Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.De procedure
- de akte uitlating en tevens wijziging van eis van FBA
- de antwoordakte van Ovibell.
2.De feiten
“• De order wordt uitsluitend afgerekend via Plantion (…)• Op deze order zijn de algemene voorwaarden van HBN (2008) van toepassing (…).”
In deze offerte wordt de volgende toelichting gegeven bij de aangeboden planten:
“(…)
“(…)
“Nogmaals wij kunnen niet leveren eind week 1 (…) we hebben deze planten niet beschikbaar in de geoffreerde plantkenmerken (zoals bloeistadium). In week 1 bloeien deze planten nog niet, zoals aangeboden in de offerte.
“(…)- Option 1;
“(…)No it is not different as discussed, stop revolving around it. This is exactly why I want everything to be in writing, because you always want to refer things you believed were agreed orally. This is never the case, never going to happen. I also believe my e-mail was stated very clear. You can choose out of three options, which is all about the height of the buds. The three options are verry clear, it is all about the height of the buds. If we keep it as it is, and we have to deliver end of week 1, than the buds will not be stretched at all. Delivery from our greenhouse end of week 2, pick up begin week 3, means stretched buds just below leaves and some above. The last option (3) is trying to create the height of the buds as in option 2 into option 1, which causes the selling price to increase by € 0,18 per unit of product (…)Options are as the are on e-mail. We can agree on a solution which is stated and agreed on by e-mail or there will be no agreement at all and this means we will not deliver at all (…) We have not confirmed anything yet! Option 3 means different selling price. We have not jointly agreed anything, it is up to you.
2.17. FBA heeft daarop dezelfde dag per e-mail van 13.18 uur (productie 15 van FBA) uur als volgt geantwoord:
“(…)This photo’s is the status of option 3! (…) stretched buds just below leaves and a few above (…).”2.18. Ovibell heeft vervolgens om 14.03 uur per e-mail (productie 15 van FBA) het volgende aan FBA medegedeeld:
“(…)
(productie 15 van FBA) aan FBA medegedeeld:
“(…)
”I make a new order of this”.
Ovibell heeft de offerte van 18 december 2020 ondertekend retour gezonden naar FBA.
“(…) Speziell die Pflanzen wie im Bericht vom 09.01.21 Endkontrolle bleibt die Qualität wie besprochen mit [naam 1] und [naam 2] . Ca. 80% der Pflanzen sind nicht blühend über Laub (…) Die Kartons haben beim öffnen einen guten Grsamteindruck (6-8 Blüten sichtbar) der Rest is unter Laub
“(…) wie bereits telefonisch mit [naam 3](van Plantion, rechtbank)
besprochen, ist das Blühstadium war trotz kulturtechnischer Maßnahmen nicht wie vereinbart. Die Ware ist von unserem Kunden trotz Mangel angenommen worden. Voraussetzung dafür waren: Ware erst einmal verkaufen. Freitag dieser Woche wird die Ware noch einmal preisreduziert. Nicht verkaufte Pflanzen werden belastet (…).”
€ 156.928,10.
3.De vorderingen en het verweer
Tussen haar en Ovibell is een overeenkomst tot stand gekomen met de inhoud als vastgelegd in de door Ovibell voor akkoord ondertekende orderbevestiging van 18 december 2020.
FBA heeft diverse keren getracht in onderling overleg tot een minnelijke regeling met Ovibell te komen. Zo zijn er eerst tussen partijen diverse e-mails gewisseld en gesprekken gevoerd, al dan niet door tussenkomst van Plantion, en is Ovibell meerdere malen door FBA gesommeerd om tot betaling over te gaan. Op grond van het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten maakt zij jegens Ovibell aanspraak op een bedrag van
€ 2.115,98. Ovibell is aan haar op grond van artikel 9 lid 11 van het Bedrijfsreglement van Plantion de wettelijke handelsrente verschuldigd vanaf dag 1 nadat de producten zijn afgeleverd.
De door FBA aan haar in week 2 en 5 geleverde Helleborusplanten (die bestemd waren voor Aldi) voldeden niet aan de koopovereenkomst van 17 december 2020.
4.De beoordeling in conventie
18 december 2020 al dan niet door bemiddeling van Plantion tot stand zijn gekomen en of de algemene voorwaarden van Plantion gebruikelijk zijn in de betreffende branche. Plantion bedingt immers toepasselijkheid van haar Bedrijfsreglement in de overeenkomst met de koper en/of de verkoper. De sprong - via artikel 15 van het Bedrijfsreglement - naar toepasselijkheid van het Bedrijfsreglement in de relatie tussen koper en verkoper zonder dat dit tussen hen is overeengekomen is een brug te ver.
het toepasselijke procesrecht
lex forivan toepassing is.
De tweede overeenkomst betreft de levering van Helleborus planten met potmaat 12, te leveren in twee tranches, een in week 2 en een in week 5 van 2021 (de orderbevestiging van 18 december 2020).
“1 De verkoper dient zaken af te leveren waarvan de hoeveelheid, de kwaliteit en de omschrijving voldoen aan de in de overeenkomst gestelde eisen (…)
Op grond van artikel 58 lid 3 van het Weens Koopverdrag is de koper niet verplicht tot betaling van de koopprijs voordat hij gelegenheid heeft gehad de zaken te keuren.
