ECLI:NL:RBGEL:2022:7555

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
14 december 2022
Publicatiedatum
4 juli 2023
Zaaknummer
C/05/408367 / HA ZA 22-385
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanneming van werk en tekortkoming in de nakoming van de aannemingsovereenkomst met schadevergoeding en betaling restant aanneemsom

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eis.conv./verw.reconv.] en V.N.V. Kunststof Kozijnenfabriek B.V. over een aannemingsovereenkomst. [eis.conv./verw.reconv.] heeft V.N.V. aangesproken op tekortkomingen in de uitvoering van de werkzaamheden die zij in zijn woning heeft verricht. De rechtbank heeft vastgesteld dat V.N.V. tekort is geschoten in haar verplichtingen uit de overeenkomst, waardoor [eis.conv./verw.reconv.] schade heeft geleden. De rechtbank heeft geoordeeld dat V.N.V. aansprakelijk is voor deze schade en heeft haar veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 21.750,00, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van verzuim, 24 september 2021. Daarnaast is V.N.V. veroordeeld in de proceskosten van [eis.conv./verw.reconv.].

De procedure begon met een vordering van [eis.conv./verw.reconv.] die stelde dat V.N.V. niet deugdelijk werk had geleverd en dat hij daardoor schade had geleden. V.N.V. voerde aan dat zij haar werkzaamheden naar behoren had uitgevoerd en vorderde betaling van het restant van de aanneemsom van € 6.950,00. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het werk niet was opgeleverd en dat het restant van de aanneemsom nog niet opeisbaar was.

De rechtbank heeft de gebreken in de uitvoering van het werk beoordeeld aan de hand van een rapport van een onafhankelijke deskundige, waaruit bleek dat V.N.V. niet had voldaan aan de eisen van goed en deugdelijk werk. De rechtbank heeft geoordeeld dat V.N.V. in verzuim was geraakt en dat [eis.conv./verw.reconv.] recht had op schadevergoeding. De schade is vastgesteld op basis van offertes voor herstelwerkzaamheden, waarbij de rechtbank de kosten voor vervanging van de gebrekkige kozijnen en dakramen heeft meegenomen.

In reconventie heeft V.N.V. haar vordering tot betaling van het restant van de aanneemsom verloren, omdat de rechtbank oordeelde dat de werkzaamheden niet naar behoren waren uitgevoerd. De rechtbank heeft de vordering van V.N.V. afgewezen en haar in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/408367 / HA ZA 22-385 / 943 / 1787
Vonnis van 19 april 2023
in de zaak van
[eis.conv./verw.reconv.],
wonende te [plaats] ,
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
advocaat: mr. M.H.J. Booijink te Almelo,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
V.N.V. KUNSTSTOF KOZIJNENFABRIEK B.V.,
gevestigd te Arnhem,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat: mr. E. Gürcan te Arnhem.
Partijen zullen hierna [eis.conv./verw.reconv.] en V.N.V. genoemd worden.

