Uitspraak
1.[gedaagde 1] ,
2.
[gedaagde 2],
1.De procedure
2.De feiten
€ 20.000,00 aan de Gemeente moet betalen.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak vordert de Gemeente Zevenaar betaling van een boete van € 20.000,00 van [gedaagde 1] wegens het niet nakomen van een realisatie-overeenkomst uit 2007, waarin was afgesproken dat [gedaagde 1] 12 woningen zou bouwen die aan de KAN-normering 2003 moesten voldoen. De Gemeente stelt dat [gedaagde 1] de woningen niet heeft gebouwd en dat zij daarom de boete verschuldigd is. [gedaagde 1] heeft de woningen niet gebouwd en heeft in 2020 het perceel verkocht aan een derde partij zonder de Gemeente hierover te informeren. De Gemeente heeft vervolgens een vaststellingsovereenkomst gesloten met [gedaagde 1] waarin de betalingsverplichting is vastgelegd. [gedaagde 1] heeft echter de betaling opgeschort, omdat zij meent dat de Gemeente onrechtmatig heeft gehandeld door heimelijk de bouwvergunning aan de projectontwikkelaar te verstrekken. De kantonrechter oordeelt dat de Gemeente niet onrechtmatig heeft gehandeld en dat de vordering van de Gemeente toewijsbaar is. De rechter wijst de vordering tot betaling van de boete en de proceskosten toe, en verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.