In deze zaak gaat het om een verzetprocedure tegen een verstekvonnis dat op 6 januari 2023 is uitgesproken tussen DLD Advocaten B.V. en [eiseres]. De hoofdzaak betreft onbetaald gelaten facturen voor juridische bijstand door DLD, waarbij [eiseres] stelt dat DLD tekortgeschoten is in de nakoming van de overeenkomst van opdracht. De rechtbank oordeelt dat DLD de zorg van een goed opdrachtnemer in acht heeft genomen en dat de facturen onverminderd verschuldigd zijn. De vordering van [eiseres] om het verstekvonnis te vernietigen wordt afgewezen.
Daarnaast is er een vrijwaringszaak tegen DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringsmaatschappij N.V., waarin [eiseres] vordert dat DAS de kosten van DLD vergoedt. DAS heeft een beroep gedaan op een uitsluitingsgrond in de algemene voorwaarden, die door de rechtbank als geldig wordt beschouwd. De rechtbank oordeelt dat DAS terecht een beroep heeft gedaan op de uitsluitingsclausule, omdat het geschil verband houdt met de verkoop van de verzekerde onderneming. De vordering van [eiseres] in de vrijwaringszaak wordt afgewezen.
De rechtbank bekrachtigt het verstekvonnis en wijst de vorderingen van [eiseres] in zowel de hoofdzaak als de vrijwaringszaak af. [eiseres] wordt in de proceskosten veroordeeld.