ECLI:NL:RBGEL:2024:8732

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 oktober 2024
Publicatiedatum
9 december 2024
Zaaknummer
05.002681.24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opruiing jegens een politicus middels het plaatsen van een tweet

Op 29 oktober 2024 heeft de politierechter van de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van opruiing. De zaak betreft een tweet die de verdachte op 15 juni 2022 heeft geplaatst, waarin hij opruiende en bedreigende taal gebruikte tegen een politicus. De officier van justitie eiste een taakstraf van 100 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken. De verdediging pleitte voor rekening te houden met de kwetsbare medische situatie van de verdachte en de impact van de aanhouding op hem. De politierechter oordeelde dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan opruiing, maar hield rekening met zijn blanco strafblad, zijn schuldbewustzijn en de gevolgen van de aanhouding. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 1.000,-, die bij niet-betaling omgezet kan worden in 20 dagen hechtenis. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats: Zutphen
Parketnummer: 05.002681.24
Datum uitspraak: 29 oktober 2024
Tegenspraak
vonnis van de politierechter
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1956 in [geboorteplaats] , wonende aan de [adres] in [postcode] [woonplaats] .
Raadsman: mr. A.H.T. de Haas, advocaat in Putten.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

hij op of omstreeks 15 juni 2022 te Apeldoorn en/of te ‘s-Gravenhage, althans in Nederland, in het openbaar bij geschrift en/of bij afbeelding tot enig strafbaar feit en/of gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag heeft opgeruid, door op Twitter – middels het Twitteraccount ‘ [accountnaam] ’ – een (Twitter)bericht te plaatsen waarin hij, verdachte, plaatste: “Tsjonge zeg en nog ontkennen dat het een D66-staatszender is. Ophangen die [slachtoffer] .”, althans woorden van gelijke aard en/of strekking.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan opruiing. Zij heeft verzocht om aan verdachte een taakstraf van 100 uur op te leggen en daarnaast een gevangenisstraf van twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich, onder verwijzing naar zijn pleitaantekeningen, op het standpunt gesteld dat het feit wettig en overtuigend bewezen kan worden. De verdediging heeft uitgebreid uiteen gezet wat de impact van de aanhouding op verdachte is geweest en vraagt de politierechter om bij het opleggen van een straf rekening te houden met de kwetsbare medische situatie van verdachte.
Beoordeling door de politierechter
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359 derde lid, laatste zin van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen, te weten:
- het proces-verbaal van aangifte van [aangever] namens [slachtoffer] , ongenummerd;
- het proces-verbaal van bevindingen, ongenummerd;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 29 oktober 2024.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de politierechter is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
of omstreeks15 juni 2022 te Apeldoorn en/of te ‘s-Gravenhage,
althans in Nederland, in het openbaar bij geschrift
en/of bij afbeelding tot enig strafbaar feit en/of gewelddadig optredentegen het openbaar gezag heeft opgeruid, door op Twitter – middels het Twitteraccount ‘ [accountnaam] ’ – een (Twitter)bericht te plaatsen waarin hij, verdachte, plaatste: “Tsjonge zeg en nog ontkennen dat het een D66-staatszender is. Ophangen die [slachtoffer] .”,
althans woorden van gelijke aard en/of strekking;.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
in het openbaar, bij geschrift, tot enig strafbaar feit tegen het openbaar gezag opruien.

5.De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6.De strafbaarheid van verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

De politierechter heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en met de omstandigheden waaronder dit is begaan. Ook is rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft als reactie op een tweet van een politicus een opruiende tweet geplaatst, door te zeggen dat deze politicus moest worden opgehangen. De desbetreffende politicus heeft deze tweet als bedreigend en opruiend ervaren en heeft hier aangifte van gedaan. Verdachte heeft de tweet in een opwelling geplaatst toen hij burn-out klachten ervoer en heeft er daarbij geen rekening mee gehouden dat hij anderen hiermee mogelijk zou kunnen aanzetten tot het plegen van strafbare feiten. Dat is kwalijk.
De politierechter heeft bij het bepalen van de straf acht geslagen op het blanco strafblad van de verdachte. In het voordeel van verdachte heeft de politierechter voorts meegewogen dat hij van meet af aan verantwoordelijkheid heeft genomen, schuldbewust is en zijn twitter-account heeft verwijderd. Daarnaast weegt de politierechter mee dat de aanhouding een grote impact op verdachte heeft gehad. De buurt is getuige geweest van zijn aanhouding en dit heeft gevoelens van schaamte en een sociaal isolement bij zowel verdachte als zijn echtgenote veroorzaakt. Daarnaast houdt de politierechter rekening met de thans kwetsbare medische situatie van verdachte, het tijdsverloop en met hetgeen in soortgelijke zaken is opgelegd.
Alles afwegend komt de politierechter tot oplegging van een geldboete van € 1.000,-, bij niet-betaling te vervangen door 20 dagen hechtenis.

7.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 23, 24c en 131 van het Wetboek van Strafrecht.

8.De beslissing

De politierechter:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert het strafbare feit zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 veroordeelt verdachte tot een geldboete van € 1.000,- (zegge: duizend euro) en bepaalt dat de geldboete bij gebreke van betaling en verhaal zal worden vervangen door 20 dagen hechtenis.
Dit vonnis is gegeven door mr. A.P. Sno, politierechter, in tegenwoordigheid van mr. M.K. Stienstra, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 29 oktober 2024.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant(en) van de politie Oost-Nederland, district Noord- en Oost-Gelderland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-, 2022181710, gesloten op 16 oktober 2023 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.