Uitspraak
procesadvocaat: mr. I.M.C.A. Reinders Folmer.
1.De procedure
2.De feiten
€ 4.750,00 overgemaakt van de rekening van [eiser] naar een door hem ‘voor [eiser] ’ aangemaakt account in Coinbase. Hierna verdween het geld naar een ‘wallet’.
€ 6.000,00 overmaakte van de (spaar)rekening van [eiser] naar de account op Coinbase, waarna het verdween naar een wallet.
3.Het geschil
4.De beoordeling
ING heeft onvoldoende maatregelen getroffen om er voor te zorgen dat [eiser] niet nogmaals kon worden opgelicht en heeft niet voldaan aan haar informatieplicht. Daarom is ING jegens haar aansprakelijk en dient de schade van € 18.250,00 vergoed te worden, aldus [eiser] .
Wat daarvan ook zij, als er al sprake zou zijn van een betaalinstrument als bedoeld in dit artikel, kan [eiser] haar vordering niet op dit artikel baseren. Volgens artikel 7:528 BW is de betaaldienstverlener (hier: ING ) immers niet gehouden tot terugbetaling in gevallen van toegestane betalingstransacties. Vast staat dat [eiser] de door James opgegeven verhoging van de kredietlimiet en de betaalopdrachten zelf heeft bevestigd via haar app en dus de transacties heeft toegestaan.
De derde grondslag die [eiser] noemt betreft het onzorgvuldig handelen van ING en het schenden van de bancaire zorgplicht. Enerzijds door [eiser] onvoldoende te informeren, anderzijds door onvoldoende beveiligingsmaatregelen te nemen.
[eiser] kan zich niet herinneren deze melding gezien te hebben. Dat [eiser] door de stressvolle situatie een en ander niet bewust gezien heeft, is mogelijk en uiteraard spijtig, maar dat kan zij niet aan ING verwijten. De medewerkster met wie [eiser] gesproken heeft mocht er van uit gaan dat [eiser] deze informatie had gezien en gelezen. Hoewel het geen kwaad had gekund en voor [eiser] wenselijk was geweest als deze informatie voor de zekerheid nog een keer aan [eiser] was meegedeeld, is het achterwege blijven van deze mededeling geen onrechtmatige onzorgvuldigheid.
ING voert aan dat uit het gevoerde telefoongesprek niet blijkt van de emoties die [eiser] noemt. Voor de medewerkster klonk [eiser] rustig en gaf ze concrete en adequate antwoorden, terwijl [eiser] zelf aangaf dat ze dom was geweest en wist dat de dader nog een keer zou bellen. De medewerkster heeft gewaarschuwd dat [eiser] geen toegang tot haar pc en haar rekening mocht geven en dat werd door [eiser] bevestigd, zodat er ook geen reden was voor verdere waarschuwingen, aldus ING .
Er is geen reden om er aan te twijfelen dat [eiser] later op de dag, bij de tweede oplichting door James , in paniek en wanhopig was, maar dit kan zij niet aan de gedragingen van ING of het nalaten daarvan wijten.
5.De beslissing
12 april 2023.