1.Inleiding

V.N.V. heeft op grond van een overeenkomst tot aanneming van werk diverse werkzaamheden in/aan de woning van [eis.conv./verw.reconv.] uitgevoerd. [eis.conv./verw.reconv.] stelt dat V.N.V. is tekortgeschoten in haar verplichting om deugdelijk werk af te leveren en dat hij als gevolg daarvan schade heeft geleden. [eis.conv./verw.reconv.] meent dat V.N.V. voor deze schade aansprakelijk is. Daarop is zijn vordering gericht. V.N.V. vordert in deze procedure betaling van het restant van de aanneemsom door [eis.conv./verw.reconv.] . V.N.V. stelt dat [eis.conv./verw.reconv.] dit restant dient te betalen, omdat zij haar werkzaamheden naar behoren heeft uitgevoerd.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 1 maart 2023.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
V.N.V. is een onderneming die zich onder andere bezig houdt met het produceren en verkopen van kunststof kozijnen, rolluiken en glas.
3.2.
In januari 2021 heeft [eis.conv./verw.reconv.] met V.N.V. een overeenkomst tot aanneming van werk gesloten voor het leveren en plaatsen van gevelbekleding, acht kozijnen, twee dakramen en een voor- en achterdeur. Partijen zijn daarbij een aanneemsom van € 13.900,00 inclusief btw overeengekomen.
3.3.
Op 3 februari 2021 heeft [eis.conv./verw.reconv.] een bedrag van € 6.950,00 aanbetaald.
3.4.
V.N.V. heeft de gevelbekleding, kozijnen, dakramen en voor- en achterdeur in juni 2021 aan [eis.conv./verw.reconv.] geleverd en in juli 2021 geplaatst.
3.5.
Op 9 augustus 2021 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. een
e-mail gestuurd met diverse klachten over de door haar uitgevoerde werkzaamheden en het verzoek om deze klachten binnen vier weken op te lossen. In de e-mail staat onder meer: [1]
(…)
Verzoek om binnen 4 weken na einde bouwvak alle onderstaande punten weg te nemen / op te lossen
Dat betekent dat VNV Kozijnen uiterlijk 25 september a.s. alle punten heeft opgelost. Het betreft de onderstaande punten:
A Deur naar de tuin Sluit niet volledig
B Buiten kozijnen zijkanten zijn niet gekit met silicone kit!
C Overal vlekken op de kozijnen en krassen
D Raam toilet kan niet sluiten en het handvat dient aan de onderkant te zitten zo dat men erbij kan!
E Naar het cliënt voorkomt dient de voordeur en het kozijn vervangen te worden:
1) Voordeur aan de binnen kant van het kozijn overal gaten
2) Voordeur sluit niet goed
3) Kleur is niet volgens afspraak (buiten antraciet en binnen crème)
4) Rubber is beschadigd
5) Schade aan de deur
6) Onderkant is niet afgewerkt
F Raamwoonkamer (tuinkant) sluit niet.
G Raam slaapkamer voorkant sluit niet volledig
H Kit werk niet volledig af gekit en niet vakkundig
I Raam naast de deur naar de tuin sluit niet goed en haakt ergens
J Dakramen vervangen conform het afgesproken merk Velux en in kunststof. (…). De dakramen zijn overigens provisioneel afgewerkt van binnen en buiten.
K Alle kozijnen zijn van binnen niet schoon en aantal hebben roestplekken vanbinnen!
L Aluminium profiel bovenkant rabat niet vervangen naar kunststof (zie voorbeeld van de buren)
M Aan beide zijden is geen nieuw isolatie aangebracht terwijl meegenomen in de prijs.
N Er ligt overal afval en is niet goed opgeruimd en schoon achter gelaten.
3.6.
In reactie op deze e-mail heeft V.N.V. op 16 augustus 2021 aan [eis.conv./verw.reconv.] bevestigd de punten A tot en met I, K en N te zullen herstellen. [2]
3.7.
In overleg met [eis.conv./verw.reconv.] heeft V.N.V. op 2 september 2021 herstelwerkzaamheden uitgevoerd. Op diezelfde dag heeft V.N.V. [eis.conv./verw.reconv.] gemaild dat zij om 14.00 uur klaar is met de herstelwerkzaamheden en dat zij graag iemand ziet om het project op te leveren. [3]
3.8.
Vervolgens hebben partijen het werk tussen 2 september 2021 en 8 september 2021 gezamenlijk bekeken. Daarbij is discussie ontstaan over de kwaliteit van het werk. Ook heeft V.N.V. de voordeur meegenomen.
3.9.
Op 8 september 2021 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] het volgende aan V.N.V. gemaild: [4]
Beste heer [betrokkene 1] ,
Cliënt is gerechtigd om de nog openstaande betaling achter te houden totdat er correct is gepresteerd. Daar is nu nog geen sprake van. Zo wijst cliënt u onder meer op de niet correct sluitende deuren. De video in de bijlage spreekt voor zich. Voor cliënt is onbegrijpelijk dat VNV opleveringsgebreken zo achterlaat. Verder is van de voordeur de vervanging van het kozijn toegezegd. Het kozijn is niet vervangen. Voor cliënt is ook onbegrijpelijk dat bij het nalopen van alle beweerdelijk herstelde gebreken een voordeur door VNV wordt weggenomen. Dat is niet aangekondigd en niet overlegd. Bovendien heeft VNV geen enkele voorziening getroffen voor het open gat waar eens de voordeur zat. Duidelijk mag zijn dat van enige betalingsonwil aan de zijde van cliënt geen sprake is.
Cliënt vond ik bereid tot een laatste regelingsvoorstel:
 VNV plaatst
uiterlijk a.s. vrijdagde voordeur terug;
 VNV krijgt nog éénmaal de gelegenheid om
