ECLI:NL:RBGEL:2024:7036

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
16 oktober 2024
Publicatiedatum
16 oktober 2024
Zaaknummer
105048-24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Online-handelsfraude met valse documenten via Telegram

Op 16 oktober 2024 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met een medeverdachte gedurende drie maanden online-handelsfraude heeft gepleegd. De verdachte fungeerde als geldezel en ontving betalingen van slachtoffers die dachten dat zij valse diploma's, rijbewijzen of andere documenten zouden ontvangen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 9 april 2023 tot en met 9 juli 2023 betrokken was bij het verkopen van valse documenten via Telegram, waarbij hij meerdere slachtoffers heeft bewogen tot betaling van aanzienlijke geldbedragen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van een beroep of gewoonte maken van het verkopen van goederen en diensten met het oogmerk om zonder volledige levering zich van de betaling te verzekeren. De verdachte heeft verklaard dat hij wist dat het om oplichtingspraktijken ging en dat hij een vergoeding ontving voor zijn diensten. De rechtbank legde een taakstraf op van 160 uren op, waarvan een deel voorwaardelijk, en hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn eerdere drugsverslaving en zijn huidige stabiele situatie.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/105048-24
Datum uitspraak : 16 oktober 2024
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1998 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] , [postcode] [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode tussen 9 april 2023 tot en met 9 juli 2023 te [woonplaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen en/of het verlenen van diensten tegen betaling, door (telkens) op Telegram een advertentie te plaatsen voor het leveren van goederen en/of het verlenen van diensten, te weten het aanbieden van:
‐ (verschillende soorten) rijbewijzen en/of
‐ (verschillende soorten) vaarbewijzen en/of
‐ (geregistreerde) PCR‐testen en/of
‐ (geregistreerde) vaccinatiebewijzen, dan wel vaccinatiepaspoorten en/of
‐ (verschillende soorten) VCA‐certificaten en/of
‐ (verschillende soorten) BKR‐registraties en/of
‐ (verschillende soorten) diploma’s en/of
‐ (verschillende vormen van) schuldkwijtscheldingen via BKR en/of via DUO
en zodoende
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 9 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 10 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 2] op of omstreeks 14 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 1] op of omstreeks 20 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 3] op of omstreeks 2 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 4] op of omstreeks 3 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 5] op of omstreeks 15 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 700 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 6] op of omstreeks 22 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 30 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 8] op of omstreeks 5 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 2] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 125 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 9] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 10] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 11] op of omstreeks 10 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 500 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 12] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 13] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 3] op of omstreeks 2 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 450 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 14] op of omstreeks 9 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag
in elk geval genoemd(e) persoon/personen (telkens) heeft bewogen tot de betaling van voornoemd(e) geldbedrag(en), met het oogmerk om zonder volledige levering zich en/of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte] en/of een of meer onbekend gebleven daders in of omstreeks de periode tussen 9 april 2023 tot en met 9 juli 2023 te [woonplaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,
een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen en/of het verlenen van diensten tegen betaling, door (telkens) op Telegram een advertentie te plaatsen voor het leveren van goederen en/of het verlenen van diensten, te weten het aanbieden van:
‐ (verschillende soorten) rijbewijzen en/of
‐ (verschillende soorten) vaarbewijzen en/of
‐ (geregistreerde) PCR‐testen en/of
‐ (geregistreerde) vaccinatiebewijzen, dan wel vaccinatiepaspoorten en/of
‐ (verschillende soorten) VCA‐certificaten en/of
‐ (verschillende soorten) BKR‐registraties en/of
‐ (verschillende soorten) diploma’s en/of
‐ (verschillende vormen van) schuldkwijtscheldingen via BKR en/of via DUO
en zodoende
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 9 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 10 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 2] op of omstreeks 14 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 1] op of omstreeks 20 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 3] op of omstreeks 2 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 4] op of omstreeks 3 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 5] op of omstreeks 15 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 700 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 6] op of omstreeks 22 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 30 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 8] op of omstreeks 5 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 2] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 125 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 9] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 10] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 11] op of omstreeks 10 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 500 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 12] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 13] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [bedrijf 3] op of omstreeks 2 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 450 euro, althans enig geldbedrag, en/of
‐ [slachtoffer 14] op of omstreeks 9 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro, althans enig geldbedrag,
in elk geval genoemd(e) persoon/personen (telkens) heeft bewogen tot de betaling van voornoemd(e) geldbedrag(en), met het oogmerk om zonder volledige levering zich en/of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren, bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte in of omstreeks de periode van 9 aptil 2023 tot en met 9 juni 2023 te Arnhem, althans in Nederland, (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door:
‐ een of meer betaalverzoek(en) te sturen naar [medeverdachte] , die vervolgens dit/deze stuurde naar voornoemd(e) person(en) en/of
‐ vervolgens via een of meer betaalverzoek(en) afkomstig van [medeverdachte] geldbedrag(en) over te maken naar een bankrekeningnummer op naam van [medeverdachte] en/of
- zijn, verdachtes, bankrekening ter beschikking te stellen aan die [medeverdachte] .
