Uitspraak
1.De procedure
2.Het wrakingsverzoek
3.De beoordeling
Aan deze procedure is een informatiebeschikkingsprocedure voorafgegaan (…). De huidige zetel, had (gedeeltelijk) ook zitting in de informatiebeschikkingsprocedure. Ik heb gemeend u hiervan in kennis te moeten stellen.’ Hierop heeft de rechtbank met een brief van 31 maart 2022 gereageerd met de mededeling dat de rechtbank in de brief van 2 februari 2022 geen aanleiding zag voor een reactie. Door omstandigheden heeft de zitting van 11 april 2022 geen doorgang gevonden, evenals de, nadien geplande, zitting op 17 augustus 2022. Met een brief van 28 april 2023 heeft de rechtbank laten weten dat de zaken behandeld zouden worden op 5 juni 2023. Daarbij werd de samenstelling van de zittingscombinatie gewijzigd, maar de rechter bleef van de combinatie deel uitmaken. Verder stond in de brief van 28 april 2023 evenals in de brief van 31 januari 2022: ‘
De namen van de rechters zijn nog niet definitief. Het kan zijn dat uw zaak nog aan (een) andere rechter(s) wordt toegedeeld. De uiteindelijke toedeling vindt namelijk vlak voor zitting plaats.’ Verder staat in de brief dat de zetel ‘
2 werkdagen voor de zitting’ definitief wordt vastgesteld en dat als verzoeker niet twee werkdagen voor de zitting per brief is geïnformeerd over een wijziging, dit betekent dat de combinatie niet is gewijzigd. Vaststaat dat een dergelijke, als laatstegnoemde brief niet is verstuurd.