In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, wordt het beroep van eiseres tegen de ontheffing voor het doden van de vos op grond van de Wet natuurbescherming (Wnb) behandeld. Eiseres is het niet eens met de goedkeuring van het 'Faunabeheerplan vos 2021-2027' en de verleende ontheffing, die door het college van gedeputeerde staten van Gelderland is afgegeven. De rechtbank heeft op 28 september 2023 de zaak behandeld, waarbij eiseres en de gemachtigden van het college en de derde-partij aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat de ontheffing deugdelijk gemotiveerd is en in stand kan blijven. Het college heeft voldoende aangetoond dat het doden van de vos noodzakelijk is voor de bescherming van weidevogels en andere bodembroedende vogels. Eiseres heeft verschillende beroepsgronden aangevoerd, maar de rechtbank concludeert dat er geen andere bevredigende oplossing is om de vos te bestrijden. De rechtbank wijst erop dat de ontheffing niet in strijd is met het streven om de vos in zijn natuurlijke verspreidingsgebied in een gunstige staat van instandhouding te laten voortbestaan. Het beroep van eiseres wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat zowel de ontheffing als de goedkeuring van het faunabeheerplan in stand blijven.
De uitspraak benadrukt het belang van het doden van de vos in het kader van de bescherming van kwetsbare vogelsoorten en de noodzaak van een combinatie van maatregelen om de achteruitgang van weidevogels tegen te gaan. Eiseres krijgt geen gelijk en er wordt geen vergoeding van proceskosten toegekend.