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het primair tenlastegelegde feit.
Beoordeling door de rechtbank
In juli 2023 werd door de politie onderzoek verricht naar de illegale handel in diploma’s. Op Telegram werden onder de groepsnaam ‘ [groepsnaam] ’ valse documenten aangeboden. Verbalisant trof een Telegram bericht aan van ene [naam] . Het bericht was een advertentie waarin rijbewijzen, vaarbewijzen, PCR-testen, vaccinatiebewijzen dan wel vaccinatiepaspoorten, VCA‐certificaten, BKR‐registraties, diploma’s en schuldkwijtscheldingen via het BKR en via DUO werden aangeboden. Medeverdachte [medeverdachte] heeft deze advertentie in deze groep en in andere groepen op Telegram geplaatst. [2] Kopers konden voor een bestelling via het telefoonnummer [telefoonnummer] contact opnemen met [naam] . De betalingen werden voldaan middels een betaalverzoek. [3]
Uit de details van de transactie blijkt dat de betalingen werden gedaan via het rekeningnummer [rekeningnummer] . De rekeninghouder was [verdachte] , geboren [geboorteplaats] 1988, woonachtig in [woonplaats] . [4] Het telefoonnummer [telefoonnummer] kon worden gekoppeld aan medeverdachte [medeverdachte] . [5]
De verklaring van verdachte
Verdachte heeft verklaard dat [medeverdachte] hem heeft gevraagdom geldbedragen voor hem, [medeverdachte] , te innen. Hier stond een vergoeding tegenover. Verdachte wist dat het om transacties betreffende oplichtingspraktijken ging. [6] Verdachte stuurde betaalverzoeken met de afgesproken bedragen en omschrijvingen naar [medeverdachte] . [medeverdachte] stuurde de betaalverzoeken door naar de klanten. Verdacht heeft verklaard dat de personen en bedragen die op tenlastelegging staan, corresponderen met de bedragen die hij op zijn rekening heeft ontvangen. Het grootste deel van de geldbedragen werd dan weer middels betaalverzoeken overgemaakt naar de bankrekening van [medeverdachte] . Het resterende bedrag mocht verdachte houden. Hij verdiende per transactie € 50,00 tot € 200,00. [7] Door verdachte is in de periode van 9 april 2023 tot en met 9 juli 2023 in totaal € 6.600,00 op de rekening van [medeverdachte] overgemaakt. Verdachte heeft voor zijn diensten € 1.725,00 ontvangen. [8]
Medeplegen
Het initiatief tot samenwerking ging uit van [medeverdachte] . Hij heeft verdachte benaderd en hem overgehaald om zijn medewerking te verlenen aan de illegale praktijken. Verdachte heeft een actieve bijdrage geleverd aan het strafbare feit door op instructie van [medeverdachte] de betaalverzoeken aan te maken en de betalingen te beheren, terwijl [medeverdachte] de correspondentie met de klanten voerde en de gegevens aan verdachte doorgaf. De rechtbank stelt vast dat sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachte die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering.
Beroep of gewoonte en oogmerk
Voor bewezenverklaring van dit onderdeel van de tenlastelegging is vereist dat verdachte meermalen gelijksoortige feiten heeft verricht. Het moet daarbij gaan om een veelvoud van feiten die niet slechts toevallig op elkaar volgen, maar onderling in zeker verband staan. Gelet op de hoeveelheid verschillende slachtoffers (17) en de regelmaat van de transacties (19) afgezet tegen de pleegperiode van drie maanden, stelt de rechtbank vast dat verdachte en zijn medeverdachte een beroep of gewoonte hebben gemaakt van het verkopen van goederen en diensten, met het oogmerk om zonder levering zich van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren.
Geautomatiseerd werk
Telegram is een digitale berichtendienst, waarmee gebruikers via internet berichten, foto's, video’s en bestanden kunnen uitwisselen. De Telegramgroep “ [groepsnaam] ” met 3.844 leden, waarin medeverdachte de goederen en diensten aanbood, kan in dit verband worden aangemerkt als geautomatiseerd werk in de zin van artikel 326e Sr.
