Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
zij op of omstreeks 4 juni 2022 te [plaats] openlijk, te weten, in/bij de [restaurant 1] gelegen aan de [adres 2] , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon te weten [slachtoffer 1] door die [slachtoffer 1]
- een of meermalen naar de grond te duwen,
- een of meermalen aan haar haren te trekken,
- een of meermalen op haar hoofd en/of lichaam te slaan en/of stompen, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond ligt en/of
- een of meermalen op haar lichaam te schoppen, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond ligt;
zij op of omstreeks 3 augustus 2022 te [plaats] openlijk, te weten, in/bij de [restaurant 2] gelegen aan [adres 3] , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer personen te weten [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] door
- die [slachtoffer 2] een of meermalen aan haar haren te trekken,
- die [slachtoffer 2] een of meermalen op/tegen/in haar gezicht, althans haar hoofd, te slaan en/of te stompen en/of
- die [slachtoffer 3] in haar buik, althans tegen haar lichaam, te trappen.
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 3] ). Er wordt een meisje in een groene top, genoemd verdachte 1 gezien. Daarnaast is op de beelden een meisje met een zwart North Face shirt te zien, genoemd verdachte 2, samen met een meisje in het roze gekleed, genoemd verdachte 3. [6] Verdachte heeft verklaard dat zij die dag iets groens aan had. [7] De rechtbank stelt vast dat verdachte op de camerabeelden wordt aangeduid als ‘verdachte 1’. Het meisje in de roze top en roze trainingsbroek op de beelden is door een verbalisant herkend als [medeverdachte 2] en het meisje in het zwarte North Face shirt als [medeverdachte 1] . [8] [medeverdachte 2] is dus ‘verdachte 2’ en [medeverdachte 1] ‘verdachte 3’ op de camerabeelden.
de rechtbank begrijpt: verdachte). Direct nadat zij die klap heeft gekregen komen het meisje in het roze gekleed
( [medeverdachte 2] )en het andere meisje met een zwart North Face shirt
( [medeverdachte 1] )haar helpen. [slachtoffer 2] voelt dat ze aan haar haren en haar kleren trekken. [9]
de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 3] ). Verdachte geeft [slachtoffer 3] een duw. [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] begeven zich ook richting [slachtoffer 3] . Er ging een schop met de voet in de richting van de vrouw, maar er was niet te zien of dit [medeverdachte 1] of [medeverdachte 2] betrof. Te zien is verder dat [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en verdachte een agressieve houding hebben, doordat zij hun lichaam groot hebben gemaakt en druk met hun armen bewegen. [11]
3.De bewezenverklaring
zij op
of omstreeks4 juni 2022 te [plaats] openlijk, te weten, in
/bijde [restaurant 1] gelegen aan de [adres 2] ,
in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon te weten [slachtoffer 1] door die [slachtoffer 1]
-
een of meermalennaar de grond te duwen,
-
een of meermalenaan haar haren te trekken,
-
een ofmeermalen op haar hoofd en
/oflichaam te slaan en
/ofstompen, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond ligt en
/of-
een ofmeermalen op haar lichaam te schoppen, terwijl die [slachtoffer 1] op de grond ligt;
zij op
of omstreeks3 augustus 2022 te [plaats] openlijk, te weten, in
/bijde [restaurant 2] gelegen aan [adres 3] ,
in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer personen te weten [slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] door
- die [slachtoffer 2] een of meermalen aan haar haren te trekken,
- die [slachtoffer 2]
een of meermalen op/tegen/in haar gezicht,
althans haar hoofd,te slaan en
/ofte stompen en
/of- die [slachtoffer 3]
in haar buik, althanstegen haar lichaam, te trappen.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
8.De beoordeling van de civiele vordering
9.De toegepaste wettelijke bepalingen
10.De beslissing
- veroordeelt verdachte in verband met het feit onder nummer 1 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van € 341,07 aan materiële schade vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 februari 2025 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald en € 1.250,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juni 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer 1] , een bedrag te betalen van € 341,07 aan materiële schade vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 februari 2025 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald en € 1.250,00 aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juni 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 25 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;