uiterlijk 23 september a.s.de nog openstaande gebreken weg te nemen. Daaronder begrepen het herstel van de niet sluitende tuin- en voordeur. Voor de lijst met overige punt zie de hierna nog te mailen foto’s;
 Er vindt daarna een inspectieronde plaats door een onafhankelijk bouwkundige;
 Cliënt kan de dan nog openstaande gebreken voor rekening van VNV door een derde partij laten herstellen. De redelijke kosten kan cliënt verrekenen met de nog openstaande factuur van VNV.
Graag verneem ik of VNV akkoord is met bovengenoemde afwikkeling. (…)
3.10.
Op 16 september 2021 heeft V.N.V. opnieuw herstelwerkzaamheden verricht. V.N.V. heeft [eis.conv./verw.reconv.] daarna per e-mail verzocht om het werk te controleren en het resterende gedeelte van de aanneemsom van € 6.950,00 te betalen. [5]
3.11.
In reactie hierop heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. op
21 september 2021 bericht dat zij namens [eis.conv./verw.reconv.] een onafhankelijke keuring zal laten uitvoeren. [6]
3.12.
Op 4 oktober 2021 heeft [betrokken bedrijf] de door V.N.V. uitgevoerde (herstel)werkzaamheden beoordeeld. De bevindingen van [betrokken bedrijf] zijn vastgelegd in een rapport. In dit rapport worden de volgende (met foto’s geïllustreerde) gebreken genoemd: [7]
1. Pannen liggen strak tegen de bovenzijde van de dakramen aan.
2. Te grote afstand tussen onderzijde dakraam en bovenzijde dakpannen. Ca. 170 mm.
3. Pannen onder het dakraam bovenzijde niet afgeslepen.
4. Aftimmering van de dakramen niet in de daarvoor bestemde sponning geplaatst. Dit is veroorzaakt door het niet op maat zetten van de raveelconstructie.(…)
5. Lijm/kitresten aan raveelbalken.
6. Aansluiting van het metselwerk met de kozijnen is met (voeg) specie afgewerkt.
7. Ontwateringsgaten slordig ingeboord. Niet op gelijke hoogte en afdekkapjes niet kleurvast.
8. Kozijn en kierdichting slaapkamer achter beschadigd.
9. Ramen slaapkamers, woonkamer en keukenruimte lopen tegen de sluitplaten aan waardoor de verschillende ramen zijn beschadigd.
10. Tussenstijlen van de kozijnen begane grond en verdieping zijn allemaal 5 mm tot 7 mm krom. Gaat hier om de tussenstijlen van de kozijnen: Slaapkamer voor 1x, Slaapkamer achter 2x, woonkamer achter 1x en keukenruimte 1x.
11. Achterdeur is ca. 7 mm krom. Als je de dicht zit resulteert dit in een kier van ca. 4 mm aan de boven- en onderzijde van de deur.
12. Aansluiting van de tussendorpel van de achterdeur sluit niet goed aan.
13. Voordeur is ca. 6 mm krom.
14. Afdekdop onderste scharnier voordeur ontbreekt.
15. Bij het raam linksachter, sluitplaat rechtsonder in de hoek ontbreken schroeven.
16. Bij de sluitplaat van het slot van de voordeur ontbreekt een schroef.
17. Bij de sluitplaten raamkozijn toilet ontbreken schroeven.
18. Gevelbekleding achterzijde steekt bij het achterdeurkozijn voor de bovendorpel van het kozijn langs terwijl deze bij de rest van de kozijnen (voor- en achtergevel) achter de kozijnen loopt. Daarbij is het afdekprofiel te kort.
19. Gevelbekleding zijwang dakkapel aansluiting met dak niet strak.
20. Gevelbekleding gootconstructie voorzijde aansluiting met buren niet strak.
21. In de nieuwe kozijnen zijn in geen enkele ruimte ventilatieroosters opgenomen.
3.13.
Op 3 november 2021 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] het rapport van [betrokken bedrijf] aan V.N.V. gemaild. In diezelfde mail heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] medegedeeld dat [eis.conv./verw.reconv.] de overeenkomst tussen partijen ontbindt, schadevergoeding gevorderd en namens [eis.conv./verw.reconv.] een schikkingsvoorstel gedaan. [8]
3.14.
In reactie op deze e-mail heeft V.N.V. gevraagd of [eis.conv./verw.reconv.] haar nogmaals de gelegenheid wilde bieden tot herstel. Daarop heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. op 1 december 2021 als volgt bericht: [9]
Beste heer [betrokkene 1] ,
Telefonisch heeft u mij gevraagd om toch nogmaals de gelegenheid te krijgen om de gebreken bij cliënt te herstellen.
Cliënt kan niet instemmen met het nogmaals gelegenheid bieden tot herstel
Ik heb dat met hem overlegd maar begrijpelijkerwijs is hij het vertrouwen verloren in VNV Kunststofkozijnen. Hoe nu verder?
Cliënt wil nog éénmaal een alleszins redelijk regelingsvoorstel doen
Dat voorstel is dat VNV aan cliënt de gedane aanbetaling ad. € 6950,-
uiterlijk 15 december a.s.terugbetaalt (…). Cliënt is bereid VNV na betaling finale kwijting te verlenen. De geplaatste kozijnen behoren dan cliënt toe en bij vervanging zal hij zelf voor verwijdering zorgdragen. (…)
3.15.
V.N.V. heeft het regelingsvoorstel van [eis.conv./verw.reconv.] niet geaccepteerd.
3.16.
Bij brief van 3 maart 2022 heeft de advocaat van [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. gesommeerd om de schade die [eis.conv./verw.reconv.] als gevolg van het handelen van V.N.V. heeft geleden, te vergoeden. [10] Aan deze sommatie heeft V.N.V. geen gehoor gegeven.