Conclusie
De rechtbank acht samenvattend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het primair ten laste gelegde feit.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij in
of omstreeksde periode tussen 9 april 2023 tot en met 9 juli 2023 te [woonplaats]
, althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een ander
, althans alleen,een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen en
/ofhet verlenen van diensten tegen betaling, door (telkens) op Telegram een advertentie te plaatsen voor het leveren van goederen en
/ofhet verlenen van diensten, te weten het aanbieden van:
‐ (verschillende soorten) rijbewijzen en
/of
‐ (verschillende soorten) vaarbewijzen en
/of
‐ (geregistreerde) PCR‐testen en
/of
‐ (geregistreerde) vaccinatiebewijzen, dan wel vaccinatiepaspoorten en
/of
‐ (verschillende soorten) VCA‐certificaten en
/of
‐ (verschillende soorten) BKR‐registraties en
/of
‐ (verschillende soorten) diploma’s en
/of
‐ (verschillende vormen van) schuldkwijtscheldingen via BKR en
/ofvia DUO
en zodoende
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 9 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 1] op of omstreeks 10 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 2] op of omstreeks 14 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [bedrijf 1] op of omstreeks 20 april 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 3] op of omstreeks 2 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 4] op of omstreeks 3 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 5] op of omstreeks 15 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 700 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 6] op of omstreeks 22 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 30 mei 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 8] op of omstreeks 5 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 300 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 7] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro
, althans enig geldbedrag,en/of
‐ [bedrijf 2] op of omstreeks 8 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 125 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 9] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 10] op of omstreeks 9 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 600 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 11] op of omstreeks 10 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 500 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 12] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 13] op of omstreeks 16 juni 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 250 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [bedrijf 3] op of omstreeks 2 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 450 euro
, althans enig geldbedrag,en
/of
‐ [slachtoffer 14] op of omstreeks 9 juli 2023, heeft bewogen tot betaling van een geldbedrag van 350 euro,
althans enig geldbedrag
in elk geval genoemd(e) persoon/personen (telkens) heeft bewogen tot de betaling van voornoemd(e) geldbedrag(en),met het oogmerk om zonder volledige levering zich en
/ofeen ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
primair:
medeplegen van een beroep of gewoonte maken van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen of verlenen van diensten tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een taakstraf van 160 uren.
Het standpunt van de verdachte
Verdachte heeft zich tegen het opleggen van een taakstraf verzet. Hij geeft de voorkeur aan een voorwaardelijke straf omdat er volgens hem geen recidiverisico is.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich samen met zijn medeverdachte gedurende een periode van drie maanden schuldig gemaakt aan het plegen van online-handelsfraude, waarbij hij als geldezel fungeerde voor het in ontvangst nemen van betalingen van anderen, die meenden daardoor een vals diploma, vals rijbewijs of ander vals document en/of registratie te ontvangen.
Wat er ook zij van (de dubieuze aard van) de aangeboden producten en diensten, verdachte heeft samen met zijn medeverdachte een groot aantal mensen gedupeerd door wel geld te incasseren, maar de daar tegenoverstaande prestatie niet te leveren. Met deze handelswijze hebben zij de mensen die zaken met hen deden via de Telegramgroep financiële schade berokkend. Het initiatief lag bij zijn medeverdachte, maar verdachte heeft door zich als geldezel beschikbaar te stellen, een wezenlijke (maar in verhouding tot zijn medeverdachte, kleinere) bijdrage geleverd aan een in meerdere opzichten zeer kwalijke fraudepraktijk.
De persoon en persoonlijke omstandigheden van verdachte
Verdachte heeft een vaste baan en een regelmatig inkomen. Hij heeft vijf jaar onder bewind gestaan, maar heeft nu zijn leven weer op de rit. Hij krijgt ondersteuning bij het beheer van zijn financiën en heeft een eerdere drugsverslaving kunnen overwinnen.
Uit het uittreksel van de justitiële documentatie betreffende verdachte van 23 augustus 2024 blijkt dat verdachte eerder in aanraking is gekomen met politie en justitie, maar dat van recidive geen sprake is. Artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht is van toepassing.
Conclusie
Gelet op het voorgaande en gelet op de straffen die bij soortgelijke feiten in de regel worden opgelegd, acht de rechtbank de hoogte van de door de officier van justitie geëiste taakstraf passend, maar zal zij vanwege een andere weging van de persoonlijke omstandigheden van verdachte, een deel van die straf voorwaardelijk opleggen. Dat voorwaardelijke strafdeel dient er vervolgens toe om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst wederom strafbare feiten te plegen.
De rechtbank legt aan verdachte op een taakstraf op van 160 uren, subsidiair 80 dagen hechtenis, waarvan 60 uren subsidiair 30 dagen hechtenis voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren.

8.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 47, 63 en 326e van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 legt op een taakstraf van 160 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 80 dagen;
 bepaalt dat een gedeelte van deze taakstraf, te weten 60 uren, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten in het geval verdachte zich voor het einde van de proeftijd van twee jaren schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A. van Leeuwen (voorzitter), mr. M.M. Klaasen en
mr. S. Jansen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. U. Posthumus, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 16 oktober 2024.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2023275225, gesloten op 5 februari 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Verhoor van medeverdachte [medeverdachte] , p. 174 t/m 180.
3.Proces-verbaal Heimelijke informatie inwinning, p. 22 t/m 25.
4.Proces-verbaal van bevindingen, p. 45.
5.Proces-verbaal van bevindingen, p. 47.
6.Verklaring verdachte ter terechtzitting van 2 oktober 2024.
7.Verklaring verdachte ter terechtzitting van 2 oktober 2024.
8.Verklaring verdachte ter terechtzitting van 2 oktober 2024 en proces-verbaal van bevindingen, p. 159 t/m 160.