ECLI:NL:RBGEL:2024:1235
Rechtbank Gelderland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake wildobservatieplaats Staatsbosbeheer
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster afgewezen. Het verzoek betreft de vernieuwing en uitbreiding van een wildobservatieplaats door Staatsbosbeheer. De voorzieningenrechter oordeelt dat de zaak juridisch te complex is voor een voorlopig rechtmatigheidsoordeel en volstaat met een belangenafweging. De voorzieningenrechter weegt de belangen van verzoekster, die pleit voor het treffen van een voorlopige voorziening, tegen de belangen van het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland en Staatsbosbeheer, die pleiten tegen het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter concludeert dat de belangen van het college en Staatsbosbeheer zwaarder wegen dan die van verzoekster, en wijst het verzoek af.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 29 februari 2024 behandeld. Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland, dat op 10 januari 2024 ontheffing verleende voor het beschadigen van voortplantingsplaatsen van beschermde diersoorten. De voorzieningenrechter stelt vast dat de werkzaamheden al in volle gang zijn en dat er geen spoedeisend belang is voor het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter wijst erop dat de belangen van Staatsbosbeheer bij de voortgang van de werkzaamheden zwaarder wegen dan de belangen van verzoekster, die vreest voor nadelige gevolgen voor de natuur. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af en concludeert dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van griffierecht.