“Indien de zaken niet beantwoorden aan de overeenkomst en ongeacht of de prijs reeds is betaald, kan de koper de prijs verlagen in dezelfde verhouding als waarin de waarde die de feitelijk afgeleverde zaken hadden op het tijdstip van aflevering staat tot de waarde die wel aan de overeenkomst beantwoordende zaken op dat tijdstip zouden hebben gehad.”
Please keep in mind that we can only ensure the height of the stretched bud, the numbers of open flowers in the whole batch depends on climate on witch we have no influence.”
“en uiteraard doen wij ons stinkende best en stellen we alles in staat om de aankomende order zo visueel mogelijk uit te leveren”.Uit dit e-mailbericht (waarin niet wordt verwezen naar foto’s) kan immers niet worden afgeleid dat FBA daarmee zou hebben bevestigd dat zou zijn afgesproken dat de planten er bij aflevering zouden uitzien zoals door Ovibell wordt gewenst. Dit alles klemt temeer nu uit de door Ovibell niet geciteerde inhoud van deze e-mail blijkt dat er nog steeds sprake was van een serieus verschil van mening tussen FBA en Ovibell over hetgeen FBA wenste te offreren en hetgeen volgens Ovibell met FBA zou zijn afgesproken. Met de hiervoor weergegeven slotzin was dit verschil van mening allerminst opgelost.
“Do your best for Kw 5-2021. All Plants for this Action must be minimum 1 Flower over the leafs”en dat FBA op deze e-mail niet heeft gereageerd met de mededeling dat dit niet mogelijk is c.q. niet overeengekomen is.
4.45. De rechtbank gaat aan dit betoog voorbij op grond van het volgende.
Ovibell zou, indien zij de orderbevestiging van 18 december 2020 had vergeleken met de niet door Ovibell ondertekende orderbevestiging van 8 mei 2020, hebben kunnen zien dat de tekst achter de toelichting in beide gevallen hetzelfde was. Ook zonder kennis van de Nederlandse taal had Ovibell - bijvoorbeeld met behulp van Google - de zin:
“Enkele planten staan al in bloei”kunnen vertalen en kunnen constateren dat de orderbevestiging van 18 december 2020 afweek van hetgeen zij (naar haar stellingen) dacht met FBA overeengekomen te zijn. En tot slot geldt dat Ovibell geen orderbevestiging moet ondertekenen als zij niet begrijpt wat daarin staat, zeker niet in een geval als dit waarin zij – gelet op de gevoerde uitvoerige discussie – bedacht moet zijn op de mogelijkheid dat het aanbod van FBA wat betreft de mate van ontwikkeling van de te leveren planten niet zou aansluiten bij haar wensen. De daardoor ontstane problemen komen dan ook voor rekening en risico van Ovibell.
4.47. Onder deze omstandigheden en mede gelet op de aan de orderbevestiging van
18 december 2020 voorafgaande reacties van FBA op wensen van Ovibell, behoefde FBA niet nog eens expliciet aan Ovibell kenbaar te maken dat zij niet aan de eisen van Ovibell als verwoord in de e-mail van 13 januari 2021 zou voldoen.
18 december 2020.
Dit wordt niet anders doordat FBA in week 5 minder planten heeft geleverd dan in de orderbevestiging van 18 december 2020 stond vermeld. Aan Ovibell zijn immers niet méér planten in rekening gebracht dan aan haar zijn geleverd.
FBA heeft in haar akte uitlating en tevens wijziging van eis wederom aangevoerd dat zij in week 5 90.944 planten aan Ovibell heeft geleverd. Anders dan FBA stelt, valt dit niet aanstonds af te leiden uit de lijst die als bijlage 4 bij productie 33 is gevoegd en al evenmin uit het als productie 38 overgelegde aanvoerdocument van Plantion. Het is niet aan de rechter om aan de hand van een rekenexercitie te moeten vaststellen of deze stelling van FBA juist is. Daarmee heeft FBA haar stelling dat zij 90.944 planten aan Ovibell heeft geleverd onvoldoende onderbouwd.
Nu FBA dit onderdeel van haar vordering heeft gebaseerd op een hoger bedrag dan is toegewezen, zal de rechtbank overeenkomstig het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten de voor vergoeding in aanmerking komende buitengerechtelijke kosten vaststellen op € 2.103,78.
Overigens moet FBA geacht worden wel een factuur aan Ovibell te hebben verzonden. Immers, Plantion, die in deze als hulppersoon van FBA is opgetreden, heeft bij factuur van
4 februari 2021 aan Ovibell de aan haar geleverde planten in rekening gebracht.
Hieraan doet niet af dat Plantion voor de in week 5 geleverde planten ten behoeve van Ovibell een creditnota heeft opgesteld omdat Ovibell de rekening niet wilde betalen. Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt immers dat Ovibell ten onrechte betaling achterwege heeft gelaten.
3.760,00(2 punten × tarief € 1.880,00)
5.De beoordeling in reconventie
€ 1.183,00 ter zake van salaris advocaat (2,0 punten × factor 0,5 × tarief € 1.183,00).
6.De beslissing
art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling, in dien betaling binnen voormelde termijn achterwege mocht blijven,