4.Het geschil

in conventie

4.1.
[eis.conv./verw.reconv.] vordert dat de rechtbank voor zover mogelijk bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
  • voor recht verklaart dat V.N.V. aansprakelijk is voor de door [eis.conv./verw.reconv.] geleden en nog te lijden schade als gevolg van de door V.N.V. gebrekkig uitgevoerde werkzaamheden;
  • V.N.V. veroordeelt tot vergoeding van de geleden maar nog niet vastgestelde en nog te lijden schade, nader op te maken bij staat, vermeerderd met de wettelijke rente, alsmede bij wege van voorschot op de door [eis.conv./verw.reconv.] geleden en nog te lijden schade een bedrag van € 27.490,00 te voldoen;
  • V.N.V. veroordeelt tot vergoeding van de buitengerechtelijke kosten van € 1.270,38;
  • V.N.V. veroordeelt in de proceskosten en de nakosten, vermeerderd met wettelijke rente.
4.2.
[eis.conv./verw.reconv.] legt aan deze vorderingen het volgende ten grondslag. V.N.V. is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst met [eis.conv./verw.reconv.] en verkeert daarmee in verzuim. De overeenkomst is door [eis.conv./verw.reconv.] ontbonden. V.N.V. dient de schade te vergoeden die [eis.conv./verw.reconv.] als gevolg hiervan lijdt. De schade die V.N.V. dient te vergoeden, moet worden verrekend met de ongedaanmakingsverplichting van V.N.V.. De omvang van de schade kan nog niet definitief worden vastgesteld, maar bedraagt ten minste het als voorschot gevorderde bedrag. [eis.conv./verw.reconv.] heeft buitengerechtelijke incassokosten gemaakt.
4.3.
V.N.V. voert gemotiveerd verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
4.4.
V.N.V. vordert dat de rechtbank [eis.conv./verw.reconv.] bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeelt tot betaling aan haar van € 6.950,00, vermeerderd met wettelijke rente. Aan deze vordering legt V.N.V. ten grondslag dat zij de overeengekomen werkzaamheden naar behoren heeft uitgevoerd, zodat [eis.conv./verw.reconv.] het restant van de aanneemsom van € 6.950,00 dient te betalen.
4.5.
[eis.conv./verw.reconv.] voert gemotiveerd verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling in conventie en in reconventie

