Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling
‘uit als een neurocognitieve stoornis met daaruit voortkomende significante beperkingen overeenkomstig die van een psychogeriatrische aandoening of een verstandelijke handicap’. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat bij de vraag of de Wvggz of de Wzd van toepassing is, niet doorslaggevend is welke aandoening op de voorgrond staat maar welke zorgbehoefte de betrokkene heeft. De rechtbank overweegt dat in deze zorgbehoefte in voldoende mate kan worden voorzien in de [naam kliniek] . Naast dat de [naam kliniek] een Wvggz-accommodatie is en om die reden expertise bezit in de behandeling van Korsakov, de alcoholverslaving en de persoonlijkheidsverandering, heeft de [naam kliniek] ook de mogelijkheid om betrokkene 24-uurstoezicht en zorg in de nabijheid te bieden. De rechtbank concludeert dat in de huidige accommodatie voldoende in de zorgbehoefte van betrokkene kan worden voorzien en dat om die reden op dit moment de Wvggz van toepassing is. Daarbij merkt de rechtbank op dat in deze situatie sprake is van een zogenoemde “overgangsmachtiging”. [1] De Hoge Raad heeft in zijn arrest bepaald dat het belang van continuïteit van zorg in een vertrouwde omgeving kan meebrengen dat voor een betrokkene een machtiging wordt verleend onder het regime van zijn vertrouwde omgeving, dus de instelling waar hij verblijft, indien het verlenen van die machtiging bijdraagt aan een soepele overplaatsing van de betrokkene naar (een instelling met) het andere regime. De Hoge Raad acht dit slechts toelaatbaar indien de machtiging wordt verleend met het oog op een reeds voorziene overgang van betrokkene naar een instelling met het andere regime en voor een daarop toegesneden beperkte duur.
3.Beslissing
[naam betrokkene], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen als genoemd in 2.7. kunnen worden getroffen;
30 augustus 2024.