ECLI:NL:RBGEL:2024:6988
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van openlijke geweldpleging en niet-ontvankelijkheid benadeelde partij
In de zaak tegen de verdachte, geboren in 1985, heeft de rechtbank Gelderland op 14 oktober 2024 uitspraak gedaan. De verdachte was beschuldigd van openlijke geweldpleging, gepleegd op of omstreeks 1 april 2023 in [plaats]. De officier van justitie eiste een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand en 150 uur taakstraf. De verdediging pleitte voor vrijspraak. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte enige bijdrage aan het geweld had geleverd. De verklaringen van de aangever werden als onbetrouwbaar beschouwd en de getuige kon de verdachte niet identificeren. Hierdoor werd de verdachte integraal vrijgesproken van de tenlastelegging. Tevens werd de benadeelde partij, [slachtoffer], niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, omdat er geen bewezenverklaring was. Het vonnis werd uitgesproken door een meervoudige kamer van de rechtbank, met mr. F.E. Venema als voorzitter.