5.1.
Omdat de vorderingen in conventie en in reconventie nauw met elkaar samenhangen, bespreekt de rechtbank deze gezamenlijk.
Oplevering en betaling restant aanneemsom
5.2.
V.N.V. vordert betaling door [eis.conv./verw.reconv.] van het restant van de aanneemsom van € 6.950,00. [eis.conv./verw.reconv.] meent dat hij dit restant niet hoeft te voldoen, omdat het werk door V.N.V. nog niet is opgeleverd.
5.3.
Partijen zijn het erover eens dat het werk nog niet is opgeleverd. Naar het oordeel van de rechtbank is het restant van de aanneemsom van € 6.950,00 daarom nog niet opeisbaar. Dit vindt bevestiging in de factuur die V.N.V. [eis.conv./verw.reconv.] op 21 januari 2021 heeft toegestuurd, waarop staat:
“1ste aanbetaling € 6.950,00 2de 6950,00 naar werkoplevering”. [11] De vordering van V.N.V. zal dan ook worden afgewezen.
Tekortkoming
5.4.
[eis.conv./verw.reconv.] stelt dat V.N.V. is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichting deugdelijk werk te leveren. Ter onderbouwing van deze stelling verwijst [eis.conv./verw.reconv.] naar het door hem overgelegde expertiserapport van [betrokken bedrijf] en de daarin genoemde gebreken.
5.5.
V.N.V. betwist dat zij geen deugdelijk werk heeft geleverd. Ook wijst V.N.V. erop dat het rapport van [betrokken bedrijf] eenzijdig is opgesteld en dat zij hierin niet is gekend. Er kan daarom niet worden gesproken van een onafhankelijke en onpartijdige deskundige, aldus V.N.V..
5.6.
De rechtbank oordeelt hierover als volgt. In het rapport van [betrokken bedrijf] worden de gebreken die zij in het werk van V.N.V. heeft geconstateerd concreet en op begrijpelijke wijze benoemd en toegelicht onder ‘Bevindingen’, voorzien van foto’s zodat duidelijk is om welke onderdelen het gaat. [12] Onder ‘Conclusie’ concludeert [betrokken bedrijf] dat het werk van V.N.V. niet voldoet aan de eisen van goed en deugdelijk werk. [13] Daarmee kan het rapport van [betrokken bedrijf] dienen ter onderbouwing van de stelling van [eis.conv./verw.reconv.] dat V.N.V. is tekortgeschoten in haar verplichting om deugdelijk werk te leveren. V.N.V. stelt weliswaar dat zij niet betrokken is geweest bij de door [betrokken bedrijf] verrichte expertise en dat [betrokken bedrijf] niet onafhankelijk is, maar zij voert geen concrete feiten en omstandigheden aan die erop duiden dat de bevindingen en conclusies van [betrokken bedrijf] onjuist zijn. Zij spreekt op geen enkele manier inhoudelijk (voldoende specifiek) de door [betrokken bedrijf] geconstateerde gebreken tegen, maar volstaat met het in algemene termen ter discussie stellen van de onafhankelijkheid van de deskundige van [betrokken bedrijf] en met de algemene stelling dat haar werk deugdelijk is. Een contra-expertise is niet overgelegd en daarom is kennelijk ook niet verzocht. Evenmin is gesteld of gebleken dat [betrokken bedrijf] onvoldoende deskundig is dan wel dat zij niet beschikte over voldoende relevante informatie om het werk van V.N.V. te kunnen beoordelen. Het voorgaande brengt met zich dat V.N.V. de inhoud van het rapport van [betrokken bedrijf] niet, althans onvoldoende gemotiveerd, heeft weersproken. De rechtbank gaat dan ook uit van de bevindingen van [betrokken bedrijf] . Nu [betrokken bedrijf] verschillende gebreken in de uitvoering van het werk van V.N.V. heeft geconstateerd, moet worden geconcludeerd dat V.N.V. is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de overeenkomst met [eis.conv./verw.reconv.] .
Verzuim
5.7.
Niet gesteld of gebleken is dat nakoming door V.N.V. blijvend of tijdelijk onmogelijk is. Daarom moet worden beoordeeld of V.N.V. in verzuim is geraakt (artikel 6:81 BW). Het verzuim van V.N.V. treedt in wanneer zij door [eis.conv./verw.reconv.] schriftelijk in gebreke is gesteld waarbij haar een redelijke termijn voor nakoming is gesteld, en correcte nakoming binnen deze termijn is uitgebleven (artikel 6:82 BW).
5.8.
[eis.conv./verw.reconv.] stelt in dit verband dat de e-mails die hij V.N.V. op 9 augustus 2021 en
8 september 2021 heeft gestuurd, zijn aan te merken als een ingebrekestelling. Ondanks deze ingebrekestellingen heeft V.N.V. de gebreken in het werk niet deugdelijk hersteld, zodat zij in verzuim is geraakt, aldus [eis.conv./verw.reconv.] .
5.9.
V.N.V. betwist dat zij in verzuim is geraakt en stelt dat de genoemde e-mails niet tot verzuim hebben geleid, omdat [eis.conv./verw.reconv.] steeds met nieuwe gebreken kwam. Ook heeft [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. na het rapport van [betrokken bedrijf] geen mogelijkheid meer geboden om de daarin genoemde gebreken te herstellen, terwijl zij wel herstel wilde uitvoeren.
5.10.
