerde als rechtspersoon lid te zijn, maar een dubbele pet op heeft, blijvend verwijten maakt richting het bestuur, meermaals haar lidmaatschap heeft opgezegd en al 6 jaar niet aan haar financiële verplichtingen heeft voldaan. Voornoemde grondslag is echter niet in de opzegging van 9 juni 2021 (zie overweging 2.8) vermeld. De opzegging vermeldt alleen de grondslag dat er door Hidden Village geen contributie wordt betaald. Hidden Village heeft onbetwist gesteld dat het huidige bestuur pas heeft gecontroleerd wie er nog achterstallig contributie had, dat er meerdere leden waren die nog contributie moesten betalen, dat van geen van deze leden het lidmaatschap is opgezegd en dat zij vanwege de discussie omtrent het lidmaatschap de betaling van de contributie heeft opgeschort.
4.9.
Alleen de achterstallige contributie is gezien voorgaande geen grond op basis waarvan van de Vereniging niet meer gevergd kan worden dat zij het lidmaatschap in stand houdt. De overige pas in de procedure aangevoerde gronden zijn door de vereniging niet aan haar opzegging van 9 juni 2021 ten grondslag gelegd en kunnen daarom niet dienen als grondslag voor die opzegging. Bovendien acht de voorzieningenrechter deze redenen ook geen grond voor opzegging. Vooralsnog blijkt vooral dat er tussen partijen een langdurig conflict is over diverse punten. Een conflictsituatie op zichzelf is echter geen reden voor opzegging. Niet is gebleken dat Hidden Village zich in het conflict zo onbehoorlijk heeft gedragen dat voortzetting van haar lidmaatschap niet van de Vereniging gevergd kan worden. Net zo min is aannemelijk geworden dat Hidden Village als lid haar positie misbruikt om de belangen van Hidden Village als exploitant te behartigen. Naar het voorlopige oordeel van de voorzieningenrechter is het daarom voldoende aannemelijk dat de opzegging in een bodemprocedure op grond van artikel 2:14 BW, dan wel 2:15 BW, aangetast kan worden en niet in stand blijft. De voorzieningenrechter kan de Vereniging niet volgen in haar standpunt dat het besluit onaantastbaar is geworden omdat Hidden Village haar niet eerder in rechte heeft betrokken, dan wel dat Hidden Village tijdens de daarna gehouden ALV’s niet tegen het besluit is opgekomen. De Vereniging heeft haar standpunt daarover niet onderbouwd.
Aantal stemmen
4.10.
Tussen partijen is discussie over de uitleg van de statuten. De aard van de statuten, die de relatie tussen de Vereniging en haar leden bepaalt die geen partij waren bij het totstandkoming van de statuten, brengt met zich mee dat in beginsel een meer objectieve uitleg van de statuten op zijn plaats is. Een, al dan niet jarenlang, afwijkende handelswijze zorgt op zichzelf niet dat er een uitleg in afwijking van de statuten ontstaat. Een ander oordeel zou betekenen dat statuten gewijzigd zouden kunnen worden door een afwijkende werkwijze, hetgeen gezien de bij wet geregelde waarborgen voor het wijzigen van de statuten niet wenselijk is.
4.11.
Op grond van artikel 2:38 BW geldt dat alle leden die niet geschorst zijn toegang hebben tot de algemene vergadering en daarbij ieder één stem hebben. Hetzelfde artikel bepaalt dat de statuten aan bepaalde leden meer dan één stem kunnen toekennen. Het uitgangspunt is dus dat ieder lid één stem heeft. Dit wettelijke uitgangspunt is met zoveel woorden opgenomen in artikel 11 van de statuten. De statuten geven geen definitie van wat wordt bedoeld met ‘lid’ maar bepalen wel in artikel 2.1 dat leden van de vereniging uitsluitend kunnen zijn natuurlijke personen of rechtspersonen (…). Hieruit kan worden opgemaakt dat met een ‘lid’ conform artikel 11 van de statuten de rechtspersoon die lid is wordt bedoeld en niet zoals Hidden Village stelt elk ‘lidmaatschapsrecht’ dat volgens haar aan een lid zou toebehoren. Dit wijst er op dat juist niet van het wettelijke uitgangspunt is afgeweken bij de statuten. De tekst van artikel 2.2 verandert dit oordeel niet. In dat artikel staat niet gedefinieerd wat er met een lidmaatschapsrecht wordt bedoeld. Uit de tekst van het artikel volgt niet zondermeer dat één lid meerdere stemrechten heeft als hij meerdere eigendomsrechten heeft. Dit staat er niet, terwijl in artikel 11 wel expliciet staat dat één lid maar één stem heeft. Dat de Vereniging sinds de oprichting anders heeft gehandeld brengt zoals reeds overwogen op zichzelf niet mee dat dat de statuten op die wijze moeten worden uitgelegd.
4.12.
Voorgaande in acht genomen is, naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter Hidden Village lid van de vereniging en mag zij één stem uitbrengen. Bovendien acht de voorzieningenrechter bij afweging van de belangen van partijen in afwachting van een definitieve beslissing in een bodemprocedure, het belang van Hidden Village om aanwezig te kunnen zijn bij de ALV en een stem uit te kunnen brengen groter dan het belang van de Vereniging om Hidden Village te weren. De vorderingen worden daarom als zodanig toegewezen.
4.13.
De dwangsom zal worden beperkt tot een dwangsom per keer, aangezien bij overtreding van de geboden geen sprake is van een voortdurende overtreding.
4.14.
Aangezien elk van partijen als op enig punt in het ongelijk gesteld is te beschouwen, zullen de proceskosten worden gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
gebiedt de Vereniging om Hidden Village als lid toe te laten op de buitengewone algemene ledenvergadering d.d. 5 november 2022, alsook daar op volgende ledenvergaderingen van de Vereniging (zolang Hidden Village als lid van de Vereniging heeft te gelden),
5.2.
gebiedt de Vereniging om Hidden Village als lid in de gelegenheid te stellen om zich uit te laten over alle onderwerpen die op de agenda staan en tijdens de vergadering aan de orde komen, alsmede Hidden Village in de gelegenheid te stellen om over de onderwerpen die ter besluitvorming voorliggen te stemmen, waarbij Hidden Village één stemrecht kan uitbrengen,
5.3.
veroordeelt de Vereniging om aan Hidden Village een dwangsom te betalen van € 5.000,00 voor iedere keer dat zij niet aan de in 5.1 of 5.2 uitgesproken hoofdveroordeling voldoet, tot een maximum van € 25.000,00 is bereikt,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.F.A. Bierbooms en in het openbaar uitgesproken op 3 november 2022.
ls/pb