De rechtbank overweegt als volgt. Na het plaatsen van de gevelbekleding, kozijnen, dakramen en voor- en achterdeur door V.N.V. heeft [eis.conv./verw.reconv.] gebreken in het werk geconstateerd. Deze gebreken heeft [eis.conv./verw.reconv.] bij e-mail van 9 augustus 2021 aan V.N.V. kenbaar gemaakt, met het verzoek om binnen vier weken herstel uit te voeren. Naar aanleiding van deze e-mail heeft V.N.V. op 2 september 2021 (herstel)werkzaamheden verricht. Na de daaropvolgende rondgang van partijen door de woning van [eis.conv./verw.reconv.] , heeft [eis.conv./verw.reconv.] op 8 september 2021 per e-mail aan V.N.V. medegedeeld dat de (herstel)werkzaamheden niet naar behoren waren verricht en dat het werk nog steeds gebreken bevatte. [eis.conv./verw.reconv.] heeft V.N.V. in deze e-mail tevens de mogelijkheid geboden om de nog openstaande gebreken uiterlijk op 23 september 2021 te herstellen, waarbij [eis.conv./verw.reconv.] heeft vermeld dat de nog openstaande gebreken onder meer de niet sluitende tuin- en voordeur betroffen en dat hij van de overige nog te herstellen punten foto’s aan V.N.V. zou mailen. Naar het oordeel van de rechtbank zijn de e-mails van 9 augustus 2021 en
8 september 2021 te beschouwen als een ingebrekestelling als bedoeld in artikel 6:82 BW, omdat uit beide e-mails blijkt dat [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. een redelijke termijn heeft gesteld om de door hem geconstateerde gebreken in het werk te herstellen. In zijn e-mail van 8 september 2021 heeft [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. bovendien uitdrukkelijk en in niet mis te verstane bewoordingen medegedeeld dat zij nog éénmaal de gelegenheid kreeg om de gebreken weg te nemen. Met deze mededeling moet het voor V.N.V. dus ook duidelijk zijn geweest dat dit haar laatste kans was om na te komen en dat zij in verzuim zou komen te verkeren als zij er niet uiterlijk op 23 september 2021 in zou slagen om de gebreken op te lossen. V.N.V. heeft op 16 september 2021 (herstel)werkzaamheden uitgevoerd, waarna [eis.conv./verw.reconv.] het werk van V.N.V. door [betrokken bedrijf] heeft laten keuren. Op basis van het rapport van [betrokken bedrijf] en de daarin genoemde gebreken (die op zijn minst voor een groot deel lijken te overlappen met de gebreken waarvoor [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. reeds eerder in gebreke had gesteld) stelt de rechtbank vast dat V.N.V. er met de op 16 september 2021 uitgevoerde (herstel)werkzaamheden niet in is geslaagd de gebreken in het werk deugdelijk te herstellen, zodat V.N.V. per 24 september 2021 op zijn minst ten aanzien van een aantal van de reeds eerder geconstateerde gebreken in verzuim is geraakt.
5.11.
Omdat V.N.V. per 24 september 2021 in verzuim is geraakt, doet niet meer ter zake dat V.N.V. na het rapport van [betrokken bedrijf] nog een herstelaanbod heeft gedaan. Ook het verweer van V.N.V. dat [eis.conv./verw.reconv.] steeds met nieuwe gebreken kwam, kan niet tot een ander oordeel leiden. V.N.V. heeft immers niet geconcretiseerd om welke gebreken dat dan zou gaan en welke gebreken definitief zouden zijn opgelost, zodat de rechtbank aan dit verweer voorbij gaat.
Schadevergoeding
5.12.
Nu V.N.V. is tekortgeschoten en in verzuim is geraakt, komt [eis.conv./verw.reconv.] vergoeding toe van de schade die hij door de tekortkoming van V.N.V. heeft geleden (artikel 6:74 BW). Op de mondelinge behandeling heeft [eis.conv./verw.reconv.] duidelijk gemaakt dat de schade die hij vordert de schade is als gevolg van de tekortkomingen, niet de schade als gevolg van de (gestelde) ontbinding. Aangezien met betrekking tot die ontbinding ook geen verklaring voor recht wordt gevorderd kan in het midden blijven of de overeenkomst tussen partijen is ontbonden (hetgeen V.N.V. betwist).
5.13.
[eis.conv./verw.reconv.] meent dat de schade die hij als gevolg van de tekortkoming van V.N.V. heeft geleden zich niet (volledig) in deze procedure laat begroten, vanwege prijsstijgingen in de bouw. Daarom vordert hij een voorschot vooruitlopend op een schadevergoeding op te maken bij staat.
5.14.
De rechtbank ziet geen aanleiding voor een verwijzing naar de schadestaatprocedure. Artikel 612 Rv brengt mee dat de rechter de schade in beginsel begroot in het vonnis waarin tot schadevergoeding wordt veroordeeld. Alleen als dit niet mogelijk is, wordt een veroordeling tot schadevergoeding op te maken bij staat uitgesproken. Naar het oordeel van de rechtbank kan de schade van [eis.conv./verw.reconv.] in deze procedure worden begroot. De schade van [eis.conv./verw.reconv.] moet immers worden begroot naar het schademoment, oftewel het moment waarop de schade van [eis.conv./verw.reconv.] is ingetreden. Dat is het moment waarop V.N.V. in verzuim is geraakt, namelijk 24 september 2021. Met het rapport van [betrokken bedrijf] en een door [eis.conv./verw.reconv.] overgelegde offerte van Serku Bouw- en Kozijntechniek die dateren van vlak na de datum van verzuim zijn er voldoende aanknopingspunten in het procesdossier aanwezig om de schade van [eis.conv./verw.reconv.] op grond van artikel 6:97 BW te begroten. De rechtbank zal de omvang van de schade van [eis.conv./verw.reconv.] daarom in deze procedure vaststellen en niet verwijzen naar de schadestaatprocedure. Het gevorderde voorschot zal om die reden ook niet worden toegewezen.
5.15.
De schade van [eis.conv./verw.reconv.] dient te worden begroot door een vergelijking te maken tussen de feitelijke situatie waarin [eis.conv./verw.reconv.] als gevolg van de tekortkoming van V.N.V. is komen te verkeren en de hypothetische situatie waarin deze tekortkoming achterwege zou zijn gebleven. In de hypothetische situatie waarin de tekortkoming van V.N.V. achterwege zou zijn gebleven, zou [eis.conv./verw.reconv.] de volledige aanneemsom van € 13.900,00 inclusief btw aan V.N.V. hebben betaald en zou hij deugdelijke kozijnen, dakramen en overige werkzaamheden hebben gehad. In de feitelijke situatie heeft [eis.conv./verw.reconv.] V.N.V. de helft van de aanneemsom, € 6.950,00 inclusief btw, betaald en heeft hij een gebrekkig resultaat. Om [eis.conv./verw.reconv.] in de hypothetische situatie te brengen, zullen de kozijnen en dakramen en het overige aan V.N.V. opgedragen werk dus in deugdelijke staat moeten worden gebracht en zal [eis.conv./verw.reconv.] € 6.950,00 moeten betalen. De schadevergoeding die V.N.V. moet betalen bestaat dus uit de kosten die [eis.conv./verw.reconv.] moet maken om een derde de kozijnen, dakramen en het overige aangenomen werk alsnog in deugdelijke staat te laten brengen minus € 6.950,00.
5.16.
[betrokken bedrijf] heeft de kosten voor herstel van de kozijnen, dakramen en het overigens opheffen van de geconstateerde gebreken in oktober 2021 geraamd op € 16.732,00. [14] [eis.conv./verw.reconv.] meent dat het niet mogelijk is om de kozijnen en dakramen zelf door een derde te laten herstellen. Andere bedrijven willen alleen werken met eigen gefabriceerde kozijnen en dakramen en niet met de kozijnen en dakramen die V.N.V. heeft geleverd, aldus [eis.conv./verw.reconv.] . Nu V.N.V. geen verweer heeft gevoerd tegen deze stelling van [eis.conv./verw.reconv.] , moet er vanuit worden gegaan dat de kosten die [eis.conv./verw.reconv.] moet maken om alsnog over deugdelijke kozijnen en dakramen te beschikken mede de kosten omvatten voor vervanging van de door V.N.V. geplaatste kozijnen en dakramen door nieuwe kozijnen en dakramen.
5.17.
Ter onderbouwing van de kosten voor het vervangen van de kozijnen en dakramen en het overigens opheffen van de geconstateerde gebreken heeft [eis.conv./verw.reconv.] twee offertes van Serku Bouw- en Kozijntechniek overgelegd: een offerte die dateert van november 2021 van € 28.700,00 inclusief btw en een offerte die dateert van juni 2022 van € 34.440,00 inclusief btw. [15] Omdat de schade van [eis.conv./verw.reconv.] moet worden vastgesteld naar het moment waarop V.N.V. in verzuim is geraakt (zie onder 5.14) en de offerte van Serku van november 2021 van € 28.700,00 inclusief btw vlak na dat moment is opgesteld, zal de rechtbank de schade van [eis.conv./verw.reconv.] op basis van deze offerte, die door V.N.V. niet is betwist, begroten.
5.18.
Concluderend komt de rechtbank tot het oordeel dat de door [eis.conv./verw.reconv.] geleden schade zal worden begroot op een bedrag van (€ 28.700,00 - € 6.950 =) € 21.750,00. De wettelijke rente over dit bedrag zal worden toegewezen vanaf 24 september 2021, de datum van verzuim.
5.19.
Nu reeds is overwogen dat V.N.V. aansprakelijk is voor de door [eis.conv./verw.reconv.] geleden schade en V.N.V. in dit vonnis zal worden veroordeeld tot vergoeding van die schade, heeft [eis.conv./verw.reconv.] geen belang bij de door bij de door hem gevorderde verklaring voor recht. Deze vordering zal daarom worden afgewezen.
Buitengerechtelijke kosten
5.20.
[eis.conv./verw.reconv.] maakt aanspraak op vergoeding van de buitengerechtelijke kosten. Volgens V.N.V. dient deze vordering te worden afgewezen, omdat [eis.conv./verw.reconv.] niet inzichtelijk heeft gemaakt welke werkzaamheden er in dit kader zijn uitgevoerd.
5.21.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [eis.conv./verw.reconv.] niet (voldoende onderbouwd) gesteld dat hij daadwerkelijk buitengerechtelijke kosten heeft gemaakt en dat die kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal daarom worden afgewezen.
Proceskosten
5.22.
V.N.V. zal als de in conventie in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [eis.conv./verw.reconv.] begroot op:
- kosten van de dagvaarding
131,17
- griffierecht
1.301,00
- salaris advocaat
1.532,00
(2 punten × tarief III € 766,00)
Totaal
2.964,17
5.23.
De wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen als gevorderd.
5.24.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is in het kader van deze procedure slechts toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment reeds kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.
5.25.
V.N.V. zal als de in reconventie in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [eis.conv./verw.reconv.] begroot op € 508,00 (2 punten x factor 0,5 x tarief I € 508,00) aan salaris advocaat.

6.De beslissing

De rechtbank
in conventie
6.1.
veroordeelt V.N.V. om aan [eis.conv./verw.reconv.] te betalen een bedrag van € 21.750,00, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf 24 september 2021 tot aan de dag der algehele voldoening,
6.2.
veroordeelt V.N.V. in de proceskosten, aan de zijde van [eis.conv./verw.reconv.] tot dit vonnis begroot op € 2.964,17, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag vanaf de veertiende dag na deze uitspraak tot de dag der algehele voldoening,
6.3.
veroordeelt V.N.V. in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat V.N.V. niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening,
6.4.
verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.5.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
6.6.
wijst de vordering af,
6.7.
veroordeelt V.N.V. in de proceskosten, aan de zijde van [eis.conv./verw.reconv.] tot dit vonnis begroot op € 508,00,
6.8.
verklaart dit vonnis in reconventie wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Boerwinkel en in het openbaar uitgesproken op 19 april 2023.

Voetnoten

1.Productie 6 bij dagvaarding.
2.Productie 8 bij conclusie van antwoord.
3.Productie 7 bij dagvaarding.
4.Productie 8 bij dagvaarding.
5.Productie 6 bij conclusie van antwoord.
6.Productie 6 bij conclusie van antwoord.
7.Productie 9 bij dagvaarding.
8.Nadere productie 14 aan de zijde van [eis.conv./verw.reconv.] .
9.Productie 10 bij dagvaarding.
10.Productie 12 bij dagvaarding.
11.Productie 2 bij dagvaarding.
12.Productie 9 bij dagvaarding, pagina’s 5 tot en met 10.
13.Productie 9 bij dagvaarding, pagina 11.
14.Productie 9 bij dagvaarding, pagina 11.
15.Productie 11 en productie 13 bij dagvaarding.